De VRT publiceerde eind vorige week ‘De Stemming’, een groot jaarlijks onderzoek naar de politieke attitudes van de Vlaamse bevolking. Daaruit blijkt dat de trend die we ondertussen al vele jaren waarnemen in Europa zich verderzet: het extreemrechtse Vlaams Belang krijgt een kwart van de kiestintenties en wordt daarmee de grootste partij van Vlaanderen. Samen met N-VA, dat zich na de verkiezingen in 2019 een gewillige collaborateur heeft getoond, zou ze nu een Vlaamse regering kunnen leveren.
Falen van de politiek
De reacties op dit zoveelste falen van ons politieke bestel zijn alarmerend. Enerzijds heb je journalisten en professionele commentatoren die inmiddels helemaal zijn vervallen in strategische analyse en politique politicienne. Wie gaat erop vooruit, door welke factoren, hoe beïnvloedt dit de formatie… De menselijke basisreactie, dat het onaanvaardbaar en schandalig is dat een openlijke racistische partij kans maakt om mee te besturen, is er helemaal uit. Wellicht speelt vermoeidheid hierin mee. Na de zoveelste haatdragende uitspraak kunnen velen de energie niet meer vinden om verontwaardigd te zijn, zeker als ze niet zelf tot een minderheid behoren.
Er wordt geen enkele verantwoordelijkheid bij de kiezers gelegd
Anderzijds klinkt uit linkse en traditionele hoek een zo mogelijk nog zorgwekkender geluid. Er wordt geen enkele verantwoordelijkheid bij de kiezers gelegd, de politiek wordt zonder meer als schuldige aangewezen. Gewone politici zijn er niet in geslaagd ‘mensen te motiveren’ en ‘een positief verhaal’ te brengen, en extreemrechtse politici hebben van die lacune gebruik gemaakt om het volk te misleiden met fake news en verdelende retoriek. Een dergelijke analyse biedt het voordeel dat de kiezers hun maagdelijke onschuld behouden. Hier kan men dan gemakkelijk de inmiddels alom gekende gemeenplaatsen over ‘boze burgers’, ‘verliezers van de globalisering’ en ‘te snelle verandering’ aan koppelen.
Democratie
Van levensbelang is dat het centrale dogma van de democratie nooit in vraag gesteld mag worden. Dat dogma luidt: ‘een meerderheid van de bevolking kan nooit bewust kiezen voor politici en ideologieën die onaanvaardbaar zijn.’ Wie dit in twijfel trekt, wordt verguisd als ‘elitair’ of zelfs ‘dictatoriaal’. Deze sacralisering van de democratie heeft zijn historische wortels in de vorige eeuw: het waren immers de westerse democratieën die het veelkoppige monster van het fascisme versloegen en daarna weerstand boden tegen het totalitaire communisme van de Sovjet-Unie. En streefden de facisten en communisten niet allebei naar de afschaffing van de democratie?
Dit is een grove misvatting. De extreemrechtse en extreemlinkse bewegingen van de 20ste eeuw streefden naar de omverwerping van het parlement, niet van de democratie als geheel. In de mate waarin die democratie en parlement vereenzelvigd raakten in de loop van de 19de eeuw kan men ze verwarren, maar ze vallen zeker niet samen. De instellingen van het oude Athene, de Turkische en Mongoolse steppenvolkeren of de stammen van sub-Saharaans Afrika waren democratisch, maar allerminst representatief. De etymologische wortel van het woord democratie (van het Griekse demos, volk, en kratos, macht, dus ‘macht aan het volk’) bevat geen enkele verwijzing naar een parlement.
democratie als een tirannie van de meerderheid
In feite waren parlementen in hun oorsprong expliciet antidemocratisch. Wie bijvoorbeeld de zogenaamde founding fathers van de VS leest, maar evengoed het merendeel van de Franse revolutionairen, zal zien dat ze als de dood waren voor democratie. Ze zagen democratie als een tirannie van de meerderheid. Dat verklaart de schijnbaar overdreven ingewikkelde kiesstelsels die ze invoerden. Dat het kiescollege en first past the post-stelsel in de VS meestal niet de voorkeur van de meerderheid weerspiegelen is geen vergissing. Dat is een ingebouwd mechanisme.
Populisme
In dat opzicht waren de 20ste-eeuwse populisten de echte democraten. Zij wilden dit hele systeem afschaffen en vervangen door één leider en partij die een perfecte weerspiegeling en belichaming van het volk vormden. Daarbij inspireerden ze zich op een alternatieve democratische traditie in het Westen: die van Hobbes en Rousseau. Het is geen toeval dat de officiële jurist van het Derde Rijk, Carl Schmitt, sterk door hen beïnvloed was. De Franse liberaal-conservatieve denker Raymond Aron karakteriseerde de nationaalsocialistische staat al in 1935 als een ‘démocratie autoritaire et plébiscitaire’.
Hervorming
De tijd is rijp voor een ernstige reflectie over het hervormen van ons politiek bestel, in alle landen van Europa. We moeten stilaan een kritische blik durven werpen op de vorm die onze democratieën aannemen en ons afvragen of het democratische element niet te zwaar doorweegt. In het publieke debat bestaat daar nog steeds een immens taboe tegen. Dit maakt het ons onmogelijk om op te treden tegen de naderende ramp. Als slaapwandelaars wankelen we gestaag richting de afgrond, machteloos om iets te ondernemen uit angst om als ‘ondemocratisch’ verguisd te worden. Het democratische dogma verlamt ons.
te veel democratie mondt uit in tirannie
Het wordt dus tijd om luid en duidelijk te zeggen: te veel democratie mondt uit in tirannie. Als de meerderheid in Hongarije transgenders wil discrimineren, als de meerderheid in Egypte homo’s wil stenigen, als de meerderheid in India moslims en christenen wil vervolgen, dan zijn ze fout. En als de meerderheid in Vlaanderen allochtonen wil aanvallen, dan is ze dat ook.
De casus van de nieuwe antitransgenderwet in Hongarije toont waarom we niet mogen berusten in de rechtsstaat en Europese instellingen voor de bescherming van minderheden. Discriminerende en haatdragende maatregelen kunnen nog steeds door de mazen van het net glippen. Minderheden worden nog steeds geconfronteerd met het soort wetten dat vaak vergoeilijkend wordt aangeduid als ‘pesterijen’. Voor transgenders zijn ze echter veel meer dan dat: ze vormen een aanslag op hun welzijn, leven en vrijheid.
Meerderheid
Voor de beteugeling van de democratie verkeren we in België in een bijzonder fortuinlijke positie. Het extreemrechtse virus dat in gans Europa opgang maakt, is machteloos gebleken aan de overkant van de taalgrens. Er zal dus binnenkort misschien geen Vlaamse meerderheid meer bestaan tegen extreemrechts, maar wel een Belgische. Op korte termijn hoeven we geen grootschalige democratische hervormingen aan te brengen om het dreigende gevaar af te wenden: het volstaat om bevoegdheden te herfederaliseren en te besturen met een Vlaamse minderheid. Vijf minuten politieke moed van de traditionele en linkse partijen zijn voldoende.
Een groeiend deel van de Vlaamse bevolking gelooft niet in gelijkheid en vrijheid voor elk individu ongeacht hun kleur, geslacht of geloof, of acht dit in elk geval niet essentieel. Ze zien de mogelijkheid van pakweg Filip Dewinter of Sam van Rooy als minister niet als een dealbreaker. Tevergeefs heeft men ze proberen te overtuigen met holle slogans en wollige grootspraak. Alleen een structurele hervorming van de democratie kan ze echter onschadelijk maken.