Een brutale liquidatie is daarom nog geen aanslag op de pers
Peter R. de Vries werd dinsdagavond neergeschoten in het centrum van Amsterdam, toen hij zich na een live-uitzending van RTL Boulevard naar zijn auto begaf in een parkeergarage twee straten verder. Getuigen hoorden vijf schoten. De Vries werd tenminste één keer in het hoofd geraakt. Volgens officiële bronnen ligt hij in het ziekenhuis van de Vrije Universiteit waar hij vecht voor zijn leven.
Zowat heel Nederland kent misdaadverslaggever Peter Rudolf de Vries, ook wel ‘een luis in de pels van politie en justitie’ genoemd. Hij verwierf deze eretitel vooral door de vasthoudendheid waarmee hij verschillende onopgeloste en door justitie opgegeven zaken – zogeheten ‘cold cases’ – soms na tientallen jaren alsnog opgelost wist te krijgen. Zoals de moord op Marianne Vaatstra, en die op de 11-jarige Nicky Verstappen. En niet te vergeten de internationaal geruchtmakende zaak Natalee Holloway: een jonge Amerikaanse vrouw die verdween op Aruba.
‘Peter R. de Vries’ is bijna spreekwoordelijk geworden; zonder die ‘R’ zouden mensen niet eens weten over wie je het hebt. Een soort Hollands-nuchtere versie van Sherlock Holmes.
Filmpjes op social media
Op het afvoerputje van de samenleving – Twitter – zag ik een video met de Vries zwaargewond languit op het plaveisel van de Lange Leidsedwarsstraat. Zijn arm bewoog nog, het bloedende hoofd was van dichtbij in beeld genomen. Door iemand die de beelden kennelijk meteen op internet had gezet…
Wat onder de hashtag #PeterRdeVries verder op Twitter stond, ging vooral over dat filmpje, en wat een schoft die persoon wel niet was om dat te plaatsen. Maar ook veel betuigingen van affectie: Peter R. is een meubelstuk op de Nederlandse televisie, waar hij nauwelijks nog van weg te denken is. Of je van hem hield of niet: wat hij deed, deed hij verschrikkelijk goed, op een zeer eigen en vaak behoorlijk irritante manier.
Bekende Nederlanders, maar ook talrijke journalisten en vooraanstaande politici – tot aan de premier toe, struikelden over elkaar om deze liquidatiepoging te veroordelen als een ‘aanslag op de persvrijheid’. Of ‘op de journalistiek’. Anderen spraken van een ‘aanslag op de rechtsstaat’. Alleen dat laatste klopt.
Tuig van de richel
Mensen die zich in het verleden negatief hadden uitgelaten over de journalistiek kregen er al vóór de kruitdamp was opgetrokken van langs. Een journalist en medewerker van de zender RTL bijvoorbeeld – Pieter Klein, verklaarde naar aanleiding van deze gebeurtenis ‘aanvallen op de journalistiek spuug- en spuugzat te zijn’, evenals ‘klojo’s die spreken van hoernalistiek’…
Hij kondigde aan ‘politici verantwoordelijk te gaan houden voor de effecten daarvan…’ Waarmee hij ongetwijfeld Geert Wilders bedoelde, die ooit journalisten ‘tuig van de richel’ noemde en vaak op ‘fake-news’ scheldt. Dat laatste met name als het om de staatsomroep gaat: de NOS. Daarvoor heeft Wilders uiteraard zijn persoonlijke redenen…
Geert Wilders
Deze Pieter Klein was overigens lang niet de enige die al meteen probeerde de leider van de PVV de aanslag in de schoenen te schuiven. In de bekende talkshows op de Nederlandse tv werd oeverloos geklept over deze ‘zware aanslag op de persvrijheid’. Gasten – vooral journalisten van allerlei pluimage – mochten vertellen dat de schietpartij mede was veroorzaakt door zo’n beetje iedereen die wel eens kritiek heeft op de journalistiek.
Verbazingwekkend allemaal: de ‘tengere, getinte man’ die misdaadverslaggever Peter R. de Vries door het hoofd schoot, had het zeer waarschijnlijk in het geheel niet op de persvrijheid gemunt. Laat staan op de journalistiek.
