Van Groot-Brittannië tot Hongarije en Italië, is uiterst rechts in opmars. Uitvoerig onderzoek van openDemocracy het afgelopen jaar heeft daarbij de essentiële rol van de Christelijke conservatieven in de verenigde Staten blootgelegd.
Vijf jaar geleden heeft Matteo Salvini gestript en half naakt geposeerd voor een reeks van “sexy” foto’s die werden geveild op eBay. Op dat ogenblik, was hij een hoge medewerker van de separatistische partij van Italië, Lega Nord. Zijn bizarre fotoshoot vond plaats als bijprogramma van een conferentie van het Front National in Frankrijk. Tot de begunstigden van de veiling behoorde een Italiaans anti-abortus netwerk dat verklaart“geïnspireerd” te zijn door het “erfgoed van de christelijke cultuur” en een reactie biedt op de “samenzwering tegen het leven”.
Vandaag de dag heeft Salvini’s partij zich omgevormd tot een van de meest prominente nationalistische bewegingen in Europa (en nu bekend staat als alleen Lega). Salvini zelf is de Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken en de meest bekende politicus van het land geworden, gesterkt door de verbluffende resultaten van de recente verkiezingen voor het Europees Parlement, waarbij zijn partij een derde van de Italiaanse stemmen won (vijf keer meer dan de 6 procent die zijn partij in 2014 kreeg).
Samen met Marine le Pen in Frankrijk, leider van het Front National (nu omgedoopt tot de Rassemblement National, Nationale Bijeenkomst), de Hongaarse premier Viktor Orbán, en anderen, leidt Salvini een verrassende heropleving van extreemrechts in Europa. Over het hele continent wordt de berichtgeving van deze rechtse populisten steeds gladder, hun partijmachines zijn gedisciplineerd en hun beleid is zorgvuldig ontworpen om een breder scala aan kiezers aan te spreken.
Nog in 2013, verwierp de toenmalige premier van Groot-Brittannië, David Cameron, de anti-EU activisten in zijn eigen Conservatieve Partij als “swivel-eyed loons” (doorgedraaide gekken). Drie jaar later kwam de politieke aardbeving van het Brexit-referendum, waarbij de rafelrand de meerderheid werd. Vandaag de dag hebben de nationalistische bewegingen in Europa een make-over ondergaan van een vergelijkbare snelheid en omvang. Vorige maand wonnen zij samen een recordaantal zetels in het Europees Parlement.
“Het is een teken van een Europa dat veranderd is”, verkondigde Salvini tijdens een triomfantelijke persconferentie in Milaan, kort na de sluiting van de stembussen. Hij hield een rozenkrans omhoog, kuste een kruisbeeld en dankte het “Onbevlekt Hart van Maria”, en verkondigde dat het tijd was om de “joods-christelijke wortels” van Europa te “redden”. In Hongarije wordt door zijn bondgenoot Orbán – de zelfbenoemde voorvechter van de onliberale democratie – “een nieuw tijdperk in de Europese politiek” uitgeroepen.
Deze bewegingen zijn niet van de ene dag op de andere ontstaan en zullen ook niet snel verdwijnen. Sinds medio 2016 hebben we samen met collega’s bij openDemocracy de groei van de nativistische bewegingen in Europa gevolgd, van de Brexit-campagne tot de toenemende wurggreep van Orbán op de macht in Hongarije en de grensoverschrijdende netwerken die de rechten van vrouwen- en LGBTQI willen blokkeren of terugdraaien. Hun strategie begint met het beïnvloeden van verkiezingen, rechtbanken, onderwijs en gezondheidszorgstelsels, maar ook van beleidsmakers en de publieke opinie, en loopt uiteindelijk uit op het overnemen van de macht.
