Leden van het koningshuis zijn in een zeer vroeg stadium op de hoogte gesteld van het omstreden politieonderzoek naar de Transavia-piloot Julio Poch. Nog voor eind 2008 de eerste getuigenverhoren in de zaak tegen de Argentijnse Nederlander plaatsvonden, werd het koningshuis al geïnformeerd.
Dit blijkt uit een geheimgehouden verslag van een Nederlandse politieliaison dat vorige week boven water kwam. Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) weigert dit document uit 2008 aan de Tweede Kamer te geven.
Het is de eerste keer dat een officieel overheidsdocument melding maakt van het koningshuis in de zaak-Poch. Er is altijd ontkend dat er enig verband was tussen de zaak-Poch en het Koninklijk Huis, of dat die link onderwerp van gesprek was in politieke kring of bij politie of justitie.
Gevoeligheid erkend
RTL Nieuws en het radioprogramma Bureau Buitenland kregen inzage in een deel van dit ‘journaal’ van de liaison, over een eerste dienstreis naar Argentinië. Tweede Kamerleden Sjoerd Sjoerdsma (D66) en Michiel van Nispen (SP) willen opheldering van Grapperhaus en eisen dat hij het stuk naar de Tweede Kamer stuurt.
In zijn rapport van 31 januari 2008 beschrijft de liaison het onderzoek dat hij samen met het hoofd van de Criminele Inlichtingen Eenheid (CIE) van de politie heeft uitgevoerd. “Een van de gesprekken was met de ambassadeur”, meldt de verbindingsman van de politie. “De ambassadeur gaf aan dat hij de gevoeligheid erkent [van het onderzoek naar Poch – red.], maar dat het koningshuis er toch vrij makkelijk in steekt. Namelijk: ‘goed is goed, fout is fout’. De ambassadeur vertelde dat hij net een maand lang de koninklijke familie ‘op bezoek’’ heeft gehad.”
Toch opdracht minister
Het stuk is pikant, omdat Julio Poch ervan werd verdacht als marinepiloot in dienst van de Argentijnse militaire junta oppositieleden levend uit vliegtuigen te hebben gegooid. Jorge Zorreguieta, de vader van koningin Máxima, was minister in dat regime. Zorreguieta werd nooit vervolgd. Het Nederlandse Openbaar Ministerie zag in 2013 af van een strafrechtelijk onderzoek tegen Zorreguieta. Poch werd in 2009 met hulp van Nederland – op basis van geruchten – gearresteerd in Spanje en later uitgeleverd aan Argentinië. Daar zat hij acht jaar in voorarrest. Eind 2017 werd Poch vrijgesproken.
Volgens het verslag heeft de toenmalige minister van Justitie, Ernst Hirsch Ballin, zich wel degelijk hoogstpersoonlijk bemoeid met het onderzoek, op een moment dat de politie weinig zag in de aantijgingen tegen de piloot. Volgens het journaal heeft het hoofd van de CIE ‘persoonlijk van de minister de opdracht gekregen om toch door te gaan met het onderzoek’.
‘Nooit inhoudelijk contact’
Dit staat haaks op een getuigenverhoor onder ede, november vorig jaar. Daarin gaf Hirsch Ballin toe dat hij vond dat de zaak serieus onderzocht moest worden, maar ontkende hij daarop ‘sterk te hebben aangedrongen’. Hij zei niet te weten van dienstreizen, of het strafdossier: “Ik heb nooit inhoudelijk contact gehad met politiemensen belast met het onderzoek.” De advocaat van Julio Poch, Geert-Jan Knoops wil Hirsch Ballin nu opnieuw onder ede laten horen en alsnog alle stukken ontvangen.
In hetzelfde verhoor in november liet Hirsch Ballin weten dat een relatie tussen het koningshuis en de zaak-Poch voor hem niet bepalend was bij de vraag of Poch uiteindelijk moest worden uitgeleverd.
Het journaal is het zoveelste document dat plotseling opduikt in de zaak-Poch. Bureau Buitenland en RTL Nieuws meldden in oktober vorig jaar dat een politieverslag van de eerste Argentinië-reis om onduidelijke redenen was vernietigd. Daarna bleek het plan om Poch uit te leveren via Spanje, afkomstig was van het Nederlandse Openbaar Ministerie. Dat was tot dat moment altijd ontkend. Nederland kon eigen onderdanen niet uitleveren, omdat daar geen wettelijke basis voor was.
Spanje-route
Vorige maand meldde Nieuwsuur dat Hirsch Ballin in 2009 het politieke besluit nam om die ‘Spanje-route’ goed te keuren, hoewel ambtenaren hem wezen op het gevaar dat dit zou kunnen worden gezien als een verkapte uitlevering, wat verboden is. Uit een ambtelijke nota bleek dat er vanuit Argentinië grote druk werd uitgeoefend om Poch via Spanje uitgeleverd te krijgen, en dat daar op hoog niveau diplomatiek over werd onderhandeld.
De Landsadvocaat heeft geweigerd om het journaal van de politie-liaison en de ambtelijke memo’s aan de advocaten van Julio Poch te verstrekken. Geert-Jan Knoops voert namens Poch een procedure tegen de staat, om een mogelijke schadeclaim te onderbouwen.
Sinds begin vorig jaar doet een commissie in opdracht van minister Grapperhaus onderzoek naar de gang van zaken, in het belang van ‘maximale transparantie’. In juni wordt een tussenstand gegeven; het is nog onduidelijk wanneer het onderzoek wordt afgerond.