Het coronabeleid is misschien niet bedoeld als psychologische oorlogvoering tegen de eigen bevolking, maar dat is wel waar het op uit is gedraaid. We worden al bijna twee jaar geregeerd door angst, woede en vooral onzekerheid. Het is een uitputtingsslag waarin sommigen radicaliseren en anderen de strijd opgeven. Niemand wordt er gelukkiger van.
Coronamoeheid stopt corona niet
Eigenlijk wil ik helemaal niet over corona schrijven. Corona is een zeer onwelkome gast die begin 2020 onze voordeur inbeukte. Hij joeg oma naar zolder en sloot de kinderen op in hun kamers. Hij plunderde de voorraadkast en zit nu breeduit – luidruchtig en stinkend – op de bank met zijn voeten op tafel terwijl hij ons alle kanten op commandeert. Zodra we iets zeggen, schreeuwt hij er dwars doorheen; zodra we iets maken, gooit hij het aan scherven; zodra we iets willen, verbiedt hij het grijnzend. Onze hele wereld bestaat nog slechts uit pogingen om deze ongelikte beer rustig te krijgen en hij wordt niet rustig.
Ik heb schoon genoeg van corona, en toch schrijf ik er nu weer over. En dat moet ook want we kunnen er niet omheen: corona bepaalt ons leven. Alles in mij komt daartegen in verzet. Bestaan wij alleen nog maar om (geen) corona te krijgen? Zijn wij alleen nog maar potentiële patiënten? Is dat onze identiteit? In maart vorig jaar was ik – zoals zovelen – best bereid om tijdelijk wat vrijheid op te geven om de ziekte eronder te krijgen. In april dit jaar heb ik me laten vaccineren. Dat waren rationele beslissingen waar ik nog steeds achter sta, maar het coronabeleid is Rupsje Nooit Genoeg. Er komt altijd meer. En het effect daarvan op onze maatschappij is verwoestend.
Jongeren in de coronacrisis
Deze week kwam naar buiten wat de coronacrisis met studenten doet. 28 duizend studenten van vijftien onderwijsinstellingen deden mee aan een onderzoek van het Trimbos-instituut en de resultaten zijn zorgelijk. Driekwart van hen leed onder eenzaamheid. De helft van de studenten sprak over psychische en emotionele uitputtingsklachten. Een kwart zei soms levensmoe te zijn. De coronacrisis werd door de overgrote meerderheid aangewezen als een belangrijke oorzaak van deze ellende. En geen wonder.
We kunnen heel stoer roepen dat ‘de jeugd van tegenwoordig’ geen echte ellende kent. Hoogbejaarden kunnen vertellen hoe zij de oorlog nog hebben meegemaakt en hoe erg dat was. Niemand zal dat ontkennen, maar het is onzinnig om deze vergelijking te maken. Als een kind een arm breekt, zeggen we dan dat kanker veel erger is? Of gaan we naar het ziekenhuis om die arm te laten behandelen? Nee, de ‘jeugd van tegenwoordig’ lijdt niet onder een nazibezetting en Jodenvervolging, maar dat betekent niet dat hun leed niets voorstelt.
Het is normaal dat adolescenten zich losmaken van hun ouders om te ontdekken hoe ze zelf in de wereld (willen) staan. Dat doen ze voor een groot deel door sociale contacten met leeftijdgenoten. En al lopen veel van die contacten tegenwoordig via social media, contact in het echte leven blijft belangrijk. Het geklets in de pauzes is zeker zo waardevol als het onderwijs zelf. De blunders bij het uitgaan – met alcohol, drugs of mislukte flirtpogingen – zijn essentiële lessen. Samen uit je dak gaan bij een concert, samen sporten of sportwedstrijden kijken, samen rondhangen op een straathoek en proberen elkaar te overtroeven… alles werkt mee om uit te vinden welke keuzes je in het leven wilt maken. En nu zijn al ruim anderhalf jaar lang bijna al deze mogelijkheden afgesneden. We kunnen hier laatdunkend over doen, we kunnen dit een luxeprobleem noemen. Maar voor veel jongeren waren dit de belangrijkste zaken in hun leven, en ze moeten het ineens maar zonder zien te redden.
