Fridays for Future, Extinction Rebellion, Urgenda, Greta Thunberg, Internationaal Klimaatpanel plus de onvermijdelijke stoet verontruste wereldburgers, ze zien allemaal Moeder Aarde naar de bliksem gaan. De apocalyps staat voor de deur. Er is geen planeet B. En wat doet de politiek? De politiek draalt terwijl Australië brandt.
Dat ondergangsactivisme is een fase in het bewustwordingsproces. De burger voor wie het allemaal zo’n vaart niet loopt met de klimaatverandering, moet wakker worden geschud. Hij moet eindelijk inzien dat we niet op de oude weg kunnen doorgaan. Die weg heeft namelijk maar één eindbestemming, een onleefbare aarde.
Die burger moet zich intussen ook schamen. Voor zijn SUV, de biefstuk, de vliegvakantie en wat allemaal nog meer tot de geneugten van zijn leven hoort. Het is niet eens zo zeer schaamte, alswel een schuldgevoel dat hem wordt aangepraat. Nog even en hij is een minder soort mens. Helemaal als hij ook nog Zwarte Piet aanhangt en met Oud&Nieuw vuurwerk afsteekt. Dan hoort hij er echt niet meer bij. In de polder zal de dominee wel nooit uitsterven.
Voor alle duidelijkheid, klimaatverandering is geen verhaal uit de boreale fabeltjeskrant. Klimaatverandering is een feit. Net als de rol daarin van de mens. Daarover verschilt de wetenschap niet meer van mening. Wie dat bestrijdt is bezig met een allang verloren achterhoedegevecht.
Maar die ondergangsstemming moet niet lang te duren. Grote veranderingen, revoluties, bestaan niet alleen maar uit risico’s. Het antwoord op de klimaatverandering, met als centrale vraag, hoe kunnen we het in de hand houden, vereist een revolutie. Het is waarschijnlijk de grootste revolutie sinds de Industriële van 250 jaar geleden waarmee trouwens ook de klimaatverandering begon. Dat is een deel van de rekening voor alle vooruitgang op vrijwel alle fronten die we nu onder de neus krijgen.
Die rekening bestond zeker toen de Industriële Revolutie goed op stoom kwam, uit het verlies van banen en zekerheden die het leven van mensen eeuwen hadden beheerst. Wat dat betreft had Karl Marx ontegenzeggelijk gelijk. De hele wereld ging rücksichtlos op de schop. Dit is niet de aangewezen plek voor een uitputtende geschiedenis van de IR en haar gevolgen. Maar we zijn het erover eens dat de balans uiteindelijk positief is.
Dat is in de eerste plaats te danken aan de technologische innovatie. De door doemdenkers voorspelde verpaupering en verloedering is nooit werkelijkheid geworden. Voor oude banen kwamen nieuwe en de levensstandaard steeg in de geïndustrialiseerde wereld naar ongekende hoogte. Dat ging niet zonder slag of stoot, het was heel vaak van au, maar het gebeurde wel. Met dank aan het kapitalisme en de democratie die flexibel genoeg bleken om ook ten hemel schreiende misstanden op te lossen. Dat betekent niet dat die hemel binnen handbereik gekomen was, maar veel dichterbij zijn we nooit geweest.
De technologie zal ook in de klimaatrevolutie voor de doorbraak moeten zorgen. De verandering in eet- en vlieggedrag zal menig klimaatasceet en zijn gelijkgestemde bubbeltje een fijn gevoel geven. Alleen, je komt er buiten de rijke westerse enclaves niet ver mee. Afgezien nog van de hypocrisie (toch vliegen en vlees eten) die in deze kringen royaal voorhanden is.
De nieuwe kansen van de klimaatrevolutie zullen veel meer op de voorgrond moeten komen. Dat is ook de boodschap van Frans Timmermans deze week in de zakenkrant The Financial Times (FT). Het CO2-neutraal maken van Europa is een operatie waarvoor de mensen nog niet voldoende voorbereid zijn, aldus onze klimaattsaar. In landen als Polen waar de energievoorziening nog voor 80 procent uit kolen komt, kijken mijnwerkers terecht met angst en beven naar wat ze in het verre Brussel bekokstoven. Dat is ook de reden de Poolse regering nog niet heeft ingetekend op de green deal van Timmermans.
Die mijnwerkers zullen een aantrekkelijk perspectief moeten krijgen. Een toekomst zonder kolen maar met betere, schonere banen en een stukken aangenamere leefomgeving zal ook hen op den duur moeten aanspreken. Dat gaat een lieve EU-duit kosten maar het is de enige manier om de transitie daar van de grond te tillen.
In Duitsland speelt iets soortgelijks met de auto-industrie. Daar staan volgens een door de regering onderschreven rapport de komende 10 jaar 400.000 banen op de tocht, als ze omschakelt van diesel en benzine op electrisch. Dat vereist een enorme aanpassing en navenante investeringen. Daarbij gaat het niet alleen om nieuwe productiemethodes maar ook en vooral om nieuwe vormen van scholing en herscholing. Net als bij de IR moeten hele beroepsgroepen wennen aan een andere toekomst. En inderdaad, ook dat gaat fors in de papieren lopen.
Dit is de volgende, en hopelijk constructieve fase van de transitie. Innovatie heeft daarbij de sleutelrol. Zonder technologische vernieuwing wordt het, zoals gezegd, niets. En de kosten zijn waarschijnlijk nog niet te overzien, behalve dan dat ze gigantisch zijn. De Europese Commissie heeft het over 1 biljoen (twaalf nullen) en dat is vermoedelijk ook een slag in de lucht.
Maar minstens zo belangrijk, die revolutionaire veranderingen zullen ook ingebed moeten worden in de samenleving. Dat is een opgave van een kolossale, zeg maar gerust Hercules-achtige omvang. De politiek zal de bevolking daarop moeten voorbereiden. Draagvlak is hier het sleutelwoord. En het opbouwen van een sterk genoeg draagvlak gaat niet van de ene dag op de andere.
Voor de klimaatactivisten zal dat te langzaam gaan. Bij hen is het allang dik na twaalven. Zij zullen druk op de ketel willen houden. Dat is hun goed recht en ook hun functie. Maar ze zouden er goed aan doen hun onheilsprofetieën niet te zwaar aan te zetten. Dat stoot af en ondermijnt het draagvlak.
Via:frontbencher.nl