Voor de zogenaamde vluchtelingenhulp is er massaal geld beschikbaar. Bovenal, als een veronderstelde vluchteling minderjarig is, stijgen de kosten tot onmetelijke hoogten. Per persoon komen snel samen eens 8.500 euro per maand samen.
De zogenaamde vluchtelingenhulp is een uiterst lucratief bedrijfsmodel geworden. Het gevolg is dat particuliere bedrijven met leegstaande gebouwen in de verleiding komen om contracten te sluiten met landen die op zoek zijn naar geschikte buurten. En vooral als het gaat om ‘speciale gevallen’, zoals bij adolescenten.
Een blik op Oostenrijk laat zien dat niet alleen in de Bondsrepubliek Duitsland zwaar is gereserveerd voor de migratiecrisis. Op zichzelf is de universele dienst een zaak van de deelstaten, maar de randvoorwaarden worden gereguleerd door een zogenaamde Bund-Länder-Vertrag. Er is bijvoorbeeld een maximum dagtarief van 95 euro voorzien voor de opvang van minderjarige vluchtelingen. Dit geldt voor accommodatie in woongroepen. Dat levert in de maand per persoon maar liefst 2.898 euro op.
Maar dit is niet genoeg, kan in rekening worden gebracht voor speciale educatieve ondersteuning of beveiligingsdiensten nog steeds een extra financiële kost. Wat, zoals nu in het geval van Drasenhofen van het kantoor Waldhäusl en Christian Kogler, de manager van de exploitant ASOB, niet geweigerd of bevestigd door de Raad sociale zaken Ulrike Königsberger-Ludwig, leidde tot tieners en dag voor de Toezicht of bewaking extra 188 euro in rekening gebracht.
Het komt erop neer dat een enkele niet-begeleide minderjarige vluchteling de belastingbetaler meer dan 8.500 euro per maand kost. Dat levert meer dan € 102.000 per jaar op – voor één persoon! Stel je voor hoeveel hulp je zou kunnen verdienen met dit geld voor daklozen. Maar de lokale bevolking is niet zo belangrijk in Oostenrijk, je geeft het geld liever met volle handen uit aan illegale indringers.
Deze afschuwelijke sommen geld veroorzaken ook de CEO van de SOS Kinderdorpen, Clemens Klingan, onbegrip: “Dat zou bijna drie keer zoveel zijn als, bijvoorbeeld, het SOS Kinderdorp voor de zorg voor niet-begeleide kinderen in onze woongroep in Ebreichsdorf.” Zoals ik al zei: in Oostenrijk zijn de lokale bevolking duidelijk gedegradeerd tot tweederangs mensen.