We zijn met dit onderzoek begonnen toen we onregelmatigheden opmerkten in de financiering van de campagne om Groot-Brittannië uit de EU te halen. Sindsdien is het beeld ontstaan van een krachtige, goed gefinancierde wereldwijde alliantie van ultraconservatieven en extreemrechtse politieke actoren, waarvan velen zich verenigen rond een economisch libertair maar sociaal conservatief wereldbeeld.
Deze politieke visie is uitgesproken over het streven om de macht weg te halen van vrouwen en LGBTQI-mensen. Het doel is om het “leven” van de ongeborenen te bevorderen (zonder rekening te houden met de gevolgen van onveilige abortussen en zwangerschappen voor het leven van vrouwen); het “gezin”, waarmee bedoeld wordt een terugkeer naar de traditionele genderrollen, zonder enige ruimte voor LGBTQI-mensen, en het terugplaatsen van vrouwen in huis, dat als hun “natuurlijke” plaats worden gezien; en de “vrijheid” van markten en religieuze instellingen, in het bijzonder christelijke instellingen, boven alle andere claims van rechten of vrijheden.
Deze drie-eenheid van “leven, familie en vrijheid” werd vastgelegd in de Verklaring van Manhattan, een manifest dat meer dan twintig jaar geleden werd geschreven door Amerikaanse activisten van religieuze rechtse partijen. Ondertekenaars, waaronder orthodoxe, evangelische en katholieke leiders, beloofden om eensgezind te handelen en besloten dat “geen enkele macht op aarde, of die nu cultureel of politiek van aard is, ons zal intimideren en ons het zwijgen zal opleggen of zal laten ophouden”.
Vandaag de dag heeft die coalitie een uitgesproken trans-Atlantische kleur gekregen. Veel van de extreemrechtse leiders van Europa praten openlijk over het verdedigen van het “christelijke Europa”. Orbán voegde deze boodschap toe aan het recente Europese verkiezingsmanifest van zijn partij en Salvini valt regelmatig de “genderideologie” aan. Vox, de eerste extreemrechtse partij die zetels in het Spaanse parlement heeft gewonnen sinds de Franco-dictatuur, heeft gezworen om de wetten tegen gendergerelateerd geweld terug te draaien. De Poolse Partij voor Recht en Rechtvaardigheid zet zich in om abortus te verbieden en de toegang van vrouwen tot voorbehoedsmiddelen aan banden te leggen.
Voor de Europeanen die hun continent graag zien als ‘s werelds meest seculiere en sociaal liberale continent, zijn dit verontrustende ontwikkelingen. Het is misschien geen verrassing dat de Europese landen in staat zijn harde nationalistische bewegingen op te zetten, maar het is verbazingwekkend hoe snel deze nieuwe partijen zich hebben ontwikkeld en hun weg hebben geforceerd naar de mainstream van de verkiezingen, en het is opvallend om te zien hoe velen openlijk religieuze en sociaal conservatieve retoriek gebruiken.
Een deel van de verklaring voor deze vloedgolf werd voor ons echter duidelijker toen we de internationale geldstromen begonnen te volgen die verbonden waren met veel van Amerika’s machtigste christelijke conservatieve groepen. Verschillende van de Amerikaanse activisten die de Manhattan-verklaring ondertekenden, hebben sindsdien talrijke reizen over de Atlantische Oceaan gemaakt, met veel geld als bagage om hun inspanningen te ondersteunen.
50 miljoen dollar aan duister geld
Een recent onderzoek van Open Democracy heeft uitgewezen dat Christelijk rechts in de VS de afgelopen tien jaar minstens 50 miljoen dollar aan “duister geld” heeft uitgegeven om campagnes en belangenbehartiging in Europa te financieren. (In het licht van politieke financiering in de VS lijkt dit misschien niet een enorm bedrag, maar naar Europese maatstaven is dit een formidabele som. De totale uitgaven voor de Europese verkiezingen van 2014, bijvoorbeeld door alle Ierse politieke partijen samen, bedroegen slechts 3 miljoen dollar.)
