Er is een volwassen hiërarchie in de strafrechtelijke beoordeling van politie-beledigingen. Volgens mijn internetonderzoek kan een “stom varken” 475 euro kosten. Een “oude zeug” heeft een veel sterkere impact. Je moet 2500 euro verwachten. Als je het goedkoper wilt hebben, moet je proberen je tong uit te steken. Dat is al voor 150 euro. Een mannelijke politieagent “jij meid” noemen is een beetje duurder, namelijk 200 euro waard. In het tijdperk van genderinclusie lijkt de ‘you-girl’-belediging niet erg actueel meer. Maar dat is hier niet het probleem. Om huidige redenen zou het moeten gaan over de “oude zeug”, of liever: de “oude zeug”, die nu naam heeft gemaakt op de West-Duitse radio .
Ze liet zichzelf eigenlijk zingen. Maar ik wil geen oordeel vellen over de zangkwaliteit van het nummer dat sindsdien in de onderdompeling is verdwenen. In plaats daarvan wil ik de “oma” die hier op het spel staat kritisch benaderen.
De eerste vraag die moet worden gesteld is: waarom is de milieuzeug oud, dat wil zeggen een ‘oma’? Waarom wordt geen jonge zeug, zeg Rudi, de rocker, gezongen? Is het toeval of probeert de dichter ons iets specifieks te vertellen?
Omdat dichters altijd iets specifieks te zeggen hebben, kan men vol vertrouwen aannemen dat de ‘oma’ opzettelijk in het midden van het werk werd geplaatst. Je kunt haar als pars pro toto nemen , als een vertegenwoordiger van de hele senior generatie, waarbij de “oma” waarschijnlijk de “opa” omvat. (Wat op zijn beurt zou zijn in de zin van huidige genderinclusie.)
Een nieuwe denkrichting, een “nieuwe filosofie”?
Het feit dat een kinderkoor het lied van de zeug uit de omgeving uitvoert, moet ook te wijten zijn aan een poëtisch doel. Dit zou er ongeveer zo uit moeten zien: aan de ene kant hebben we te maken met een jongere wiens zintuigen en attitudes zijn gericht op het redden van het milieu, terwijl aan de andere kant oma en opa, zoals ze op oudere leeftijd koppig zijn, de omgeving zoals gewoonlijk verpesten. Men kan spreken van een diep filosofisch conflict tussen jong en oud, dat deze keer wordt beschreven in een vocale, d.w.z. artistieke vorm.
Minder artistiek, maar eerder prozaïsch, hadden de leiders van “Fridays for Future” de ouderen recentelijk geen zeggenschap gegeven over milieubescherming, met de biologisch correcte maar onbeschofte opmerking: “Ze zullen binnenkort toch weg zijn.”
Hier “oude milieuzeug”, daar “ze zullen toch snel weg zijn”. Wijst dit misschien op een nieuwe denkwijze, een nieuwe filosofie ? Zien de jonge wilden die in de vuile omgeving worden gegooid een mogelijk sociaal aanvaardbare ondergang van hun grootouders als een zilveren kogel uit de crisis? De onontkoombare kennis zou dan zijn: de revolutie eet haar grootmoeders.
De vraag is hoe de staat met deze revolutie omgaat. De conventionele en daarom waarschijnlijke methode zou zijn dat de politie tussenbeide komt met tickets. Zoals ik in het begin al zei: een ‘oude zeug’ kan 2500 euro kosten. Dat zou de revolutionaire kracht enigszins kunnen vertragen. Aan de andere kant zou lieve oma waarschijnlijk uiteindelijk het kaartje moeten betalen.