Zowel in Frankrijk als in Groot-Brittannië worden giftige leugens verspreid over de opstandige Franse werknemers.
Vorige week, tijdens een rauw protest in mei, hebben de gilets jaunes het Pitié-Salpêtrière-ziekenhuis in Parijs geplunderd. Tweeëndertig demonstranten werden gearresteerd. Dit was een ‘aanval’ van ‘antikapitalistische, ultralinkse militanten’, aldus de Franse minister van Binnenlandse Zaken Christophe Castaner.
Maar dat was het niet. Videomateriaal van het incident toont duidelijk de demonstranten die hun toevlucht zoeken terwijl ze worden achtervolgd door tientallen politieagenten die traangasgranaten afvuren en hen met stokken slaan. De demonstranten werden allemaal vrijgelaten zonder aanklacht en de minister van Binnenlandse Zaken werd gedwongen om terug te roeien op zijn claim.
Zulke ongegronde laster tegen de gilets jaunes, zowel van de media als van de overheid, is niet nieuw. Vanaf het moment dat de protesten in november 2018 begonnen, hekelde de regering onmiddellijk de gele vesten als extreemrechtse misdadigers. Een maand later gebruikte president Macron zijn nieuwjaarsboodschap om de demonstranten als een ‘haatvolle menigte’ te bestempelen, die ‘gekozen vertegenwoordigers, de ordehandhavers, journalisten, joden, buitenlanders, homoseksuelen’ aanvallen. Talrijke reguliere mediakanalen beweren dat de demonstranten ‘aangewakkerd’ en ‘gemanipuleerd’ zijn door Vladimir Poetin.
Gezien de bedoelingen van de gele vesten om het Franse establishment op zijn kop te zetten, is dit antwoord niet verrassend. Opvallender is echter het totale gebrek aan belangstelling van de media en politici aan deze kant van het Kanaal. De schaarste aan berichtgeving is zo groot dat er zelfs een gerucht de ronde doet dat de regering van Theresa May een zogenaamde ‘D-bericht’ heeft uitgegeven, dat de pers de mond snoert van de Franse opstanden om te voorkomen dat er nabootsingsdemo’s in Brexit Groot-Brittannië worden nagevolgd. Maar er is geen officieel verbod in Groot-Brittannië. De veel droevigere realiteit is dat er geen officieel verbod is.
De belangrijkste golf van protesten sinds 1968 is de afgelopen 26 weken – bijna zes maanden – aan de gang en toch lokt het nauwelijks een reactie uit op deze kusten. Dit is een beweging van mensen die meer democratische en economische controle eist. Ze strijden tegen een neoliberale orde die hun levensstandaard heeft aangetast en hen van hun gemeenschappen en sociale solidariteit heeft beroofd. Het zou een natuurlijke zaak voor links moeten zijn. Waar zijn de stomptoespraken waarin solidariteit tot uitdrukking komt? Waar zijn de parlementaire Early Day Motions? Arbeidsleider Jeremy Corbyn heeft in het verleden Early Day Motions ondertekend of geïnitieerd om zijn solidariteit te betuigen met het verre Venezuela, Palestina en vele anderen. Maar niets op de gilets jaunes. En waarom hebben de zogenaamd ‘internationalistische’, pro-EU vakbondsleiders van Groot-Brittannië hun steun niet uitgebreid naar de strijdende Franse arbeiders?
Nog zorgwekkender is het stilzwijgen over het groeiende autoritaire karakter van de Franse regering. De onafhankelijke journalist David Dufresne heeft op het moment van schrijven meer dan 780 afzonderlijke en verifieerbare ernstige verwondingen door politiegeweld geteld. Demonstranten hebben hun handen eraf geschoten en de scores zijn een oog verloren. De regering van Macron heeft nieuwe wetten ingevoerd die ongeoorloofde protesten verbieden en zogenaamd nepnieuws (ook wel anti-establishment content genoemd) op sociale media censureren. Oppositieleiders hebben een inval gedaan in hun kantoren en aanklagers hebben geprobeerd om onderzoekskranten zonder bevelschrift te fouilleren. Stelt u zich het koor van de veroordeling voor als dit in het Hongarije van Viktor Orban zou gebeuren? Toch is er nauwelijks sprake van een afkeuring van de liberale machthebber van Frankrijk.
Ja, sommige Britse journalisten en politici hebben de laster van de Franse regering op zich genomen, wat ongetwijfeld hun interesse in de strijd van de gele vesten heeft getemperd en hen in staat heeft gesteld de ernst van het autoritaire autoritaire optreden van de regering te bagatelliseren. Propaganda’s maken de weinige Engelstalige rapporten over de protesten in de hand gewerkt door de Propaganda. De Britse krant The Times, bijvoorbeeld, meldt dat de politie ‘overmeesterd’ en ‘machteloos’ is ten opzichte van de ‘gilets jaunes mob’ – ondanks het feit dat de verhouding tussen politie en demonstranten in het betrokken weekend, zoals de meeste weekends, volgens officiële cijfers rond de 1:1 lag.
Maar de werkelijke oorzaak van deze onverschilligheid is een bewustzijn, althans op enig niveau, van wie de gilets jaunes zijn, hun plaats in de samenleving en waar ze tegen vechten. Veel van de gele vesten hebben dezelfde demografische achtergrond als de ‘deplorables’ in Trump’s America en de ‘gammon’ van Brexit Britain, die alom verafschuwd zijn door het politieke en media-instituut. Bovendien strijden de gilets jaunes tegen een ondemocratische, neoliberale orde die wordt gesteund door alle vleugels van het over het algemeen pro-Europese establishment. Zij zijn de zoveelste manifestatie van de populistische opstand die de politieke regels in heel Europa aan het afbreken is. Dat is de reden waarom de gilets jaunes waarnemers in het Verenigd Koninkrijk afschrikken – en dat is ook de reden waarom ze onze solidariteit verdienen.