Deze cijfers zijn waarschijnlijk ook het topje van de ijsberg: onze analyse heeft slechts betrekking op twaalf christelijk-rechtse groepen in de VS, en er waren veel obstakels voor het vrijgeven van informatie die de informatie die we konden verkrijgen beperkten. Instellingen die als kerk geregistreerd staan, zijn bijvoorbeeld niet verplicht om hun buitenlandse financiering te publiceren. De grootste donor leek de Billy Graham Evangelistic Association te zijn, die van 2008 tot 2014 meer dan 20 miljoen dollar heeft uitgegeven in Europa, maar na die periode zijn er geen gegevens meer beschikbaar, dus het werkelijke aantal zou veel groter kunnen zijn.
We hebben niet alleen duizenden bladzijden van de aanvragen van deze groepen voor de IRS (belastingdienst, vert.) van de afgelopen tien jaar bekeken, maar we hebben ook samengewerkt met verslaggevers in heel Europa om de geldstroom naar de lokale begunstigden te volgen. Een van de groepen waar we bijvoorbeeld naar hebben gekeken, was Heartbeat International, opgericht in het begin van de jaren zeventig. Het bedrijf is gevestigd in Columbus, Ohio, en wordt gezien als een pionier van het controversiële model van “crisiszwangerschapscentra”, die vrouwen ontmoedigen om legale abortus en voorbehoedsmiddelen te gebruiken. De organisatie heeft nu een netwerk van “aangesloten zwangerschapshulpcentra” wereldwijd en lijkt meer geld te hebben uitgegeven in Italië dan waar dan ook in Europa.
Zoals te verwachten was, vonden we ook banden tussen deze groepen en vooraanstaande leden of adviseurs van de huidige Amerikaanse regering. Geen van hen maakte bekend wie zijn geldschieters waren en er is geen wettelijke verplichting om dat te doen, maar van ten minste twee van hen is bekend dat ze banden hebben met bekende miljardair-financiers van conservatieve aard, waaronder de gebroeders Koch en de familie van de minister van Onderwijs van Trump, Betsy DeVos. Een van de religieuze groepen die we hebben onderzocht en die tussen 2008 en 2017 12,4 miljoen dollar naar Europa heeft gepompt, meldt als hoofdadviseur Jay Sekulow, een van de persoonlijke advocaten van president Trump.
Een andere Amerikaanse groep waarvan we ontdekten dat die geld stuurde naar Europa is het Acton Institute. Het instituut is gevestigd in Grand Rapids, Michigan, en combineert economisch liberalisme met een conservatieve christelijke sociale agenda. Uit de aanvragen van de IRS blijkt dat de groep sinds 2008 minstens 1,7 miljoen dollar heeft uitgegeven in Europa, waar ze een kantoor in Rome heeft en in verband is gebracht met machtige critici van Paus Franciscus, onder meer via een andere controversiële denktank, het Dignitatis Humanae Instituut, waarvan de voormalige strateeg van trump, Steve Bannon een beschermheer is.
Dignitatis heeft onlangs internationaal nieuws gemaakt vanwege de plannen van Bannon om een dertiende-eeuws klooster buiten Rome te gebruiken om een nieuwe generatie Salvinis, Orbáns en Le Pens te trainen. “Laten we een academie hebben die de beste denkers bij elkaar brengt en die ook echt kan trainen…. wat we moderne gladiatoren noemen,” zei Bannon in een interview in april met Richard Engel van NBC. Zijn plannen werden later gedwarsboomd toen de huurovereenkomst van het Instituut over het klooster door de regering werd ingetrokken, onder verwijzing naar diverse schendingen van het contract. Dit volgde op protesten van lokale bewoners die de wettigheid van de huurovereenkomst in twijfel trokken. Enkele van de documenten die in dit proces werden ingediend, toonden aan hoe het Dignitatis Humanae Institute op Acton vertrouwde voor het steunen van de aanvraag, waarbij de gezamenlijke activiteiten tussen de twee organisaties over een periode van vijf jaar in detail werden beschreven.
