STRAATSBURG — Geen stilte over Catalonië in het Europees Parlement (EP). En toch houdt het EP, net als Commissie en Raad, de billen gesloten, en doet het de zaak af als niet ter zake. ‘Binnenlandse aangelegenheid’, dat is de mantra. Het is opnieuw gebleken tijdens de novemberzitting in Straatsburg. Bij de opening van de zitting stelde Philippe Lamberts van Groen/EVA voor een punt over de onrust in Catalonië aan de agenda toe te voegen. Wat volgde, leidde tot een pandemonium.
Groen-links
Het was al vreemd dat de vraag uitging van Groen/EVA en van de radicaal-linkse GUE/NGL. Maar de verontrustende afglijding naar nachtelijk geweld door benden jongeren – hoewel na een kleine week netjes afgeblokt door gematigde onafhankelijkheidsgezinden, brandweer, en zelfs de regeringspartij met sit-ins tussen de hard optredende politie en de gebelgde betogers – rechtvaardigde wel dat het Europees Parlement er een bemiddelend debat zou aan wijden.
Ongetwijfeld speelde mee dat de veelal linkse Catalanen aansluiting zoeken bij Groen en GUE. Maar het zit een deel van de parlementsleden ook hoog dat de Spaanse regering eigen eisen oplegt, zoals de eed van trouw aan Spanje af te leggen in Madrid, vooraleer een democratisch gekozene mag gaan zetelen in Brussel en Straatsburg. Dat staat niet in de Europese voorschriften. Op 17 juni maakten 76 leden van het EP al hun beklag over aan het Parlementsbureau, omdat Oriol Junqueras (nu veroordeeld tot 13 jaar cel), Toni Comín en Carles Puigdemont (allebei in ballingschap) hun politieke rechten ontzegd werden. En worden.
Voor Lamberts is de maat vol. ‘Madrid blokkeert bewust de kwestie Catalonië. Wij wijzen alle geweld af, of het nu komt van betogers of door onevenredige repressie door het Spaanse gerecht. Het gaat om een politiek probleem. Het gerecht kan dat nooit oplossen, alleen een politieke dialoog kan dat. Daarom vraag ik om een debat in dit parlement als bijdrage aan het zoeken naar een politieke oplossing.’
Stemmen tellen
Voorzitter David Sassoli stond nog een tegenargumentatie toe, en die kans probeerden de socialist Javier Moreno Sánchez en de conservatief-christelijke Dolors Montserrat in heftige stijl te grijpen. Montserrat werd na de uitval van Moreno Sánchez de mond gesnoerd. Nieuws bracht hij niet: binnenlands probleem, het gerecht is onafhankelijk en werkt democratisch, Spanje kent scheiding der machten. Kathleen Van Brempt (S&D) gaat daar een stuk in mee, ‘je moet Hongarije of Polen niet op één hoop gooien met Spanje, waar het rechtssysteem toch beter werkt. Maar ik geef toe dat de voorheen gedane beschuldigingen als rebellie en hoogverraad, en de ongewoon hoge strafmaat wijzen op een bevooroordeeld standpunt.’ Logisch, als de openbare aanklager door de toenmalige rechtse regering Rajoy is aangesteld. Logisch, als Madrid al drie keer nul op het rekest kreeg voor andere Europese rechtbanken. ‘Niemand kan de wet negeren,’ ging Moreno Sánchez voort. ‘Wie hem overtreedt moet de prijs betalen.’ Hij zei er niet bij dat stukken milder is opgetreden tegen vroegere échte rebellen, die zoals Antonio Tejero Molino met geweld een staatsgreep wilden plegen. Bij handopsteken ving Lamberts bot.
