Vandaag de dag kun je als mediaconsument en normaal denkend persoon niet meer om het onderwerp Afghanistan heen. In de media is het onderwerp Afghanistan constant aanwezig, op alle vlakken – militair, economisch, ideologisch, vluchtelingenbeleid – en in het hele land. Na een wat langere periode van “verlamming” na de (zegt men) onverwacht snelle overwinning van de Taliban op het hele land, komt de EU-leiding nu eindelijk uit de schuilkelders en nemen steeds meer hotemetoten het woord.
De eerste die wakker werd, was de vertegenwoordiger van buitenlandse zaken van de EU (“De Taliban hebben de oorlog gewonnen. Dus we zullen met ze moeten praten”). Vervolgens kwamen afwisselend de EU-commissaris voor Binnenlandse Zaken, de voorzitster van de Europese Commissie, andere EU-politici en politici uit EU-landen aan het woord. De meeste toespraken hadden of hebben betrekking op de ontsnapping van degenen die uit Afghanistan wilden vluchten. Er wordt ook in onze mainstream media herhaaldelijk gesproken over de zogenaamde “Afghaanse Nederlanders” of “Afghanen die ons daar geholpen hebben” die naar ons land moeten worden gevlogen om hen te behoeden voor een theoretisch mogelijke strafmaatregel of wraakactie van de Taliban.
Onder deze “lokale medewerkers” zijn die Afghanen die voor de ons land (en de rest van de westerse alliantie, natuurlijk) of voor buitenlandse hulporganisaties hebben gewerkt; bijvoorbeeld als vertaler. Deze mensen, door de Taliban “collaborateurs” genoemd, verkeren naar verluidt in levensgevaar – vanwege de dreiging van bestraffing van de Taliban voor hun verraad, dus moeten ze samen met hun families worden gered.
Een aantal van 80.000 mensen is al genoemd. Onduidelijk is of dit het aantal helpers alleen of met gezinsleden is. Deze mensen moeten dan volgens een bepaalde sleutel worden verdeeld over de staten die betrokken zijn bij de militaire operatie. Zoals echter al is vernomen, zijn de Verenigde Staten zeer voorzichtig als het gaat om het accepteren van deze mensen. De meerderheid moet weer worden overgenomen door de Europeanen. Er zijn echter veel onbeantwoorde vragen.
Allereerst, wie gaat bepalen dat deze mensen kunnen worden uitgevlogen nu de Taliban aan de macht zijn? Ze zijn al op zoek naar deze “collaborateurs” en willen ze straffen, mogelijk met de dood. En wie bepaalt hoeveel gezinsleden het land mogen verlaten? En wat als iemand zich niet aan de richtlijnen wil houden? Er zijn uitgebreide families en clans in deze regio’s.
Een heel belangrijk punt in de reddingsoperatie is de factor tijd. Maar dat hebben de vluchtende “oorlogshelden” niet, want eerst moesten het ambassadepersoneel en eventuele burgers die nog in het land weggehaald worden (wat slechts ten dele is gelukt) en dan pas komen de Afghaanse helpers en hun families, en alleen met vraagtekens. Kunnen ze het vliegveld nog halen? Zullen ze worden ondersteund door alle NAVO-staten. Laat de Taliban hen wel het land verlaten?
Het hele tafereel doet denken aan de vlucht van de Amerikanen met hun helpers en bondgenoten na de verloren Vietnamoorlog in mei 1975, toen schrijnende taferelen zich afspeelden op de luchthaven van Saigon. De Amerikaanse president Sleepy Joe Biden denkt dat de ontsnapping uit Afghanistan geen “Saigon-moment” is – wat een teken van ontkenning van de realiteit is. Het is ook te vrezen dat veel Afghanen (en misschien zelfs Afghaanse Nederlanders) het nu net zo vergaan als veel Vietnamezen in 1975: ze worden niet gered, maar vallen in handen van de winnaars. En als je naar de gepubliceerde video’s van de scènes op Kabul Airport kijkt, ben je geschokt. Als je ziet hoe mensen zich vastklampen aan startende machines en uiteindelijk hun houvast verliezen en vallen, kun je je hun wanhoop voorstellen. En het is niet de eerste keer dat bondgenoten in de steek worden gelaten.
Het komt er in ieder geval op neer dat de meeste van hen naar de EU moeten worden gebracht. Het leeuwendeel van de zogenaamde lokale staf werkte voor het Amerikaanse leger, maar de VS wil geen eerlijk deel van deze mensen overnemen. De steun aan buitenlandse strijdkrachten in eigen land wordt in veel landen met zware straffen bedreigd, en wat Afghanistan betreft: de Taliban hebben al gezegd: “We willen vrede” en ook amnestie beloofd. Het is afwachten of deze beloften worden nagekomen.
In de Europese Unie heeft men nu de indruk dat de regeringswisseling in Afghanistan wordt gezien als een kans voor een nieuwe golf vluchtelingen naar Europa. Dus aan de ene kant de evacuatie van duizenden of tienduizenden lokale arbeiders en aan de andere kant miljoenen Afghanen die op de vlucht zijn voor de Taliban.
