De lidstaten van de Europese Unie moeten snel en gezamenlijk een weg vinden uit de “ongekende” economische crisis als gevolg van de coronapandemie. Dat zeggen de Europese Commissie en de nieuwe EU-voorzitter Duitsland: ze zijn eensgezind over de manier waarop dat moet gebeuren. Althans, dat zeggen zij, maar de manier waarop de twee boezemvriendinnen Merkel en Von der Leyen dat denken te bewerkstelligen doet het ergste vermoeden.
Het zou een nieuwe start moeten zijn voor de EU. Na tien jaar van permanente crises – financiële crash, euro- en Griekse crisis, grensbewaking en migratie, Orban en Salvini, handelsoorlog met Trump en ook nog een Brexit – zouden eindelijk betere tijden moeten aanbreken met de nieuwe Europese Commissie. En met een vrouw aan de leiding, en dan ook nog een Duitse! De bedrieglijke en onbetaalbare “Green Deal” hobby van Frans Timmermans, haar eigen “Apollo-moment in Europa” – von der Leyen deed waar ze het beste in was als minister – en trok alle registers van politieke fraude open.
Maar toen kwam de corona-crisis. Economisch gezien is de eurozone van alle centra van het mondiale kapitalisme het hardst getroffen. Het IMF voorspelt dat het bbp met 10,2% zal krimpen. De VS daalde met 8%, Japan slechts 5,8% en China zal naar verwachting met 1% groeien. Aangezien de aankomende technologische omwentelingen – trefwoorden: bewapening, digitalisering en CO2-arm maken – de kaarten al hebben geschud in de wereldwijde locatiecompetitie, komt door Corona de EU nog dieper in het problemenmoeras vast te zitten.
Tegelijkertijd zijn er enorme interne verschillen in de omvang van de impact. Terwijl het bbp van Frankrijk, Italië en Spanje elk met meer dan 12% instortte, kwam de Bondsrepubliek weg met 7,8% krimp. De verschillen tussen werkgelegenheid en sociale kwesties zijn vergelijkbaar. De sociale en economische divergentie en fragmentatie in de EU worden verdiept.
Paradoxaal genoeg wordt deze dynamiek nog verergerd door de reddingspakketten van de lidstaten. Terwijl Duitsland tot nu toe bijna een derde van zijn bbp aan steunmaatregelen heeft besteed, heeft Frankrijk 13%, Italië 17% en Spanje slechts 2,2% daarvoor uitgegeven. En om het nog wat erger te maken: crisislasten en reddingspakketten verhogen natuurlijk de staatsschuld, maar zeer ongelijkmatig – in Italië tot 160% van het bbp, in Duitsland tot 77%. Gezien de verwachte toename bij de herverdelingsstrijd (lees: het verder optuigen van de transferunie), zijn hoge schulden ideaal voor de heersende elite bij de klassenstrijd: door bezuinigingen op te leggen aan de onder hen geplaatsten.
Met betrekking tot de interne machtsarchitectuur van de Europese Unie wint Duitsland ook bij de huidige crisis en kan (wil en zal) het zijn dominantie uitbreiden. Het geplande herstelprogramma verandert niets, wat volgens sommigen een keerpunt is in het Duitse Europese beleid. Het zijn grote beloften die politici van het “sociale Europa” al dertig jaar roepen – in werkelijkheid blijkt het keer op keer, jaar na jaar, tegenovergesteld uit te pakken.
Er is in totaal 82 miljard euro aan subsidies gepland voor Italië. Dit is natuurlijk beter dan niets. Maar de stijging van de Italiaanse schuld alleen al betekent in absolute termen 560 miljard euro. Aangezien de officiële Brusselse denktank BRUEGL correcter is, blijven de maatregelen “beneden wat de rampzalige situatie zou vereisen”. Alles is geoorloofd om de Unie intact te houden.
Er valt nog heel wat aan de EU te veranderen, want op dit moment is deze moloch in een diepe crisis. Een blik op de drie belangrijkste instellingen laat dit zien.
1) De Europese Commissie is zwakker dan ooit. Wekenlang kon Von der Leyen niet met haar eigen reddingsplan komen – Merkel en Macron moesten haar te hulp schieten. Daarnaast kon de Europese Commissie de ineenstorting van het Schengengebied ook niet voorkómen en ook geen gelijke kansen op de interne markt bieden!
2) De Raad, dat wil zeggen de vertegenwoordiging van de 27 EU-landen, kan nauwelijks optreden omdat die verdeeld is – in Noord-Zuid, Oost-West, Clubjes als de “Vrekkige Vier” of de Visegrad-groep. De permanente voorzitter van de Raad Michel heeft nog geen bruikbare voorstellen gedaan om de financiële geschillen op te lossen – en hij werkt bij voorkeur samen met Von der Leyen aan het protocol en andere kleine details.
3) Het Europees nepparlement is nog maar een schaduw van zichzelf sinds het begin van de coronacrisis, en omdat veelal niet aanwezig is in Brussel, is het nauwelijks operationeel en verdwijnt het steeds meer onder de radar. Europarlementariërs vinden het declareren van niet-gemaakte kosten belangrijker dan het uitvoeren van hun controlefunctie en twijfelen niet aan het crisisbeheer van de EU. Er zijn ook geen stabiele meerderheden, wat voor onzekerheid zorgt – ook bij de toekomstige EU-begroting.