De oprichter van Acton, Robert Sirico, zei dat het kantoor in Rome zonder zijn medeweten aan dit project had deelgenomen en dat hij het had geïnstrueerd om afstand te nemen van Dignitatis en Bannon. Maar de controverse rond Bannon’s betrokkenheid is blind voor het belangrijkste punt over het werk van Acton. De denktank heeft een expliciete missie om waarden van vrijemarktkapitalisme en sociaal conservatisme te verenigen en te ondersteunen.
In tegenstelling tot de VS is deze mix van vaak tegenstrijdige fundamentalismen in Europa een relatief nieuw fenomeen, maar het is een alliantie die erin slaagt ontkenners van de klimaatverandering, anti-abortusactivisten en anti-LGBTQI-campagnevoerders te verenigen in aanvallen tegen bijvoorbeeld de “liberale” paus. Het verklaart ook de toename van retoriek tegen de welzijnsstaat die we hoorden op het jaarlijkse Wereldcongres van gezinnen (World Congress of Families), een steeds invloedrijkere, ultraconservatieve top die dit jaar in Verona werd gehouden, waar een spreker beweerde dat “de enige welvaartsstaat die in Italië heeft gewerkt het gezin is”. Dit soort retoriek wint aan kracht in plaatsen als Italië en Spanje, waar dergelijke systemen van uitkeringen en rechten lang populair en sterk waren.
De steun van het Amerikaanse religieuze recht voor campagnes tegen legale abortus, LGBTQI-rechten, seksuele voorlichting en andere zaken in Afrika en Latijns-Amerika is door de jaren heen goed gedocumenteerd. Beruchte voorbeelden zoals het wetsvoorstel “kill the gays” in Oeganda en de draconische anti-abortuswetten in Latijns-Amerika hebben een spoor van geweld, trauma’s en repressie achtergelaten in beide continenten. Maar de omvang van het streven van de Amerikaanse religieuze conservatieven om Europa binnen te dringen, is nooit uitvoerig bericht of goed begrepen.
“Het kostte christelijk rechts dertig jaar om zo ver te komen dat ze nu in het Witte Huis zitten”, aldus Neil Datta, de secretaris van het in Brussel gevestigde Europees Parlementair Forum voor Bevolking en Ontwikkeling, in reactie op ons onderzoek. “We wisten dat een soortgelijke inspanning in Europa werd geleverd, maar dit zou een waarschuwing moeten zijn dat dit nog sneller en op grotere schaal gebeurt dan veel deskundigen zich ooit hadden kunnen voorstellen”.
Transatlantische coordinatie
Kort voor de recente Europese verkiezingen stapte Matteo Salvini in Verona het podium op tijdens de conferentie van het Wereldcongres voor het gezin. In zijn toespraak bespotte hij de feministen als “interessant voor antropologen om te bestuderen” en beloofde hij “de strijd aan te gaan met de gendertheorie totdat deze verandert”. Het publiek bestond uit vooraanstaande christelijke conservatieve en anti-abortusactivisten uit de Verenigde Staten, leden van de Russische regering en de Orthodoxe Kerk, en vertegenwoordigers van verschillende Europese extreemrechtse partijen.
Onder luid applaus voegde een stroom Italiaanse politici szich bij hen om hun steun te verklaren aan het “natuurlijke gezin”, dat uitsluitend wordt gedefinieerd als een getrouwde man en vrouw, bij voorkeur met veel kinderen. In navolging van Salvini veroordeelden ze de “crisis van de lege wiegen” in Europa en stelden ze hun cultuuroorlog tegen de rechten van vrouwen en LGBTQI’s op als een economische oplossing voor de hardnekkige problemen van hun land met zijn lage groei en hoge werkloosheid, vooral onder jongeren.
