tabak– De moraliserende psychose van Brussel kent geen grenzen. De Wereldgezondheidsorganisatie, die hard op weg is de nieuwe morele autoriteit van de wereld te worden, dringt er bij de Europese bureaucraten op aan om alles bij wet te verbieden of te beperken wat niet past in de visie op gezondheidszorg zoals voorgesteld door de bovenstatelijke elites.
De reden voor nieuwe tabak-verbodsbepalingen lijkt heilig: het drastisch terugdringen van het percentage kankerpatiënten en nicotineverslaafden. De EU stelt zichzelf zelfs een specifieke datum en doelstelling : haar anti-tabaksbeleid moet aanleiding geven tot een ’tabaksvrije generatie’, die ervoor moet zorgen dat in 2040 minder dan 5% van de Europese bevolking tabaksproducten zal consumeren.
Maar is dit de juiste weg om dat doel te bereiken? Zal het verbod het gewenste resultaat opleveren, namelijk een jonge, gezonde, kankervrije bevolking? De kwestie is complexer dan simpelweg het verbieden van aanstootgevende producten. Het Brusselse beleid zal contraproductief en zelfs schadelijk zijn, in minstens vier opzichten: gezondheid, economie, politiek en cultuur.
Wat het gezondheidsaspect betreft, blijkt uit onderzoek dat er sprake is van repressiebeleid in Europese stijl, niet alleen van het traditionele roken (sigaretten, sigaren, pijpen, enzovoort), maar zelfs van producten die mensen zouden kunnen helpen stoppen met roken (elektronische sigaretten, Zweedse snus, pruimtabak en meer) zullen de gemiddelde gezondheid van de Europese bevolking waarschijnlijk verslechteren en niet verbeteren.
Een van de meest opvallende beleidsfouten betreft de consumptie van snus, een speciaal soort vochtig tabakspoeder voor oraal gebruik, geproduceerd door middel van een stoombevochtigingsproces. Snus wordt veel gebruikt in Noorwegen en Zweden, maar sinds 1992 is dit product illegaal in alle EU-gebieden. De reden? Volgens de Europese Commissie is het ‘zeer verslavend’ en ‘schadelijk voor de gezondheid’.
Volgens recente onderzoeken kunnen snusgebruikers echter “gemiddeld 15 dagen aan levensverwachting verliezen”, terwijl traditionele rokers 8 jaar verliezen. Zweden, het enige land in Europa dat snus kan produceren en consumeren, heeft het laagste percentage rokers in de EU, namelijk ongeveer 5% van de dagelijkse rokers (vergeleken met een EU-gemiddelde van 24%). Aan de andere kant hebben Zweden een veel hogere totale tabaksconsumptie dan het EU-gemiddelde, maar het grootste deel van deze consumptie heeft betrekking op snus.
Afgaande op de Brusselse logica zou je daarom kunnen verwachten dat een zeer groot deel van de ziekten in Zweden te wijten is aan tabaksconsumptie. In werkelijkheid heeft Zweden ook de laagste gezondheidslast als gevolg van tabaksgerelateerde ziekten in de EU. Dit laat zien hoe tabaksverbodsbeleid een gezondere Europese bevolking niet bevordert. Integendeel, het is waarschijnlijker dat ze de situatie verergeren en de spontane processen van veranderende vraag op de markt vertragen, gebaseerd op de objectieve voordelen die mensen ervaren door het consumeren van bepaalde producten in plaats van andere.
De risico’s van verbodsbepalingen betreffen niet alleen de gezondheid, maar ook de economie en de politiek. De soevereiniteit van de Europese lidstaten wordt fundamenteel ondermijnd, omdat de keuze van wat een bedrijf wel of niet kan produceren wordt gedelegeerd aan gedepersonaliseerde en sterk gebureaucratiseerde entiteiten in Brussel. Dat is voordat we bij de proliferatie van zwarte markten en illegale producten komen , die eindeloos wordt gestimuleerd door verbodsbeleid.
