55 vrouwen en kinderen van Syriëstrijders in één keer laten terugkeren naar Frankrijk ? Het is onlangs gebeurd, en dat kon rekenen op gemengde gevoelens. Het was de grootste repatriëringsactie sedert drie maanden.
Syriëstrijders Net zoals Nederland neemt Frankrijk haar landgenoten maar druppelsgewijs terug, en dat heeft al voor opmerkingen gezorgd door het Europees Hof van de Rechten van de Mens, en het Kinderrechtencomité van de Verenigde Naties. Beide instellingen vinden dat de Europese landen hun Syriëgangers massaal moeten laten terugkeren.
Frankrijk staat niet te springen om een maximum van die vrouwen te laten terugkeren, want het land is al het slachtoffer geweest van aanslagen van IS. Zo vielen in Frankrijk op 13 november 2015 zo maar eventjes 130 doden bij IS-acties. De Koerdische autoriteiten in Syrië zijn de vrouwen en kinderen in hun kampen in ieder geval beu, en vragen niet liever dat de westerse, en andere landen die daar landgenoten hebben, hun gevangen genomen onderdanen terug laten keren. Ook de Verenigde Staten dringen daarop aan.
De reden? Door de vrouwen daar te laten zouden we het risico vergroten dat ze radicaliseren. De kinderen zouden in de kampen in onmenselijke omstandigheden leven. Die kinderen zijn overigens niet verantwoordelijk voor de daden van hun ouders. Wat ook Amnesty International en Human Rights Watch niet ophouden te herhalen. De Koerden wijzen er ook nog op dat, indien de militaire acties van de Turken in noordoost Syrië uitbreiden, ze niet kunnen garanderen de gevangeniskampen te kunnen blijven bewaken.
De Franse regering heeft al gereageerd op de uitlatingen van het Europees Hof van de Rechten van de Mens:
‘Comme le soutenait le gouvernement, la Cour considère que la France ne peut être tenue pour responsable des conditions de vie dans les camps puisqu’elle n’y exerce pas sa juridiction. Elle confirme que les engagements internationaux de la France ne lui imposent pas de rapatrier les personnes retenues dans le Nord-Est Syrien.’
(‘Zoals de regering het verlangde, stelt het Hof dat Frankrijk niet verantwoordelijk kan gesteld worden voor de levensomstandigheden in deze kampen, gezien ze daar geen rechtsbevoegdheid heeft. De internationale engagementen van Frankrijk dwingen haar niet om mensen te repatriëren die zich in het noordoosten van Syrië bevinden’).
Men zou er nog aan toe kunnen voegen dat het, om te beginnen, niet de Franse regering is geweest die haar onderdanen heeft aangespoord om te gaan vechten in Syrië aan de zijde van één van de gruwelijkste milities die deze 21ste eeuw heeft voortgebracht.
Jeugdzorg
De 55 mensen kwamen uit gevangenenkampen in het noordoosten van Syrië, die gerund worden door Rojava, zoals Syrisch Koerdistan wordt genoemd. De minderjarigen werden overgebracht naar de bevoegde diensten voor jeugdzorg, en krijgen een medisch-sociale begeleiding. De volwassenen werden opgevangen door de gerechtelijke autoriteiten. Tegen drie van de vrouwen liep overigens een aanhoudingsmandaat. De vrouwen zijn allemaal tussen 19 en 42 jaar, en waren vrijwillig naar Syrië getrokken toen een deel van het land in handen was van de Islamitische Staat (IS).
De meeste kinderen zijn in Syrië geboren, zeven van de vijftien zijn wees. Sedert 2019 zijn ongeveer 300 minderjarige Fransen teruggekeerd, waarvan 77 door middel van repatriëringen. Er zouden zich nu nog steeds 100 Franse vrouwen en 250 kinderen bevinden in de kampen. In de kampen in het noordoosten van Syrië zitten ongeveer 40.000 gevangenen (dat is het inwonersaantal van pakweg Geel, Halle of Sint-Truiden), de meerderheid Iraki’s. In de kampen worden heel wat kinderen geboren, en de sfeer is er ronduit grimmig. Alle teruggekeerde vrouwen hadden overigens zelf om hun terugkeer naar Frankrijk gevraagd.
‘Het is niet onverantwoordelijk om kinderen te repatriëren, maar wel om volwassenen terug te laten keren‘, verklaarde parlementslid Eric Ciotti (les Républicains) onlangs op het Franse RTL. Kan best zijn, maar de Koerden willen niet dat landen wel hun kinderen laten terugkeren, maar hen met de moeders laten zitten.
Worden die kinderen in Frankrijk dan volledig gescheiden van hun moeders? Nee, want ‘lorsque les mères sont incarcerées, des parloirs médiatisés sont organisés afin d’assurer le maintien des liens familiaux entre les enfants et leurs mères’, lezen we. (‘Als de moeders de gevangenis ingaan, worden er gesprekken georganiseerd om de familiale banden tussen kinderen en moeders te bewaren’).