Dit was de derde keer dat openDemocratie verslaggevers naar het WCF stuurde, na Moldavië vorig jaar en Boedapest in 2017, waar Orbán ook sprak. Maar dit jaar was het anders. Wat we ontdekten was een duidelijker beeld van hoe Amerikaanse ultraconservatieven en hun vrienden van extreemrechts in Europa samenwerken. We vonden nieuw bewijs van wat een groep leden van het Europees Parlement heeft omschreven als “zeer zorgwekkende” coördinatie tussen sommige van deze bewegingen. Het meest in het oog springend was de intense focus van deze alliantie op het bereiken van politieke macht.
Een van de meest effectieve sprekers was Ignacio Arsuaga, leider van de in Madrid gevestigde CitizenGo groep. CitizenGo, opgericht in 2013 na een vorige WCF in Spanje, was bedoeld als een conservatief antwoord op de gigantische progressieve online campagneplatforms zoals Avaaz en Change.org. Arsuaga’s organisatie is het meest bekend door haar online petities tegen het homohuwelijk, seksuele voorlichting en abortus en door hun bussen die rondrijden door steden over de hele wereld met reclameslogans tegen LGBTQI-rechten en “feminazis“. Vanaf het podium tierde Arsuaga tegen “de erfgenamen van [de Italiaanse communistische leider Antonio] Gramsci, culturele marxisten … radicale feministen … totalitaire LGBT’s”. Hij verklaarde dat “deze cultuuroorlog een wereldoorlog is” en zei tegen de verzamelde deelnemers dat ze zowel directe wegen naar de macht, via “partijen en verkozenen”, als indirecte wegen moesten bewandelen – “Door hun omgeving te beheersen …. u beheerst hen ook”.
In Verona hebben we vernomen dat CitizenGo, dat de steun heeft van zowel de Amerikaanse als de Russische ultraconservatieven die deel uitmaken van zijn raad van bestuur, een veel ambitieuzere en invloedrijkere rol wilde spelen bij de Europese verkiezingen dan in de vorige campagnes. Het wilde nu handelen, in de woorden van een hoge Vox-ambtenaar, als een Super-PAC om de kiezers naar uiterst rechts te drijven. Arsuaga vertelde een undercover verslaggever die zich voordeed als een potentiële donor over de plannen van de groep om in Spanje aanvallen te doen op politieke tegenstanders van Vox in de laatste weken voor de Spaanse nationale verkiezingen in april.
Hij beschreef verder hoe zijn groep steeds meer coördineert met extreemrechtse bewegingen in Europa, en vertelde de verslaggever hoe hij de wetten inzake campagnefinanciering in zijn land kon omzeilen. In een aantal landen in Europa zijn de campagnefinancieringswetten van toepassing op de politieke uitgaven tijdens campagneperiodes, beperken ze de coördinatie tussen verschillende campagnegroepen en vereisen ze meestal transparantie van de donoren. De nieuwe tactiek van Arsuaga om potentieel onbegrensde middelen van volmachten naar binnenlandse politieke campagnes te pompen, is een uiterst zorgwekkende nieuwe ontwikkeling.
De samenstelling van CitizenGo’s raad van bestuur illustreert het transnationale karakter van de steun waarop CitizenGo kan rekenen. Het omvat een nauwe zakenpartner van Konstantin Malofeev, soms “de orthodoxe Oligarch” genoemd, die het doelwit is geweest van Amerikaanse en Europese sancties omdat hij de pro-Russische afscheidingsrepubliek in Oost-Oekraïne zou hebben gesteund. Het omvat ook een Italiaanse politicus, Luca Volonte, die momenteel in Milaan terechtstaat wegens corruptie. Er is ook een Amerikaanse connectie zichtbaar: Brian Brown, hoofd van de Nationale Organisatie voor het Huwelijk en een prominente anti-LGBT-activist die ook leiding geeft aan de Internationale Organisatie voor Familie die de WCF coördineert, is bestuurslid.