De enige instelling die gewoon blijft werken is de Europese Centrale Bank, maar die staat onder druk vanwege het vonnis van het Duitse Federale Constitutionele Hof en duwt de eurozone richting de afgrond door haar opkoop- en lage-rente-beleid. Ondertussen maakt de Eurogroep, die de ECB met begrotingsstimulans zou moeten ontlasten, een volledige beheerscrisis door; de informele instantie kan nauwelijks besluiten nemen.
Daar zal het Duitse voorzitterschap, dat 1 juli is ingegaan, niets aan veranderen. De Duitse federale regering doet wat haar functie als ideale totale kapitalist vereist. Indien nodig kunnen de supranationale instrumenten van de EU ook in gebruik worden genomen, zolang het maar nuttig is voor de wereldkampioen export. Ook hier staan de nationale belangen bóven het gemeenschappelijk belang.
Het eerste gezamenlijke optreden van Merkel en Vonder Leyen bleek op een fiasco uit te lopen – wat wat belooft voor het komende halfjaar, waar Duitsland opnieuw probeert van de Europese Unie een Duitse Europese Unie te maken, maar nu met twee führers. De twee dames deden het zelf, ze prezen zichzelf – en beloofden een Duits-Duitse samenwerking tussen Berlijn en Brussel. Maar de kick-off-conferentie tussen bondskanselier Merkel en commissaris von der Leyen werd niet overal goed ontvangen. Integendeel: de dag erna was er in Brussel verontwaardiging over het “Duits-Duitse duo”. Omdat volgens veel EU-correspondenten de videoconferentie totaal haar doel voorbij schoot.
De meeste correspondenten vonden het niet eens erg dat het twee Duitse vrouwen waren, en dan ook nog twee Duitse CDU-politici, die al jaren boezemvriendinnen zijn, en nu aan de touwtjes trekken bij de EU.
Nee, het grootste probleem was dat de persconferentie een overwegend Duitstalige gebeurtenis was. Door een technische storing waren de simultaanvertalingen in het Engels en Frans niet in Brussel aangekomen. Er was ook verontwaardiging dat de Europese Commissie sommige journalisten hadden aangewezen die vragen mochten stellen. De overgrote meerderheid had niet eens toegang tot de geïmproviseerde persruimte.
Het geheel was meer een Duits-Duits naaikransje dan een persconferentie, was zo ongeveer de klacht van sommige EU-correspondenten. Von der Leyens-woordvoerder Mamer had de grootste moeite ook hier de rimpelingen glad te strijken.
Het zal interessant zijn om te zien hoe het verder gaat – aanstaande woensdag zullen Merkel en von der Leyen elkaar weer ontmoeten, dit keer ‘live’ voor een minitop in Brussel. Misschien dat er dan weer Duits wordt gesproken? Of kan Von der Leyen de Duits-Duitse afspraken afwisselend in het Engels en Frans presenteren, zoals ze dat graag doet? Een bijsmaak heeft de ongewone minitop, die over geld zou moeten gaan, al bij voorbaat omdat normaal gesproken de permanente president Michel namens de Europese Raad moet spreken, en niet Merkel. Maar von der Leyen wilde absoluut haar vriendin bij zich hebben.
Het zal Merkel een doorn in het oog zijn dat zij de macht in de Raad moet delen – met de permanente Raadsvoorzitter, de Belg Michel. Duitsland kan niet zomaar doen wat het wil. Dat komt door het Verdrag van Lissabon, dat Merkel tijdens het laatste Duitse voorzitterschap in 2007 zelf erin heeft gewurmd. Het EU-Verdrag bepaalt dat er niet slechts één, maar twee presidenten zijn: de ene is permanent (Michel) en de andere (Merkel) verandert elke zes maanden.
Misschien leidt de crisis ook tot een meer fundamenteel debat over de toekomst van de EU, inclusief de zogenaamde finaliteitsvraag. Zijn de “Verenigde Staten van Europa” een emancipatorisch project, een reactionair idee, of is het de opmaat naar invoering van het Vierde Rijk? Voor sociaal links zou er gelegenheid zijn om te verduidelijken dat “Meer Europa” onder het gegeven machtsevenwicht niet alleen meer neoliberalisme, meer privatisering, meer bezuinigingen betekent, zoals sinds Maastricht het geval is, maar ook meer macht: meer militair machtsvertoon en meer internationale confrontatie.
Steeds weer blijkt dat Brussel begerig is naar veel macht. Maar bescheidenheid past hier: om te beginnen zouden politici enkele populaire fouten in de Europese politieke discussie kunnen ophelderen. Te beginnen met de verwarring van de Europese Unie met Europa, de verwarring van internationalisme met de supranationale mechanismen van de EU, en de verwarring van democratische soevereiniteit met nationalisme. En wat de eerzuchtige “groene” doelstellingen van de EU betreft: kan de wekelijkse verhuizing tussen Brussel en Straatsburg niet eens een keer de nek worden omgedraaid? Of zijn het alleen de burgers die het in de portemonnee moeten voelen?