Europa, ingeklemd tussen de supermachten VS en China, zoekt naar manieren om de technologie zelf te bepalen. Stilstaan is geen optie. Wie achterop raakt in de race van supercomputers en servers, zet de deur open voor hackers, spionnen en criminelen.
De snel veranderende mondiale politiek en de snelle technologische vooruitgang roepen vragen op: hoe hebben de gebeurtenissen van de afgelopen jaren – pandemie, oorlog, protectionisme en sancties – de mondiale toeleveringsketens beïnvloed? Welke impact heeft de verschuiving van de mondialisering en de opkomst van techno-economische blokken op de onderlinge afhankelijkheid van staten? In hoeverre worden Duitsland en de EU door deze ontwikkeling getroffen en zijn zij in staat soeverein te worden op het gebied van sleuteltechnologieën als micro-elektronica, kwantumcomputers, AI en blockchain?
Maar wat betekent ‘technologische soevereiniteit’ eigenlijk? De term beschrijft “het vermogen van individuen en organisaties om hun rol in de digitale wereld onafhankelijk, zelfbepaald en veilig uit te voeren.” Thierry Breton, EU-commissaris voor Interne Markt en Diensten , definieerde zijn begrip van strategische autonomie in 2020, namelijk rechtstreeks verbonden met het concept van “technologische soevereiniteit”.
Hij zei: “Strategische autonomie betekent niet protectionisme. Volgens mij verwijst het veeleer naar het vermogen om keuzevrijheid te hebben bij de ontwikkeling van onze infrastructuur en technologieën en om de cruciale afhankelijkheden van derde landen te verminderen, zodat we indien nodig op onze eigen landen kunnen vertrouwen.”
De EU beschikt ook over een enorme technische kennis
Dit roept de kwestie van het evenwicht op. Wat zal de boventoon voeren: de ontwikkeling van onze eigen hightechproductie of de betrokkenheid van externe partners bij de samenwerking? Om dit probleem tot op de bodem uit te zoeken, zullen we eerst in kaart brengen hoe Europa zich voorbereidt op technologische autonomie en of dit in de nabije toekomst überhaupt mogelijk is. Allereerst moet worden benadrukt dat de EU haar pad naar “technologische vrijheid en veiligheid” niet helemaal opnieuw begint. De EU-lidstaten beschikken over uitgebreide kennis. Iedereen heeft wel eens gehoord van Nokia, Siemens, Bosch of Orange.
De EU heeft veel te bieden op het gebied van micro-elektronica, zoals ASML Holding uit Nederland, ’s werelds grootste aanbieder van lithografiesystemen voor de halfgeleiderindustrie. Infineon Technologies AG is op zijn beurt een Duitse halfgeleiderfabrikant. En het Franse bedrijf Atos maakt supercomputers. De EU is daarom breed gepositioneerd. Deze breedte is ook nodig om veilig door de ‘technologische oceaan’ te kunnen navigeren en in de toekomst te kunnen concurreren met de Amerikaanse en Chinese ‘haaien’.
Welke regels moeten gelden voor Big Tech?
De EU hecht groot belang aan de ontwikkeling van normen in de digitale ruimte. De Wet Bescherming Persoonsgegevens (AVG) bestaat al, en binnen minder dan twee jaar zullen andere wetten, zoals de Wet op de Digitale Markten en de Wet op de Digitale Diensten, van kracht worden. Deze regels beperken wat technologiebedrijven met gebruikersgegevens kunnen doen en welke advertenties ze online mogen plaatsen. Volgens deskundigen zijn Europese bedrijven voor 90 procent afhankelijk van Amerikaanse dienstverleners, wat risico’s van spionage en cyberaanvallen met zich meebrengt.
Het EU-Parlement wil niet alleen de richting bepalen voor de digitale economie in de EU, maar wil ook mondiale normen creëren die de achterstand van Europa in de strijd om technologisch leiderschap compenseren. De opening van een EU-kantoor in Silicon Valley in 2022 laat zien hoe serieus het blok het neemt een leidende rol te spelen bij het reguleren van technologie.
Kwantumcomputers als veiligheidsrisico
De EU verhoogt ook het budget voor onderzoek en ontwikkeling en ontwikkelt ‘ Horizon Europa ’, een innovatieprogramma met zo’n 95,5 miljard euro in de periode tussen 2021 en 2027. Vermeldenswaard is ook de ontwikkeling van onderzoeksprogramma’s op het gebied van quantum computing. De EU heeft in 2018 van kwantumtechnologie een prioriteit gemaakt en een miljard euro uitgetrokken voor onderzoeksfinanciering. Het “ Quantum Flagship ” is een van de meest ambitieuze initiatieven en wordt beschouwd als de grootste internationale financieringsinstelling voor kwantumtechnologie.
De angst om de race te verliezen is groot. De verwachting is dat supercomputers binnen enkele seconden encryptieprotocollen kunnen kraken. Volgens deskundigen zouden de computers binnenkort onder exportbeperkingen kunnen vallen.