CitizenGo’s Arsuaga vertelde onze undercover verslaggever dat hij “om de paar maanden of zo” advies krijgt van een “senior expert” in fondsenwerving en technologie, die, zei hij, “betaald wordt door Brian Brown.” Die expert is Darian Rafie, Brown’s partner bij een andere Amerikaanse groep genaamd ActRight, die zichzelf beschrijft als een “uitwisselingscentrum voor conservatieve actie.” ActRight moedigde onlangs mensen aan ,,president Trump te danken voor het tegenhouden van transgenderwaanzin in het leger,” en vroeg in een Facebook-post “hoeveel denkt u dat Barack Obama Harvard betaalde om zijn wietrokende dochter toe te laten?”.
Onze verslaggever sprak ook rechtstreeks met Rafie, een ervaren Amerikaanse politieke medewerker die voor de Republikeinse Partij en een Tea Party-mediaproject heeft gewerkt, en zei dat hij betrokken was bij de Trump-campagne. Hij besprak zijn al lang bestaande verhouding met CitizenGo en schepte op over zijn capaciteit op om controversiële ,,geofencing” technologie te gebruiken om persoonlijke gegevens over potentiële kiezers te verzamelen binnen een specifiek gebied, zoals bij een verkiezingsbijeenkomst, via hun mobiele telefoons.
In reactie op onze bevindingen noemde de voormalige Amerikaanse Democratische Senator Russ Feingold, die samen met senator John McCain werkte aan de hervorming van de Amerikaanse kieswetten, deze ontwikkelingen “beangstigend”. Hij drong er bij de Europese autoriteiten en wetgevers op aan om “hierop vooruit te lopen en niet dezelfde fouten te maken als hier in de Verenigde Staten”.
De groeiende rol die CitizenGo lijkt te spelen bij het ondersteunen in natura van Europese extreemrechtse partijen, is een nieuwe toepassing van methoden die al geruime tijd worden gebruikt door internationaal verbonden ‘cultuurkrijgers’ die zowel expertise als geld inzetten in hun wereldwijde campagnes. Tijdens het historische Ierse abortusreferendum van vorig jaar berichtte openDemocratie bijvoorbeeld over hoe Amerikaanse alt-rechtse activisten de Ierse kiezers het doelwit maakten van sociale mediapropaganda. We hebben ook onthuld hoe buitenlandse activisten konden donerenaan campagnes en online sociale media-advertenties konden blijven kopen – in dezelfde week dat Mark Zuckerberg een zeer publieke belofte aan leden van het Europees Parlement deed dat Facebook dergelijke buitenlandse advertenties die zich wilden mengen in binnenlandse verkiezingen had verboden.
Wat duidelijk is in het patroon van connecties en steun tussen Amerikaanse ultraconservatieven en Europese extreemrechtse groeperingen is de bereidheid van beide partijen om gebruik te maken van de mazen in de regelgeving en om gewetenloze, zelfs illegale methoden te omarmen. Vorige maand werkte openDemocracy samen met een non-profit waakhond genaamd Unhack Democracy Europe om een rapport te publiceren dat wijst op wijdverbreide fraude door Viktor Orbán’s Fidesz partij in de Hongaarse verkiezingen van 2018, waaronder het kopen van stemmen, intimidatie van kiezers, het knoeien met stemmen per post, verdwenen stembiljetten, en defecte verkiezingssoftware. (Het resultaat van die verkiezingen was dat Orbán een parlementaire absolute meerderheid kreeg, waardoor hij zijn greep op de rechterlijke macht, de media en andere machtsorganen nog verder kon versterken). In het verslag wordt vervolgens aangegeven hoe de verkiezingen voor het Europees Parlement in Hongarije nog kwetsbaarder zijn voor dergelijk misbruik dan de nationale verkiezingen. Unhack Democracy is nu bezig met het opstellen van een vervolgverslag over wat er daadwerkelijk is gebeurd bij de Europese verkiezingen.