Deze dader – een ‘inwoner van Rotterdam’ – was intussen met een medeplichtige – een Pool – al razendsnel aangehouden in een auto op de snelweg bij Leidschendam. Een derde verdachte werd in Amsterdam opgepakt. Niets dan lof voor de Nederlandse politie, al zou je bijna gaan denken dat ze wisten waar ze moesten zoeken.
Mocromaffia
Hoewel er officieel nog niets bekend is gemaakt, ziet het ernaar uit dat de schutter en zijn eventuele medeplichtigen zijn ingehuurd door Ridouan Taghi, een ‘Nederlander’ uit Vianen. Zo’n beetje de zwaarste crimineel van dit moment in Nederland, die voor een forse reeks liquidaties verantwoordelijk wordt gehouden. Taghi is kopstuk van de ‘Mocromaffia’, die in Antwerpen filiaal houdt als de ‘Borgerokkomaffia’ – vanwege de belangrijke doorvoerhaven daar voor drugs.
Al werd er voor de Nederlandse televisie een quasi komische en zeer populaire serie over gemaakt, de Mocromaffia is en blijft één van de meest bloeddorstige criminele organisaties ooit in Nederland. Onder meer bekend om de gevleugelde en voor zichzelf sprekende woorden ‘wie praat die gaat’.
Tegen Ridouan Taghi en 16 medeverdachten van Marokkaanse komaf loopt sinds een paar maanden op een zwaarbeveiligde lokatie in Amsterdam het zogeheten ‘Marengo-proces.’ Er is een dozijn moordzaken in het geding, waarvan er eentje een al bestaand neologisme in de Nederlandse taal nieuw leven inblies: ‘vergismoord’. Dat wil zeggen, een liquidatie van de verkeerde persoon…
Taghi was enige tijd de meest gezochte ‘Nederlander’, maar werd in 2019 opgepakt in Dubai, waar hij zich verborgen had gehouden.
Moord op advocaat Wiersum
De kroongetuige tegen Taghi in het Marengo-proces is een zekere Nabil B., wiens voormalige advocaat Derk Wiersum in 2019 voor zijn eigen huis in Amsterdam werd omgelegd. Drie keer raden in opdracht van wie.
Peter R. de Vries staat al jaren ondanks de risico’s van dien uit eigen vrije wil Nabil B. bij als raadgever. Daarvoor schijnt hij door Taghi in 2019 al met de dood bedreigd te zijn. Niet verwonderlijk: deze crimineel bedreigt alles en iedereen in de omgeving van de kroongetuige, want ‘wie praat die gaat’.
De misdaadverslaggever schijnt zelf nooit politiebewaking te hebben gewenst. Het was een eigenheimer, om het even zo te zeggen. Toch blijft de vraag waarom RTL hem niet tenminste van de studio op het Amsterdamse Leidseplein naar zijn auto in een garage een paar honderd meter verderop liet beveiligen. Per slot van rekening weet iedereen waar je bent als je in een live-uitzending optreedt, en dat meer dan eens per week.
Het onvermogen van journalisten
Het lijkt een bewijs van onvermogen dat een groot deel van de Nederlandse journalisten nauwelijks relevante vragen stelt in deze zaak. Goedbeschouwd klagen ze vooral over zichzelf: ‘Wij hebben het zo zwaar, iedereen scheldt maar op ons en beschuldigt ons van fake-news en nu krijg je dit – logisch…!’
Ook hun gezeur over de nare beelden van Peter R. de Vries op straat valt op.
Voor de familie is het uiteraard vreselijk, beelden of geen beelden, maar het is nieuws. Het is de realiteit in Nederland. Misschien is die niet meer te verdragen voor sommige journalisten, maar die kunnen dan beter uitzien naar een ander vak…
Maar misschien ligt het ingewikkelder. Marokkaanse Nederlanders die in televisieseries spelen en Marokkaanse criminelen als lolbroeken weten weg te zetten, kunnen rekenen op staande ovaties en gouden kalveren. Zie je wel, wil de elite daarmee zeggen, Wilders heeft geen gelijk… Die acteurs helpen mee de ondraaglijke werkelijkheid weg te toveren. Magisch denken heet dat, en het lijkt erop dat veel journalisten zich daar graag in wentelen.
Het bloedende hoofd van de befaamde misdaadverslaggever zou ons eens kunnen herinneren aan wat er echt speelt binnen deze meedogenloze onderwereld, met succes ‘omgevolkt’ door Marokkanen. Pardon, Nederlanders van Marokkaanse komaf.