Uiterlijk eind maart keert Kajsa Ollongren weer terug als minister van Binnenlandse Zaken, zo heeft dit departement bekendgemaakt. Het werd gepresenteerd als positief nieuws, maar eigenlijk is het een tegenvaller. Eerder kondigde Ollongren namelijk aan dat ze na de kerstvakantie (nu dus) weer aan de slag zou gaan.
De D66-politica meldde zich op 1 november ziek omdat een operatie aan haar bijholtes tot complicaties had geleid. Het medicijn om die complicaties het hoofd te bieden sloeg aanvankelijk niet aan. Inmiddels schijnt het wel wat beter te gaan met Ollongren, maar haar herstel verloopt trager dan gedacht. De inschatting is nu dat ze ergens in het eerste kwartaal van dit jaar weer kan gaan werken.
Dat betekent dat de vervangingsregeling die in november ging gelden nog een tijdje van kracht blijft. Op Binnenlandse Zaken neemt staatssecretaris Raymond Knops de plaats in van zijn minister. Een nieuwe staatssecretaris kwam er niet; blijkbaar doet Knops die functie er even naast. Dat roept de vraag op waarmee hij het eerder dan zo druk had. En ook wat hij de hele dag gaat doen als Ollongren weer terug is.
Nu is Knops een CDA’er, wat tot scheve ogen zou kunnen leiden bij D66. Om die partij toch een beetje te compenseren voor het tijdelijke verlies van Ollongren mag haar partijgenote Stientje van Veldhoven zich een paar maandjes minister van Milieu en Wonen noemen. Staatssecretaris van Milieu was ze al. Wonen vormt een deel van het takenpakket van Ollongren.
Tot dat pakket hoorde ook de algemene inlichtingendienst AIVD. Die valt gedurende Ollongrens afwezigheid onder de verantwoordelijkheid van minister van Defensie Ank Bijleveld, die ook al de MIVD (de militaire inlichtingendienst) onder haar hoede heeft. Bijleveld is CDA’er.
De laatste schakel in de vervangingsregeling voor Ollongren vormt minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken, een partijgenoot van haar. Koolmees fungeert zolang Ollongren er niet is als vicepremier, want dat was zij ook.
Waarom er zo’n ingewikkeld set van maatregelen moest komen bij het ziekteverlof van deze minister zou je je kunnen afvragen. Als het toch maar voor heel eventjes was (en dat leek zeker aanvankelijk het geval) zou je ook hebben kunnen volstaan met één of desnoods twee invalkrachten in plaats van vier. Toen premier Jan Peter Balkenende zo’n vijftien jaar geleden met een ernstige voetinfectie naar het ziekenhuis moest, deed minister van Financiën Gerrit Zalm diens werk er eventjes bij. Zou iets dergelijks nu niet ook mogelijk zijn geweest?
Overigens mist D66 naast Ollongren nóg een bewindspersoon. Staatssecretaris Menno Snel van Financiën moest vorige maand aftreden in verband met de toeslagenaffaire. Een opvolger voor hem is er nog niet. Die zal ook wel niet makkelijk te vinden zijn. Voorlopig neemt minister Wopke Hoekstra (CDA) de hoofdpijnportefeuille van Snel waar. Hoelang ‘voorlopig’ is weet ik niet, maar het zou mij niet verbazen als dat nog even duurt. D66 lijkt in elk geval geen haast te maken.