Europa 2022 is zelfs geen scharnierjaar meer, want de huidige migratiecijfers zijn nu al zorgwekkend. En toch blijven de traditionele beleidspartijen en de media apathisch toekijken. Culturele weerbaarheid wordt beschouwd als racisme. De strijd om ons Europees cultureel erfgoed staat op een laag pitje.
Brussel niet meer Belgisch
Even enkele cijfers aanhalen. In het Verenigd Koninkrijk is 90% van de demografische groei te danken aan de migratie. In 2015 telde Zweden 17% inwoners die geboren waren in een ander land. Terwijl vroeger de grootste groep Finnen waren, zijn het nu moslims. Zonder drastische wijziging in het beleid zullen etnische Zweden in 2065 een minderheid zijn (Kyösti Tarvainen, professor at the Aalto University of Helsinki, Folkbladet, April 13, 2021).
In België verklaarde filosoof en economist Philippe Van Parijs in De Standaard van 5 sep 2022: ’Brussel is niet meer Belgisch’. Er zijn méér Marokkaanse inwoners dan oorspronkelijke Vlamingen of Walen. Brussel stond op stelten toen nog niet zo lang geleden president Trump Brussel als een ‘hellhole’ betitelde. Toch wel opmerkelijk dat nauwelijks enkele jaren later een Belgicistisch academicus als Van Parijs de vinger op dezelfde wonde legt! Wie volgt in 2030?
Het Europese Open Grenzenbeleid van vandaag zal de historici van morgen met verstomming slaan. Hoe kon men dat laten gebeuren? Hoe konden de meest democratische landen met hoogverheven waarden zich zo weerloos laten overnemen ‘van binnenuit’? Gelukkig zijn er tekenen van een groeiend besef: In Zweden koos de bevolking tijdens de laatste verkiezingen voor een ander migratiebeleid en in Polen, Hongarije en recentelijk ook Italië wordt een conservatief beleid het alternatief voor een lakser beleid. Het links-liberalisme is toe aan een retraite.
De EU-plutocratie
Ik vroeg enkele vrienden welk onderwerp zeker niet mocht ontbreken in ons dwars jaaroverzicht 2022. Een heer van stand had daar weinig woorden voor nodig: Er is maar één onderwerp: de stille schipbreuk van Europa, al de rest is bijzaak. Een gewezen diplomaat gebruikte iets meer woorden: De misgroei van de Europese Unie. De stichtingsvaders van de Unie (de Gasperi, Adenauer, Schuman) zouden zich omkeren in hun graf over wat er van de Unie geworden is. Een rijke, arrogante machtselite van politici en ambtenaren, duwt een maatschappijvisie door die alle bindingen met land, volk, traditie, geloof en moraal, afkapt.
Enkele belangrijke dossiers:
- De massale immigratie zonder onderscheid tussen vluchtelingen en migranten die ons maatschappelijk en cultureel bedreigen;
- De klimaatgekte als uitgangspunt voor een overhaast en daardoor zeer duur en onzeker energiebeleid;
- Een zwak politiek en veiligheidsbeleid waarbij we afhankelijk zijn van de VS;
- Een te passief economisch beleid waardoor de EU evolueert van een industriële speler naar een consumptiemarkt voor China;
- Het verwaarlozen van de historische eigenheid, een volksdemocratie met christelijk wortels.
DE EU is verworden tot een geldverslindende machinerie bemand door financieel verwende ambtenaren; een heuse nomenclatura die praktisch alle macht naar zich toetrok en steeds minder democratisch gelegitimeerd is. Het gebrek aan weerbaarheid van de nationale politici bewijst hun irrelevantie, al laat niet iedereen zo maar over zich heen rijden/schaatsen.