De zwakken beschermen
Maar we doen het voor de zwakken! Dat was zeker in het begin het argument achter veel maatregelen en bijna iedereen was daar gevoelig voor. We zien onze oma’s en ziekelijke kinderen graag nog vele jaren van het leven genieten, en is het niet een teken van menselijkheid om voor de zwakken te zorgen? Hoe dit voor de zwakken uitpakt is de vraag. Vorig jaar mochten we niet op bezoek in de verpleeghuizen terwijl personeel zonder beschermend materiaal moest werken. Het resultaat? Juist in de verpleeghuizen sloeg corona keihard toe en veel zwakken stierven, en dat zonder de troostende nabijheid van hun naasten.
Zwakken die een partner hadden of sterk genoeg waren om zelfstandig te blijven wonen, kozen vaak voor isolement. Maar wat is er nog over van hun leven? De contacten zijn tot een minimum beperkt en de angst regeert. Als je hoogbejaard bent en nog maar een paar jaar te leven hebt, wil je dan opgesloten zitten uit angst voor een virus? Dan zal je in eenzaamheid sterven omdat de jaren gewoon doortellen en magere Hein uiteindelijk toch voor je deur staat. Juist de weinige jaren die de zwaksten onder ons nog hebben, zouden vol leven moeten zijn. Ze zouden gevuld moeten zijn met warme contacten en de kleine genoegens van verenigingsleven, een dagje uit of een mooi concert.
Meegaan in het narratief
Het lijkt alsof niets meer meetelt, alsof er maar één schrikbeeld mag zijn. En dat schrikbeeld is: corona krijgen en daar misschien aan sterven. Een artikel in de Volkskrant had als titel De nieuwe lockdown: ‘Dat beestje is er nog steeds, dus we moeten wel’. Hierin werden bejaarden uit Weert geïnterviewd. Een paar citaten.
- Veger voelt zich gezond en tennist nog. Maar zijn vrouw is kwetsbaarder. Zij is een jaar niet buiten geweest, hij deed de boodschappen. Zaterdag wordt zij ook 88. ‘We zouden uit eten gaan, om zes uur’, vertelt Veger. ‘Dat zal wel niet door kunnen gaan, nu de horeca waarschijnlijk om zeven uur moet sluiten. Nou ja, jammer dan.’
- Het is een onzekere tijd, vertelt Smeets, die alleen woont. Corona heeft voortdurend gevolgen voor haar leven. ‘Ik heb vanavond een afspraak met drie andere dames. Maar die kan niet doorgaan, omdat de echtgenoot van een van hen corona heeft. Ook met zwemmen kan dat gebeuren. Ik ben ook nog vrijwilliger in een boekwinkel. Je moet steeds alert zijn.’
- Door de coronacrisis is hij al een avondje bridgen kwijtgeraakt en Pierre vreest nu met een verdere horecasluiting ook voor zijn tweede avondje aan de bridgetafel. ‘Ik ga geregeld naar het theater en hoop dat dat open blijft’, zegt hij.
Een jaar niet buiten geweest, niet meer uit eten kunnen, niet met vriendinnen af kunnen spreken, steeds alert zijn, steeds maar hopen dat het niet nog erger wordt. Het is benauwend om te lezen en toch pleiten deze mensen stuk voor stuk voor een nieuwe lockdown. ‘We moeten wel.’ De angst voor corona bepaalt alles voor deze bejaarden; het lijkt wel een massapsychose. In alle onzekerheid klampen ze zich vast aan het narratief dat nu al zo lang verkondigd wordt: samen krijgen we corona onder controle. Het begint bijna religieus te worden.
Krijgen we samen corona onder controle??
Als je Hugo de Jonge en Mark Rutte moet geloven, zijn zij de ridders die voorop gaan in de strijd om Nederland te beschermen tegen corona. Maar is dat wat zij doen? Als de regering werkelijk corona onder controle zou willen krijgen, zou je verwachten dat er bijvoorbeeld iets aan onze sterk vermagerde zorgsector zou gebeuren. Helaas. De Nederlandse IC-zorg is ‘efficiënt ingericht’: managerstaal voor ‘zo goedkoop mogelijk’. Er mocht vooral geen overcapaciteit zijn. Zodoende was het elke winter al crisis in de ziekenhuizen als de griep langskwam. En toen kwam corona… We oogsten wat gezaaid is. En denk vooral niet dat tijdens de coronacrisis de zorg versterkt is, integendeel: tienduizenden zorgmedewerkers hebben de strijd opgegeven. Ze trokken het niet meer. Dat is de reden waarom we nu nog minder IC-capaciteit hebben dan aan het begin van de coronacrisis.