Financieringsbeleid gemaakt in de EU
Ook worden er middelen beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van eigen hightech producten. De Europese Commissie heeft in 2022 de “ European Chips Act ” aangekondigd. Het is van plan halfgeleiders te ontwikkelen om de afhankelijkheid van het Amerikaans-Aziatische infuus te verminderen. In verband met dit initiatief wil de Commissie 11 miljard euro uittrekken voor de productie van halfgeleiders. Tegen 2030 moet in totaal 43 miljard euro aan investeringen worden opgehaald om het aandeel van de EU op de mondiale halfgeleidermarkt te vergroten van negen naar twintig procent.
Naast halfgeleiders heeft de EU kwantumtechnologie nodig om onafhankelijk te worden van de VS en Oost-Azië. De EU lanceert daarom een programma om supercomputers te bouwen. In 2021 heeft de Europese Raad een verordening aangenomen tot oprichting van de joint venture “ EuroHPC ”, gevestigd in Luxemburg, die in Europa passende infrastructuur zal bouwen om aan de behoeften te voldoen en onderzoeksnetwerken voor high-performance computing zal ontwikkelen.
“Euro HPC” heeft acht supercomputers aangeschaft die over heel Europa worden verspreid. Deze moeten worden bediend met Europese microprocessors. De EU doet onderzoek naar processors voor energiebesparend computergebruik en heeft het zogenaamde European Processor Initiative ( EPI ) gelanceerd . Startups als Sipearl of Tachyum zijn bedoeld om het continent minder afhankelijk te maken van Amerikaanse fabrikanten als AMD of Intel.
Toeleveringsketens omspannen de wereld
Sinds Thierry Breton campagne voerde voor de technologische onafhankelijkheid van de Europese Unie, is het debat over technologische soevereiniteit weer volop aan de gang. Maar in de gemondialiseerde wereld is technologische soevereiniteit moeilijk te definiëren. Microtechnologie illustreert de uitdagingen waarmee de EU wordt geconfronteerd. Wereldwijd zijn talloze bedrijven betrokken bij de productie van microchips. Het netwerk strekt zich uit tot landen als de VS, Taiwan, Zuid-Korea en Duitsland.
Geen enkel bedrijf beschikt over alle componenten die nodig zijn in de micro-elektronica. Een groot deel van de middelen komt uit verschillende landen, waardoor afhankelijkheden ontstaan. China is de belangrijkste leverancier van zeldzame aardmetalen. Inerte gassen komen uit landen als Rusland. Fotolithografiemachines worden voornamelijk in Nederland geproduceerd. Duitse bedrijven als Siltronic AG produceren siliciumwafels en Japanse bedrijven als Showa Denko KK leveren chemicaliën.
Doodlopende technologie zelfvoorziening
Gezien deze onderlinge verbindingen is het vrijwel onmogelijk om alles te vervangen door binnenlandse productie. Dit stelt de EU voor de uitdaging om met haar partners te coördineren. Om de levering van microchips te garanderen heeft de EU speciale wetten aangenomen.
Deze zijn bedoeld om de vestiging van grote fabrikanten zoals Intel en TSMC in Europa te verzekeren. Intel heeft al beloofd de komende tien jaar 80 miljard euro in de EU te investeren. Bij TSMC ligt het anders: hoewel er al gesprekken waren over het openen van fabrieken in Europa, zijn deze nu vastgelopen. Daarentegen haalden de VS TSMC over om een fabriek in Arizona te bouwen.
De digitale race is in volle gang en de technologische soevereiniteit van Europa, en vooral Duitsland, staat op het spel. Om concurrerend te blijven zijn investeringen in onderzoek en innovatie van cruciaal belang. Allianties op nationaal en internationaal niveau zijn essentieel om gemeenschappelijke doelen te bereiken en de toeleveringsketens veilig te stellen. Tegen de achtergrond van internationale onrust streeft de EU ernaar de transatlantische eenheid uit te breiden, niet alleen op militair-politiek gebied, maar ook op technologisch gebied.
Zit Europa klem tussen de technologiegiganten VS en China?
Soortgelijke inspanningen zijn te zien aan de andere kant van de Atlantische Oceaan. Een eerste stap richting consolidatie. Deskundigen waarschuwen echter voor de overheersing van Amerikaanse belangen, vooral als het gaat om technologieregulering. Dit moet zo innovatievriendelijk mogelijk worden ontworpen en bedrijven aanmoedigen om te investeren in veelbelovende technologiegebieden zonder bureaucratische obstakels te hoeven overwinnen.
Een duidelijke nationale en Europese strategie is noodzakelijk om concurrentievoordelen veilig te stellen. Stilstaan is geen optie in de digitale wereld. Europa en Duitsland moeten nu resoluut optreden om op weg te gaan naar een technologisch soevereine toekomst. Het vormgeven van het digitale tijdperk ligt in onze handen. Het is tijd om deze kans te grijpen.