Eerst was ‘flexibilisering van de arbeidsmarkt’ het toverwoord waar heel politiek ‘Den Haag’ als een kip-zonder-kop achteraan rende, en nu ligt er weer een advies om het roer om te gooien.
Die eerdere trend kwam niet uit de lucht vallen. Het was de conclusie van tal van commissies die de arbeidsmarkt tot twintig decimalen achter de komma hadden ontleed. En dat is ook deze keer weer het geval. Gouden tijden voor commissieleden, en alles wat daar omheen zweeft. Het is een volwaardige industrie. Men ontmoet elkaar, en doorgaans niet in de verloren uurtjes, maar op conferenties en in strak geplande vergaderingen, omgeven met een ‘hapje en een drankje’. Er moet ook worden nagedacht over de communicatiestrategie om te zorgen dat de conclusies opvallen.
‘Den Haag’ is verslaafd aan dat traject. Wie tijdens het streven naar meer ‘flexibilisering’ riep dat we dreigden het kind met het badwater weg te gooien, werd verwezen naar de conclusies van de commissies. Die waren het ‘bewijs’ dat er iets moest veranderen. En dan kon je wel roepen dat die commissies uit hun nek kletsten, en eens op de ‘werkvloer’ moesten komen kijken, omdat hun ‘modellen’ vol aannames zaten die geen betrekking hadden op de realiteit, maar dan was je voor ‘Den Haag’ een ‘flat-earther’.
Waarom was ‘flexibilisering’ nodig? Omdat we anders de concurrentieslag met China en andere ‘Lage Lonen Landen’ zouden verliezen. Logisch. Het ‘model’ gaf dat glashelder aan. Vervolgens hevelden we collectief de industrie alsnog over naar China, waar ze de menselijke werknemer vervingen door industriële robots, zodat ze de mens nuttiger in konden zetten. Zij kozen daarbij voor spectaculaire woningbouw, radicale infrastructuur-projecten, een fenomenale inhaalslag op technologisch gebied, en de ontwikkeling van handelsverkeer met landen over de hele wereld, inclusief logistieke oplossingen om dat mogelijk te maken, zonder acht te slaan op het lokale politieke systeem in de landen waarmee ze handel drijven, bij gelijktijdige strijd tegen criminele en terroristische bendes die zonder veel mededogen uit de vergelijking werden gehaald.
En wij?
Wij kregen onze ‘flexibele’ arbeidsmarkt, alsmede een ware explosie aan commissies, die nu zo ver zijn dat ze ook de rest van ‘productief Nederland’ over de kling jagen om de ‘uitstoot’ terug te brengen naar nul, op jacht naar een land dat aaneen hangt van de ‘liefdadigheid’, met de ‘belastingbetaler’ als mecenas. Ik deel, zoals de regelmatige lezer van dit blog niet ontgaan kan zijn, de kritiek op die ‘flexibilisering’, waardoor een ‘vast contract’ tussen werkgever en werknemer iets is uit lang vervlogen tijden. Terwijl ik ook geen heil zie in een land vol commissies en de daaraan verbonden entourage. Al helemaal niet waar het mij voorkomt dat het enige doel is om degenen die nog wél een vast contract hebben onderuit te halen.
Het is cruciaal dat u begrijpt dat ik niet zeg dat die mensen in die commissies niet werken. Velen werken zich kleurenblind. Ze schrijven in hun vrije tijd nog aan ‘papers’, bestoken elkaar met voorstellen, en ze organiseren ontmoetingen tussen ‘oud’ en ’nieuw’ die tot in de kleine uurtjes duren, op zoek naar een creatieve dialoog binnen het aanvaarde dogma. Waar die ontmoetingen gesmeerd worden met drank en spijs, en mensen van over de hele wereld toestromen om deel te nemen, is dat goed voor de werkgelegenheid van allen werkzaam in de ‘diensten’ die dat faciliteren, waaronder menige ’startup’ in de horeca, de hotels, ‘RB&B‘, de luchtvaart en autoverhuur. Maar de Chinese insteek oogt beter.