Al zo lang we in deze crisis zitten, blundert de regering bij de praktische aanpak van corona. Bij het zorgen voor beschermend materiaal, het testen, de vaccins, wat dan ook. De regering wist overal een chaos van te maken. December 2020 schreef ik nog een kort overzicht van alle ellende naar aanleiding van – u gelooft het niet – de prijs die het EenVandaag opiniepanel had toegekend aan ‘de leidende rol van het kabinet in de coronacrisis’… Daarna kregen we nog de vaccinatiecampagne waarin Nederland mee hobbelde op een inmiddels vertrouwde plek: achteraan in Europa. Maar de prijs voor ‘de politieke prestatie van 2020’ was binnen. Gefeliciteerd.
Manipuleren met corona
Is deze regering dan nergens goed in? Jawel. Deze regering is uitmuntend in het inzetten van corona voor politieke doeleinden. De persconferenties van Rutte en De Jonge zijn in feite volstrekt nutteloos en dienen slechts om de heren in de schijnwerpers te zetten. Deze show heeft niets met transparantie of aanspreekbaarheid te maken. De maatregelen kunnen net zo goed op de site van het RIVM en in de media gepubliceerd worden, en wat aanspreekbaarheid betreft… de regering luistert niet eens naar de Kamer, dus zeker niet naar de media. De persconferentie is een platform voor twee aartsleugenaars. We horen daar beloftes die steeds weer hoop geven en vervolgens hol blijken; we horen daar leugens over hoe het ging, hoe het gaat en zelfs over hoe het zal gaan.
Een vierluik. pic.twitter.com/BNBGBwHelr
— Sander van D. (@Sandervandam2) November 12, 2021
Het laatste wat Rutte en De Jonge willen is een diepgaande discussie over hun beleid, en dus hebben ze zich gespecialiseerd in afleidingsmanoeuvres. Hun meest succesvolle afleidingsmanoeuvre van dit moment is een klassieker: verdeel en heers. Dankzij de QR-code en straks het 2G-beleid hebben ze de woede van een grote groep in de samenleving weten te mobiliseren tegen de ongevaccineerden. Dit gaat niet om het bestrijden van corona, want dan zouden klachten maatgevend zijn, of zelfs testen. Maar in de nieuwe wereld van Hugo en Mark kunnen zieke gevaccineerden overal naar binnen terwijl geteste ongevaccineerden op het strafbankje zitten. Deze kolder creëert chaos zodat mensen elkaar naar de keel zullen vliegen of zich aan de meest onzinnige maatregelen vast zullen klampen omdat ze wanhopig behoefte hebben aan zekerheid.
Wat doen wij?
En hoe reageren wij hierop? Gaan we lekker mee met boos zijn op de zondebok? Wordt de wereld weer wat overzichtelijker als we die nare ongevaccineerden de schuld kunnen geven? Of slaan we door naar het andere uiterste en noemen we iedereen die zich liet vaccineren een verrader? In beide gevallen doen we precies wat Hugo wil. Dan hebben we het namelijk niet over zijn geblunder, en dat zouden we wel moeten doen. We zouden de regering ter verantwoording moeten roepen over dit beleid. Over de schandalige verwaarlozing van de zorg en over maatregelen die averechts werken.
We zouden op moeten komen voor de jongeren. Voor alle mensen die wegkwijnen door het gebrek aan sociale contacten door onzinmaatregelen. We zouden ons meer zorgen moeten maken over mensen als die bejaarden uit Weert die nu alle kanten op gemanipuleerd worden. Zij proberen zich elke keer meer aan te passen om het gevaar maar te bezweren. Zij willen zo graag dat het beter gaat dat ze hun grenzen telkens verleggen. En als ze zich eenmaal op dat hellende vlak begeven, lijkt elke volgende stap logisch. Sterker nog: hoe meer stappen ze zetten, hoe moeilijker het wordt om terug te gaan. Ze hebben immers al zo veel geïnvesteerd? Zij gaan gewillig mee in discriminerend beleid, niet omdat zij perse slecht zijn, maar omdat de campagne van de overheid hen in deze hoek heeft weten te krijgen.
En vooral zouden wij op moeten komen voor de ongevaccineerden die nu tot paria’s worden gemaakt. We zouden op moeten komen voor hun grondrechten, want het is heel simpel: als wij de grondrechten van anderen niet verdedigen, zijn wij onze eigen grondrechten niet waard. Te veel Nederlanders zijn tijdens de coronacrisis al grenzen overgegaan die ooit heilig waren. Wij allemaal zouden ons dagelijks af moeten vragen waar onze grens ligt en of we die misschien al overgestoken zijn.