De verwachting is dat allebei – zowel de evacuatie als de vluchtelingenstroom – zal plaatsvinden als een alternatieve humanitaire hulpoperatie zonder grote weerstand en bovendien de vluchtelingenstroom waar veel politici op hopen. De tien- of zelfs honderdduizenden migranten naar Centraal-Europa die ergens tussen Griekenland/Turkije en Bosnië al in Europa zijn zullen worden “meegespoeld”.
Het komt nu overal overtuigd uit de mond van politici: “2015 mag zich niet weer herhalen”.
Hiermee bedoelen politici niet dat een migratiegolf van miljoenen mensen naar sommige EU-landen moet worden voorkómen. Wat er wordt bedoeld is precies het tegenovergestelde. Hiermee wordt bedoeld dat overheden zich moeten voorbereiden op de komst van migranten en vluchtelingen. Dat een verdeling naar de afzonderlijke staten vooraf wordt geregeld, dat huisvesting, woningen en infrastructuur beschikbaar zijn, dat de financiën worden geregeld, dat de grote NGO’s klaar zijn om ze op te halen. En dat natuurlijk de houding van de bevolking ten opzichte van buitenlandse migranten en vluchtelingen dienovereenkomstig wordt beïnvloed, zodat zij als graag geziene gasten worden gezien en niet als ongewenste vreemdelingen.
Spreken van “het beschermen van de Europese grenzen”, zoals Ursula von der Leyen onlangs gedaan heeft, is een loopje nemen met de realiteit en een “opzettelijke misleiding” van de bevolking. Het is juist de Europese Commissie die oproept tot migratie – al dan niet illegaal.
Als we nog soevereine lidstaten hadden in de Europese Unie en als we onze landsgrenzen permanent zouden bewaken, dan zouden we de huidige problemen niet hebben! Omdat internationaal recht geldt: “Asielshoppen” is verboden. Men kan het EU-land van toevlucht niet kiezen. Het eerste veilige land dat een asielzoeker binnenkomt, is verantwoordelijk voor zijn asielprocedure. Ons land wordt alleen omringd door veilige landen! Met andere woorden: we zouden helemaal geen asielzoekers meer hoeven op te nemen (behalve zij die met het vliegtuig rechtstreeks binnenvliegen)! Het zou dus horen te zijn: landsgrenzen bewaken en alle asielzoekers terugsturen die uit o.a. Duitsland en België komen. Maar nu komt er vanuit alle windstreken – vooral het oosten en zuiden- van alles bij ons binnen.
Maar de werkelijkheid is: we controleren onze grenzen niet! We weten vaak niet uit welk veilig buurland een asielzoeker naar ons toe is gekomen. En dat heeft consequenties, voor alle landen in de EU. Neem bijvoorbeeld Oostenrijk, een land dat graag de deur gesloten houdt voor asielzoekers. Zodra iemand via een veilig derde land daar komt en asiel aanvraagt, heeft Oostenrijk slechts zeven dagen om dit veilige derde land te vragen de asielzoeker terug te nemen. Als de Oostenrijkse autoriteiten deze termijn van zeven dagen missen – omdat ze niet weten uit welk buurland de asielzoeker binnengekomen is – dan is Oostenrijk voor eens en altijd verantwoordelijk voor de asielprocedure! Om het botweg te zeggen, de asielzoeker is mogen ze houden, ook al is hij uit een veilig land naar Oostenrijk gekomen.
De vraag waarom de Afghaanse vluchtelingen en migranten niet worden gesteund door o.a. hun geloofsgenoten, en bijvoorbeeld op het Arabisch schiereiland worden geregistreerd, wordt niet graag en niet vaak gesteld. Het zou eigenlijk voor de hand liggen om juist in de regio hulp te bieden. Daar waar islamitische soennieten zijn en de sociaal dienstbare “zakat”, een van de vijf pilaren van de islam, zouden islamitische vluchtelingen opgevangen en verzorgd kunnen worden.
Maar al jarenlang weigeren de Saoedi’s Syrische vluchtelingen op te nemen – etnische en culturele verwanten van de Saoedi’s en ook islamitische geloofsgenoten. Ze rechtvaardigden dit destijds met de angst voor etnische onrust. En ook in ons land is er een oorverdovende stilte van islamitische instellingen als het gaat om hulp en ondersteuning van islamitische vluchtelingen. Maar de “ongelovigen” zijn hiervoor goed genoeg, de “kuffar”, d.w.z. allen die het geloof in Allah afwijzen. Hun steun wordt niet alleen geaccepteerd, maar ook verwacht. En de EU-toppers versterken deze verwachtingen graag, verwijzend naar humanitaire hulp, het EU-verdrag voor de rechten van de mens, morele verplichtingen, enz. Dit geldt natuurlijk alleen voor de EU, maar niet voor de Verenigde Staten die, door hun politiek, herhaaldelijk golven van vluchtelingen veroorzaken.