Honderd procent zeker weet je dat nooit. Je kunt je een wereld voorstellen waarin het verschil tussen ‘werk’ en ‘bezigheidstherapie’ volledig vervaagt, omdat de productie en ontwikkeling van alles wat we nodig hebben om te overleven zal zijn uitbesteed aan robots, tot en met de intellectuele processen die ten grondslag liggen aan technische innovatie, en de zorg voor onze veiligheid aan toe. In menselijke termen is de kostprijs van alles wat we écht nodig hebben dan gedaald tot nul. In die wereld zijn we ‘passagier’. Vergelijkbaar met de kat of de hond, die moet concurreren op basis van ‘aaibaarheidsfactor’.
Je kunt je echter ook voorstellen dat men in landen waar men nog niet zo ver is vraagtekens zet bij het gegeven dat onze bijdrage bestaat uit ’slap gelul’ en het steeds weer verzetten van de bakens om de indruk te wekken dat we ons steentje bijdragen, terwijl ze daar nog steeds écht aan de bak moeten om niet te sterven van honger en gebrek. Die zien de voorzitter van zo’n commissie die betoogt dat jongeren bij ons aarzelen om een gezin te stichten, en een huis te kopen, als gevolg van de onzekerheden rondom hun inkomen, en denken dan: ‘Waar hééft die man het over?’
Mijn ‘één-mens-commissie’ kan zonder al te veel nader onderzoek, en zonder kosten voor u, zo een hele reeks redenen opnoemen waarom jonge mensen in deze tijd niet meer beginnen aan een gezin, en waarom ze geen huis kopen.
Dat huis is te duur, of hun inkomen te laag, en de overheid heeft de regelingen geschrapt die het kopen aantrekkelijk maakte. Diezelfde overheid heeft, samen met actiegroepen en de rechter, nieuwbouw onmogelijk gemaakt door wetgeving die geacht wordt goed te zijn voor ‘het klimaat’, terwijl de banken geen leningen meer verstrekken, omdat de spaargelden een goed heenkomen zoeken naar landen en instellingen waar de rente nog niet onder het nulpunt ligt. Daar komt dan bij dat jongeren gewend zijn aan een zekere luxe, die ze wel vinden in het huis van hun ouders, die er toch niet zijn, omdat ze allebei werken, maar niet in een ’starterswoning’. En zo houden ze geld over voor een rijk uitgaansleven, dat mede mogelijk wordt gemaakt door de afwezigheid van kinderen, en het gegeven dat ze niks hoeven af te dragen voor de sociale verzekeringen en pensioenen waardoor vorige generaties beperkt waren in hun mogelijkheden.
Aan kinderen beginnen terwijl je bij je ouders woont, en je nog twijfelt of je niet ‘gay’ of ‘trans’ bent, is helemaal geen optie. En omdat de wereld binnenkort toch vergaat door de ‘opwarming’, is het zelfs wreed om nu kinderen op de wereld te zetten. Maar niet alleen dat. Als je aan kinderen begint die je in het vervolg van je leven toch slechts sporadisch tegenkomt, omdat je beiden werkt tot de vellen eraf vliegen, om de bank te betalen voor je hypotheek, en de school en de opvang voor de zorg voor je kinderen, en de apotheek voor de ADHD-pillen die je kinderen nodig hebben, naast de therapeut en een leger ‘begeleiders’ en advocaten, terwijl je statistisch kan bepalen dat een scheiding inmiddels een grotere kans is dan dat je de eindstreep haalt met je geliefde, dan gaat een kleine koerscorrectie in de ‘arbeidsmarkt’ echt niet het verschil maken. Voor vrouwen geldt daarbij dat ze simpelweg wel carrière moeten maken, omdat de alimentatieregeling is ‘versoberd‘, en dan rekening moeten houden met de concurrentie. Niet van mannen, want die horde is genomen middels de ‘positieve‘ discriminatie. Maar voor een serieuze werkgever maakt het uiteraard wel verschil of die vrouw de ambitie heeft om naast haar carrière nog vijf kinderen op de wereld wil zetten, of nul.
U mag mijn conclusies gratis overnemen en verspreiden. Maar verwacht maar niet dat ‘Den Haag’ er iets mee doet, want het is gratis, dus dat kan niks zijn. We wachten tot een commissie het in een eindrapport opschrijft, over een jaar of tien, als analyse achteraf van wat er nou precies mis ging de eerste dertig jaar van de eenentwintigste eeuw.