Brexit leidt in het Verenigd Koninkrijk inmiddels tot een stille burgeroorlog. De Queen raakt onvermijdelijk in dit spel betrokken. Kan dit het einde van de monarchie in het VK inluiden?
Tekst: Hans Maessen
Het VK is een principieel democratisch land. Het is tegelijkertijd een constitutionele monarchie met een hoofdzakelijk ceremonieel staatshoofd. Door het districtenstelsel moeten de Members of Parliament voortdurend rekening houden met hun lokale achterban. Een MP kan conform de partijlijn een bepaalde mening over Brexit hebben, maar die kan afwijken van zijn achterban. Normaal zorgt de partijdiscipline voor een bestendige lijn, maar in Brexit is alles anders. Er is een referendum gehouden met een duidelijke meerderheid, er zijn tussentijdse verkiezingen geweest waarbij zowel de Conservatieven als Labour voor Brexit pleitten, in het parlement zijn de Brexit-wetten met een grote meerderheid aangenomen en toch worden alle middelen gebruikt om een Brexit – met of zonder deal – tegen te houden. De scheidslijn loopt dwars door de Engelse samenleving. Alle middelen in de parlementaire democratie worden zowel door de voor- als tegenstanders ingezet. Het is een episch gevecht waarin de democratische gezindheid van de Britse samenleving tot op het bot wordt beproefd.
Nu wordt ook de koningin in het debat betrokken. Als ik dit schrijf is de situatie onzeker omdat het dossier van dag tot dag verandert. Boris Johnson heeft net het parlement extra lang met reces gestuurd, zodat er geen onwelgevallige wetten inzake Brexit kunnen worden aangenomen. De huidige parlementaire sessie wordt afgesloten en een nieuwe geopend door een pronkvolle ceremonie met als hoogtepunt de Queen’s speech waarin de nieuwe regeringsplannen worden aangekondigd. Alle eerdere wetsvoorstellen moeten opnieuw worden ingediend en behandeld. De Queen heeft zonder blikken of blozen het verzoek van Johnson goedgekeurd. Mocht gedurende de resterende zittingsdagen een motie van wantrouwen worden aangenomen, dan zal Labour-leider Corbyn aan de Queen vragen hem een regering te laten vormen. De Queen beslist dan dus wie formateur en dus wellicht premier wordt. Daardoor wordt ze midden in het Brexit-debat getrokken. Een onmogelijke positie voor haar en voor de Britse monarchie, die politiek neutraal moet zijn.
Hier wreekt zich het ontbreken van een gekozen staatshoofd dat juist in zo’n situatie, waarin een land verdeeld is en leiderschap nodig heeft, de weg kan uitzetten naar een oplossing, welke dat ook moge zijn. Hier blijkt ook hoe nutteloos een monarch als staatshoofd in dit soort situaties is. De Queen is niet gekozen en kan niet ter verantwoording worden geroepen door de kiezers.
Het Verenigd Koninkrijk heeft geen grondwet. Op basis van gebruiken, vergeelde regels en enkele wetten wordt het land bestuurd. Dit kan alleen omdat dit bijzondere land principieel democratisch is. De regels zijn misschien vreemd, maar voor een Brit zijn ze fair. In dit spel mag alles uit de kast worden gehaald als het moet. Wij op het continent herkennen ons daar niet in. Maar het is juist het gebrek aan invloed in de Europese besluitvorming die de Britten tot de Brexit dreef. Zij kunnen niet aanvaarden dat een orgaan als het Europese Hof van Justitie, of ongekozen bureaucraten in Brussel en Straatsburg, hun democratische wil kunnen overrulen.
In Brexit is alles mogelijk, ook dat de monarchie in het VK erbij betrokken raakt en schade ondervindt. Het zal liggen aan de politici die de Queen bij het spel betrekken en aan haar reactie hoe dit afloopt. Als republikein hoop ik dat het Verenigd Koninkrijk zijn democratie verder ontwikkelt met een gekozen staatshoofd dat rechtdoet aan de democratische aard van het Britse volk.