In een andere ontwikkeling in de aanloop naar de Europese verkiezingen, ontving openDemocracy een uitgelekt rapport dat opgesteld was door de vice-voorzitter van het Europees Parlement, een hooggeplaatst Iers lid van het Europees Parlement, dat een grotere invloed voor religieuze lobbyisten in Brussel probeerde te bewerkstelligen. Dit controversiële plan werd op de lange baan geschoven nadat de wetgevers geprotesteerd hadden, maar met een groter blok rechtse populistische leden in het Parlement, wordt verwacht dat het voorstel opnieuw opduikt.
Hoewel de extreemrechtse partijen van Europa achterbleven bij de voorspellingen dat zij de kaart van de Europese politieke macht opnieuw zouden tekenen, en in Duitsland, Nederland en Denemarken ondermaats zouden presteren, hebben zij toch aanzienlijke winst geboekt, vooral in Italië, Hongarije en Frankrijk. “In plaats van een overwinning voor de democratie”, concludeerde de Nederlandse wetenschapper Cas Mudde, lieten de Europese verkiezingen lieten hoe populisme, en in het bijzonder “het populistische radicale rechtsextremisme” is “gemainstreamd en genormaliseerd”.
Op het World Congress of Families in Verona, aan de vooravond van die verkiezingen, was de stemming jubelend. “Het is geweldig om bij zo’n groep extreemrechtse radicalen te horen”, grapte de christelijke conservatieve schrijver en YouTube-persoonlijkheid Steve Turley. Terwijl hij verkondigde dat er een ,,het opnieuw ontwaken,” was van het Amerika van Trump tot aan het India van Modi, voorspelde Turley dat de godsdienstige conservatieven spoedig ,,secularisten” zouden overtreffen – gewoon door meer nakomelingen te krijgen. Een andere Amerikaan, een advocaat uit Missouri en een Republikeinse activist genaamd Ed Marton, die mede-auteur was van een boek genaamd “The Conservative Case for Trump”, kwam op het podium met een MAGA-put (van Trump’s leus Make America Gtreat Again, vert.) en verkondigde dat “Brexit, de Bijbel en de grenzen” Europa “weer groot konden maken”.
Maar Marton en zijn collega’s zullen het niet op alle fronten hun zin krijgen. Voor het eerst bij een WCF-bijeenkomst waren de mensenmassa’s die buiten protesteerden veel groterdan het publiek binnen. Meer dan 30.000 demonstranten namen Verona in nadat de feministische groep Non Una di Meno, geïnspireerd door de baanbrekende Argentijnse beweging Ni Una Menos (“Niet Een Minder”), tot een demonstratie had opgeroepen. Mensen reisden aan vanuit heel Italië en zelfs vanuit Wit-Rusland, Spanje, Kroatië en Groot-Brittannië om deel te nemen.
De volgende dag organiseerde een kleinere groep vrouwen een stil protest, gekleed in de iconische rode gewaden en mutsen van Margaret Atwood’s The Handmaid’s Tale. Deze gewaden werden gedragen door vrouwen die protesteren tegen het verzet tegen de reproductieve rechten in de VS, maar ook in Polen, Australië, Ierland en Argentinië. We ontmoetten een vrouw uit Kroatië die zei dat ze van plan was om deel te nemen aan een “wandeling voor vrijheid” als tegenhanger van een jaarlijkse anti-abortus “wandeling voor het leven” als ze terug naar huis ging. “Dit is nog maar het begin”, vertelde ze ons.
Deze vertaling is een overname van globalinfo.nl die het artikel vertaald hebben. Het oorspronkelijke artikel was gepubliceerd bij OpenDemocracy.