Schuld en boete of meer welvaart voor iedereen
Onlangs werd in Egypte de zoveelste klimaattop gehouden die als voornaamste doelstelling had om het rijke geïndustrialiseerde Westen te doen betalen voor de verliezen en schade (loss and damage for climate change) die ze door hun beleid veroorzaakten in andere landen. Om dit te begrijpen moeten we teruggaan naar vorige eeuw toen de Club van Rome de wereldproblemen op de kaart zette. In 1974 verklaarde de Club van Rome: ‘De wereld wordt geconfronteerd met een ongekende reeks in elkaar grijpende wereldwijde problemen, zoals, overbevolking, voedseltekorten, uitputting van niet-hernieuwbare hulpbronnen, aantasting van het milieu en slecht bestuur.’ (noteer dat de klimaatopwarming niet vermeld wordt)
In hun rapport van 1975, Mankind at the Turning Point, stelde de Club van Rome verder: Toenemende onderlinge afhankelijkheid tussen naties en regio’s moet zich dan vertalen in een afname van onafhankelijkheid. Naties kunnen niet van elkaar afhankelijk zijn zonder dat elk van hen iets van zijn eigen onafhankelijkheid opgeeft, of tenminste de grenzen ervan erkent. Dit is het moment om een masterplan op te stellen voor organische duurzame groei en wereldontwikkeling op basis van een mondiale toewijzing van alle eindige hulpbronnen en een nieuw mondiaal economisch systeem.
Ten slotte nog één citaat: ‘De gemeenschappelijke vijand van de mensheid is de mens. Op zoek naar een nieuwe vijand om ons te verenigen, kwamen we op het idee dat vervuiling, de dreiging van de opwarming van de aarde, watertekorten, hongersnood en dergelijke in aanmerking zouden komen. Al deze gevaren worden veroorzaakt door menselijk ingrijpen, en alleen door een andere houding en gedrag kunnen ze worden overwonnen. De echte vijand is dus de mensheid zelf.’ Deze uitspraken vragen om een kritische analyse.
Nefaste afhankelijkheid
Nog nooit is het beseft zo groot geweest als nu dat afhankelijkheid van andere landen/regio’s zeer nefast is. Wie echter even stilstaat bij die uitspraken zal nog meer lezen. Namelijk dat dit betekent dat er een niet bij naam genoemde autoriteit moet komen om deze transitie in goede banen te leiden. Het betekent ook dat minder onafhankelijkheid van nationale staten, ook minder vrijheid van hun burgers impliceert. Ik kan mij moeilijk voorstellen dat een ‘communistische wereldordening’ zal zorgen voor meer welvaart. Ik kan mij wél voorstellen dat dit een ideaal scenario is voor een plutocratie die de plaats inneemt van democratische regeringen.
Blijkbaar zijn deze nobele heren (vrouwen waren blijkbaar niet nodig voor hun intellectuele oefening) overtuigd dat wereldwijde welvaart voor iedereen automatisch betekent dat de meest welvarende landen moeten verarmen. Waarom werden er geen plannen gemaakt om de armere landen welvarender te maken zonder daarvoor de welvarende landen verantwoordelijk te stellen?
De Afrikaanse Unie heeft alles om zelf de welvaart van haar bevolking significant te verbeteren. De voedselbevoorrading zou nooit een probleem mogen zijn. Goed aangewende inkomsten van de export volstaan voor de meeste landen om de uitbouw van de infrastructuur en het stimuleren van een middenklasse te bewerkstelligen. Dat dit onvoldoende of niet gebeurt is niet de schuld van het rijke Westen. Het probleem zit in Afrika en kan alleen daar én door de Afrikanen zelf worden opgelost. Het klimaat gebruiken als argument voor een ongewenste en contraproductieve emigratie is een vals narratief.
Een voorbeeld
Menigeen zal zich nog de iconische foto herinneren van een uitgemergeld kindje in Somalië. De hongersnood was de aanzet tot een VN-operatie waaraan ook België deelnam. Nadat ons detachement zich installeerde in de regio Kismayo en na het ontwapenen van de verschillende facties, was ons volgend objectief om in de zeer vruchtbare vallei van de Jubba de waterputten die door de strijdende partijen onklaar gemaakt werden, opnieuw bruikbaar te maken. Nog hetzelfde jaar was er een oogst! Wat toen gebeurde was onbegrijpelijk: de voedselhulp van het WFP (World Food Programme) werd (deels) verkocht en met dat geld werden drugs, wapens en munitie gekocht! De burgeroorlog duurde immers voort en dát is de verpletterende verantwoordelijkheid van de Somalische leidende klasse.