En toch was de uitslag verrassend. Er waren maar 438 leden van de 751 aanwezig, doordat de HST-treinen uren vertraging hadden opgelopen. Van die 438 stemden 299 tegen maar 118 voor – in vergelijking met de 76 die in juni een lans braken voor bemiddeling een forse toename, gezien de kleine opkomst. Die uitslag kwam er niet vanzelf. De Ier Matt Carthy (Sinn Féin, GUE) was ziedend na het handopsteken en eiste luidkeels om een elektronische controle te houden. Sassoli weigerde aanvankelijk, keerde zich tot tweemaal naar het publieksbalkon dat vol groene medestanders zat. ‘Willen de bodes de mensen daarboven doen neerzitten?’ ‘Ik wil duidelijk de verhoudingen zien, hoeveel verschil is er’, riep Carthy opnieuw. ‘Nee.’ Carthy opnieuw woedend. ‘Jamaar, er is een duidelijke meerderheid.’ Carthy kreeg toch zijn zin. De neuzen waren geteld. ‘Nog twijfels mijnheer?’ Carthy leunde tevreden achterover, hij ziet de aanhang groeien. ‘Wie Hongarije of Griekenland kapittelt voor binnenlandse zaken, moet dat ook met grote landen als Polen of Spanje doen.’
Verkiezingen
Natuurlijk speelde in het EP mee dat Spanje voor de vierde verkiezingen in vier jaar tijd staat op 10 november. Sánchez is er niet in geslaagd, ondanks zijn verkiezingsoverwinning op 28 april, een regering te vormen. Hij houdt bewust en allicht ook daartoe gedwongen het been stijf, want alle peilingen geven aan dat de grote winst naar Vox zal gaan. De behoudsgezinde achterban dan tegen de haren instrijken is politieke zelfmoord. En dus weigert hij elke ontmoeting met de Catalaanse minister-president Quim Torra. Dat moet tot zelfmoord van de (verdedigers van de) democratie leiden, zoals Georges Bernanos in zijn Dialogue des Carmélites (1949) al aantoont. De zaak zit muurvast tot er een nieuwe regering is. Intussen verharden de posities, want zowel voor de PSOE van Sánchez als Esquerra Republicana de Catalunya (allebei van linkse signatuur) kunnen de koppigheid van de ander gebruiken als stevig verkiezingsargument. Zelfs over een verstandige aanpak van het toenemend geweld, door betogers én politie, wil Sánchez hooguit de telefoon opnemen. Hoe harder de centralistische opstelling is, hoe minder stemmen naar de Francopartijen (Partido Popular, Vox) en de anti-Catalaanse Ciudadanos gaan, is de redenering. Idem dito voor de onafhankelijkheidsbeweging in Catalonië. Sánchez ziet de bui hangen: hij bezocht onverwacht de politie-eenheden in Barcelona, maar liet Torra links liggen. ERC wordt in Catalonië de grootste uitdager van de huidige regeringspartij Junts per Catalunya. Die staat op maar 12% in de peilingen, ‘vanwege haar onmacht’, ERC op 25 %.
Dode dictator
Komt daar nog bij dat Spanje al maanden in rep en roer staat door de opgraving van dictator Franco. Nu donderdag wordt hij in alle stilte en zonder militaire eer uit de Vallei der Gevallenen gehaald en bij zijn vrouw gelegd in het dorpje El Pardo. Sánchez vult daarmee een belofte in: hij maakt gedaan met het triomfalisme van de nationalisten en de Falange. De Vallei is niet langer het symbool van overheersing en vernedering (tienduizenden dwangarbeiders en linkse tegenstanders van de Caudillo zijn als eerbetoon aan de veldheer rond zijn praalgraf begraven), maar een somber massagraf van beide partijen uit de meest duistere periode van de Spaanse verdeeldheid in de Burgeroorlog van 1936-1939. Of het volstaat om de middelpuntvliedende krachten in Spanje de mond te snoeren, is andere koek. Want ooit zal ook de Europese Unie stelling moeten nemen. Misschien sneller dan gedacht, als het misloopt met Noord-Ierland en/of Schotland een tweede volksraadpleging uitschrijft en in de Unie wil blijven, en uit het VK stapt.