‘Moorddadige ideologie’
Er heeft ook al een debat plaatsgevonden in de Franse senaat over huidige en vroegere repatriëringen. ‘Sta me toe dat mijn gedachten even gaan naar de honderden slachtoffer door aanslagen veroorzaakt door deze moorddadige ideologie. Ik weet ook dat de geopolitiek complex is, maar zij die nu willen terugkeren, hebben geapplaudisseerd voor deze aanslagen’, vindt Jacqueline Eustache-Brinio van les Républicains.
‘Mijnheer de minister van justitie, u hebt niet het woord ‘repatriëring’ gebruikt voor de volwassenen, en ik ben u daar dankbaar voor: wij hebben geen morele plichten voor vrouwen die alle waarden hebben verkracht die de identiteit van Frankrijk uitmaken’, vindt Stéphane Le Rudulier (eveneens les Républicains).
‘Moeten we die jihadi’s beschouwen als Fransen? We kunnen een klare en duidelijke boodschap verkondigen : er is geen plaats in Frankrijk voor mensen die onze waarden onteren. Deze vrouwen moeten veroordeeld worden op de plaatsen waar ze hun misdaden hebben gepleegd. Enkel hun kinderen verdienen het terug te keren.’
Worden die vrouwen dus niet beter in Syrië zelf berecht? Eric Dupond-Moretti, minister van Justitie, vindt van niet. ‘De rode lijn die we niet mogen overschrijden, is natuurlijk de terechtstelling wegens terdoodveroordeling, want het gaat hier, of we het nu leuk vinden of niet, over een Franse staatsburgers.’
Anders uitgedrukt: nog liever een nieuwe aanslag in Frankrijk, omdat de deradicalisering in sommige gevallen niet lukt, dan iemand ter dood laten veroordelen in Syrië, hoe erg zijn of haar misdaden ook mogen geweest zijn, en ook al wisten de Syriëstrijders op voorhand dat er in Syrië zo iets bestaat als de doodstraf.
Drie video’s
Jean-Pierre Sueur (Groupe Socialiste, Ecologiste et Républicain) zegt dan weer: ‘Ik sta heel kritisch ten opzichte van sommige organisaties die zich bezighouden met deradicalisering, en die een beperkte werking hebben, alsof men na het bekijken van één, twee of drie video’s gederadicaliseerd zou zijn. Indien men een intieme overtuiging heeft, dan is het moeilijk om daar afstand van te nemen.’
Marie Mercier (les Républicains) voegt daar aan toe: ‘In de wijken spreekt men niet over deradicalisering, maar over het beheren van de radicalisering… En hoe gaan we om met de taqiya, die er in bestaat z’n echte overtuigingen weg te moffelen?’
De minister dan weer: ‘Het ter handen nemen van de deradicalisering vervoegt de laatste vraag: kunnen we zekerheden hebben? Nee, noch op het vlak van terrorisme, noch op het vlak van het gemeen recht. Deze mensen hebben hun vrijlating gekregen, ze werden opgevolgd, met deskundige onderzoeken die lieten denken dat ze niet zouden recidiveren. En dan, spijtig genoeg, gebeurt het. Sommigen willen de rechters bekritiseren die de beslissing hebben genomen.
Anderen, veel wijzer, vinden dat de rechter, ondanks zijn kwaliteiten, geen helderziende is. Accidents can happen. Indien je een terrorist gaat zien en hem gaat zeggen dat hij dwaalt, en dat de koran andere dingen zegt, dat zijn visie op religie niet de juiste is, wel, dan slaat die dicht… Ik zou willen dat we zouden beschikken over theologen van topklasse. Maar dat is onmogelijk gebleken.’
Europese samenwerking
En de minister van Justitie is ook een beetje gefrustreerd: ‘De gazetten hebben het nooit over het non-recidiveren van iemand. Maar indien, jammer genoeg voor onze samenleving, en een nieuw slachtoffer, een individu recidiveert, dan praat men er over.’
En bestaat er Europese samenwerking inzake de Syriëgangers? Jawel, meent Eric Dupond-Moretti. ‘We werken samen met de Europeanen, en wisselen vooral info uit met de Belgen, Nederlanders en Duitsers.’
Net als voor België is het ook voor Frankrijk niet eenvoudig te bewijzen dat de Syriëvrouwen misdaden hebben begaan, of er medeverantwoordelijk voor zouden zijn. Aangezien Frankrijk en België hun ambassades in Damascus al lang hebben gesloten (lang niet alle landen hebben dat afgelopen decennium gedaan), hebben ze geen toegang tot Koerdisch Syrië, of de gerechtelijke autoriteiten in het land. Lange tijd werd geopperd om een internationaal tribunaal op te richten om Syriëstrijders en hun echtgenoten te berechten, maar zo een tribunaal is verder af dan ooit.
Moeten we die vrouwen de Belgische of Franse nationaliteit afnemen ? Ook dan keren ze echter terug indien ze de kans krijgen de kampen te ontvluchten. Wat is dan de oplossing ? Die wordt ongetwijfeld aangereikt door onze politici…