Dergelijke beleidsfouten kunnen zelfs doorsijpelen naar culturele gevolgen, met verstrekkende gevolgen voor veel gemeenschappen. Tabak wordt nog steeds beschouwd als een strategische hulpbron voor de ontwikkeling van agrarische gemeenschappen, zelfs in Italië (bedenk dat de Italiaanse tabaksmarkt de grootste van Europa is). De productie- en verwerkingsfasen van tabak, vooral van zwarte tabak, de meest gewaardeerde, vereisen gespecialiseerd personeel dat, naast uiteraard een aanzienlijke beloning, wordt gekenmerkt door een hoog aandeel vrouwelijke arbeidskrachten.
De correlatie tussen sociale ontwikkeling en de tabakscultuur is onder meer de focus geweest van verschillende publicaties, zoals het essay Il valore socio-economico del tabacco nell’Unione Europea , onder redactie van Nomisma ( Donzelli 2013 ), waarin dit wordt getoond onder meer dat “elke inkrimping van deze toeleveringsketen niet ten goede zou komen aan andere gewassen, maar eenvoudigweg lokale crises zou toevoegen aan de algemene crisis waar nu veel EU-landen mee te maken hebben”.
Het Europese verbod op tabaks- en nicotineproducten is dus een alomvattende mislukking. Wat de gezondheid, de politiek, de economie en zelfs de cultuur betreft, zorgt het verbod op producten in Brussel ervoor dat de EU-burgers slechter af zijn dan voorheen.
De nieuwe wetgeving maakt deel uit van de interfederale strategie rond alcohol en tabak. Er is momenteel geen regelgeving die toelaat de verkoop van tabaksproducten in België te beperken of te controleren. Daardoor mogen tabaksproductren verkocht worden in gespecialiseerde winkels, dagbladhandels, kruideniers, supermarkten, nachtwinkels, benzinestations, markten, enz, alles samen goed voor zowat 20.000 verkooppunten in ons land.
Het nieuwe wetsontwerp van minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) moet ervoor zorgen dat dat aantal wordt teruggebracht. Daarvoor komt er, vanaf 1 april 2025, een verbod op de verkoop van tabaksproducten in tijdelijke verkooppunten, zoals festivals, en in voedingswinkels van meer dan 400m². Daarnaast zullen kleinhandelaars verplicht worden een identiteitsbewijs te vragen aan iedereen die tabaksproducten wil kopen en jonger lijkt dan 25 jaar.
Er komt ook een verbod op het uitstallen van alle tabaksproducten in en aan verkooppunten, een zogenaamde ‘display-ban’. Het gaat dan ook om bijvoorbeeld e-sigaretten, e-liquids, voor roken bestemde kruidenproducten, apparaten, filters, vloeitjes, enz. Ook die regelgeving gaat in vanaf 1 april van volgend jaar. Tot slot worden ook de sancties voor inbreuken op het reclame- en promotieverbod zwaarder. Zo zal een fabrikant van tabaksproducten die zelf het reclameverbod heeft overtreden een tijdelijk verkoopverbod kunnen krijgen.
De nieuwe regelgeving bevat ook een heel aantal maatregelen die de verkoop van alcohol aan banden legt. Zo komt er een verbod op de verkoop van alcohol aan minderjarigen onder de 18 jaar, behalve voor bier en wijn. De verkoop van bier en wijn is bovendien enkel nog toegelaten vanaf 16 jaar wanneer er geen alcohol of een aroma van alcohol aan werd toegevoegd.
Ook het aantal verkooppunten van alcohol moet naar beneden. Daarvoor wordt werk gemaakt van een verbod op de verkoop van alcohol via automatische distributieautomaten. De verkoop van alcohol in tankstations aan snelwegen wordt verboden tussen 22.00 en 07.00 uur, met uitzondering van de wegrestaurants. En er komt daarnaast een verbod op de verkoop van alcohol in ziekenhuizen. Een uitzondering is wel voorzien voor niet gekoelde alcoholische dranken die geen sterke drank zijn.