De coronapaniek lijkt wat te luwen. Het aantal sterfgevallen loopt terug, de hoeveelheid ziekenhuisopnamen begint af te vlakken, zowel in eigen land als in allerlei buitenlanden. Begrijpelijk dan ook dat de roep om een einde te maken aan de lockdown steeds luider klinkt. Het lamleggen van het maatschappelijk leven kost namelijk klauwen met geld. Heel veel bedrijven functioneren niet meer, of slechts op halve kracht. De financiële markten zijn ingestort. Wereldwijd zijn honderden miljarden euro’s als sneeuw voor de zon verdwenen.
Dus waarom zouden we nog langer in quarantaine blijven? Waarom nog langer thuis in onze elleboog gaan zitten niezen? “We zijn 80-plussers aan het redden, die te dik zijn en gerookt hebben,” zei de beroemde tv-presentator Jort Kelder – tevens persoonlijke vriend van premier Rutte – een paar dagen terug.
En dat valt moeilijk te ontkennen. Ouderen vertegenwoordigen veruit de meeste dodelijke slachtoffers van het coronavirus. Terwijl hun economisch nut sterk te betwijfelen valt.
Neem mezelf. Met mijn 67 jaar ben ik dan misschien nog wel geen superbejaarde, ik mag me zeker rekenen tot de categorie van senioren. Veel maatschappelijke waarde heb ik – als ik heel eerlijk ben – niet meer. Maar ik kost wel kapitalen. Elke maand ontvang ik AOW en ook profiteer ik van tal van andere voorzieningen. Dat geld zou ook anders te besteden zijn, laat ik er niet omheen draaien.
En daar komt nog van alles bij. Ik heb gerookt! Weliswaar ben ik zo’n 20 jaar geleden gestopt, maar daarvoor pafte ik er decennialang vrolijk op los. Over de kosten waarmee ik de gezondheidszorg ooit zou opzadelen, maakte ik me niet druk. Nee hoor. Hup, daar ging weer een Marlboro.
Nog meer negatief nieuws: ik ben te dik. Niet heel veel, maar mijn BMI is toch ietsje te hoog. Uiteraard doe ik mijn best om af te vallen, maar tot het beoogde resultaat heeft dat nog niet mogen leiden.
Kortom: als ik straks op de ic beland, zullen de Helden van de Zorg iemand in leven moeten zien te houden die: a. economisch gezien van weinig belang meer is, b. wiens longen zijn aangetast door jarenlang nicotinemisbruik, en c. die te veel kilogrammen meetorst. Zeg nou eerlijk: zou u zich nog erg inspannen?
Het is dan ook sterk te hopen dat ik niet besmet raak. En verder probeer ik er alles aan te doen om in economisch opzicht nog van enige betekenis te zijn. Vooral door mijn geld flink te laten rollen natuurlijk. Ik ga twee keer per week naar de supermarkt, en daar kijk ik echt niet op een dubbeltje. Ook elders laat ik me niet onbetuigd. Net nog een nieuwe wasmachine besteld. En als de lockdown voorbij is ga ik meteen naar de kapper.
Dus, beste meneer Kelder, mag ik nog heel eventjes blijven leven? Ik beloof u dat niemand last van me zal hebben. Ik hou me zoveel mogelijk gedeisd. Echt waar!