Tot dusverre was het voor velen waarschijnlijk slechts een abstracte bedreiging. Maar nu is het voelbaar: steeds meer banken willen de negatieve rente die de Europese Centrale Bank (ECB) hun oplegt, doorberekenen aan particuliere en zakelijke klanten. Op de Volksbank Raiffeisenbank in Fürstenfeldbruck in Beieren is het nu ook de kleine spaarder. Sinds oktober heft de bank boeterente van 0,5 procent op particuliere geldmarktrekeningen.
Bankklanten worden dus getroffen door de gevolgen van het monetaire beleid van de ECB. Als de negatieve rente 0,5 procent is, blijft er slechts € 99,50 van een creditsaldo van € 100 na één jaar over en slechts € 95,11 na tien jaar. Bovendien, als de gemiddelde prijsinflatie twee procent per jaar is, daalt de initiële koopkracht na tien jaar tot 81,62 euro – een verlies van 18,2 procent. “Rentebesparend” voor iedereen die zicht-, termijn- en spaardeposito’s bij banken aanhoudt.
Duitsland zal een voorbeeld voor Nederlandse spaarders zijn, de negatieve rente zal ook hier in rekening gebracht worden en geld zal op den duur totaal niets meer waard zijn.
Schending van het Verdrag van Maastricht
Waarom neemt de ECB zijn toevlucht tot negatieve rentetarieven? Officieel wil het de economie nieuw leven inblazen en de prijsinflatie in de eurozone opdrijven, wat volgens hem “te laag” is. Onofficieel gaat het echter om het subsidiëren van financieel overbelaste eurostaten en het beschermen van de euro tegen ondergang. Hoe lager de rente, hoe goedkoper de leningen, die van vitaal belang zijn voor de staten.
En met een negatieve depositorente die de ECB aan de banken oplegt, kunnen kapitaalmarktrente bijzonder diep in de diepte worden getrokken. Het zorgt ervoor dat banken en beleggers, die door hun huisbanken een minus rente betalen, meer schuldbewijzen kopen. Dit op zijn beurt verhoogt hun prijzen en verlaagt hun rendement.
De ECB zal er waarschijnlijk voor zorgen dat alle rendementen op staatsobligaties in euro onder of onder nul komen. Op deze manier kunnen de staten elegant hulde brengen, of ze kunnen gemakkelijk nieuwe schulden maken, zonder politiek onaangename hervormingen aan te pakken. De ECB doet dit op ingewikkelde paden die ze volgens het Verdrag van Maastricht eigenlijk niet zou moeten doen: ze structureert haar monetaire beleid op een manier die de openbare financiën financiert.
Marxistische frontale aanval
Wie krijgt het geld dat de banken van hun rekening aftrekken? Het stroomt eerst naar de ECB en wordt gerapporteerd als een winst, die vervolgens wordt uitbetaald aan de lidstaten van de eurozone. Het zijn daarom de staten die gebruik maken van het spaargeld van burgers en ondernemers. Het min rentebeleid is een soort verborgen vermogensbelasting. In het openbaar zijn de banken er echter als een boeman: zij zijn het immers die hun klanten de lage rente geven, en ze moeten ook luisteren naar de woede van spaarders.
Tot overmaat van ramp vernietigt de negatieve rente ook de winst van commerciële banken. Het Duitse banklandschap vindt tenminste geen bondgenoot meer in de ECB. Het rentebeleid van de ECB veroorzaakt grote economische schade. Het bevordert niet alleen overconsumptie en verkeerde investeringen, het creëert ook speculatieve bubbels en inflatie van aandelen, huizen en grondprijzen – en voedt sociale en politieke conflicten.
Het negatieve rentebeleid van de ECB ondermijnt ook de markteconomie: het transformeert economieën snel in een commando- en controle-economie waarin de ECB beslissend beslist wie krediet krijgt wanneer en hoeveel en wie wat wanneer en waar kan produceren. Het negatieve rentebeleid van de ECB is in feite een “marxistische frontale aanval” op de resterende kapitalistische elementen van het Europese economische en financiële systeem.
Ontwijk in vreemde valuta
Voor de Duitsers is het rentebeleid van de ECB duur. Hun naïef vertrouwen in de euro is – ondanks alle twijfels desondanks – nog steeds groot: de Duitsers houden zicht, termijndeposito’s en besparingen voor een bedrag van ongeveer 3,8 biljoen euro bij de banken – deposito’s die niet of nauwelijks meer rente zijn en hun koopkracht smelt al vanwege de huidige inflatie. Veel spaarders hopen waarschijnlijk dat de negatieve rentefase slechts een tijdelijk fenomeen zal zijn.
Maar dat is bedrieglijk: iedereen die bekend is met de werking van het ongedekte monetaire euro-systeem zal tot de conclusie komen dat een afwijking van nul en negatieve rentetarieven zeer onwaarschijnlijk is geworden; en de rentetarieven kunnen de komende jaren nog verder in negatieve zin dalen.
Wat kun je als belegger in het eurogebied doen? De beste manier om een ”euro-forfaitair risico” te voorkomen: u behoudt slechts zoveel euro-krediet als u nodig hebt om de huidige betalingen te verwerken. Als u ook liquide middelen wilt behouden, moet u overschakelen naar bijvoorbeeld Amerikaanse dollars, Zwitserse franken en het “valutagoud”. De fondsen die op de lange termijn kunnen worden belegd – dat wil zeggen gedurende vijf of meer jaar – u belegt – als u geen expert bent – in een kosteneffectieve wereldmarktindex.
U hebt dus een goede kans om deel te nemen aan wereldwijde productiewinsten en inflatie van activaprijzen. Hoewel deze oriëntatie niet zonder risico is, is ze desalniettemin minder riskant dan veel andere dingen, vooral als de naleving van het eurokrediet.
——–
Prof. Dr. Thorsten Polleit is econoom en president van het Mises Institute.