Er is een tijd geweest dat mijn islamkritiek vooral werd geapprecieerd door politici die hun afkeer voor de islam wilden verdoezelen door mij naar voren te schuiven. Ik was niet alleen islamkritisch, maar ik was ook nog eens lid van een Turkse gemeenschap die de problemen durfde te benoemen. ‘Zie je wel! Als zij het zegt, zal het wel waar zijn en daarom moeten wij de islam uit onze samenleving bannen!’ Met die woorden bevestigden ze hun eigen islamofobe discours en kon men vrijuit en onbeschaamd alle vrouwen met een hoofddoek schofferen.
Hoofddoekactivisme
Ik heb bijvoorbeeld nooit gezegd dat ik voor of tegen de hoofddoek ben. Ik heb altijd gesteld dat een hoofddoek een genderdiscriminerend symbool is, een instrument voor sommige religieuze ideologieën om een parallelle samenleving midden in een moderne samenleving te installeren. Kijk naar de Turkse president Erdogan die in zijn beginjaren op politiek topniveau de hoofddoek terug implementeerde in overheidsinstellingen en universiteiten. Instellingen waar Mustafa Kemal Atatürk het kritisch denken en de neutraliteit wilde waarborgen om de minderheden in een divers land als Turkije te beschermen gingen nu open voor hoofddoekactivisten om de plaats in te nemen van de moderne Turkse vrouw. Want die laatste was zondig. De vrome moslima werd het gezicht van het Nieuwe Turkije.
Ik heb ook altijd gesteld dat een minderjarig meisje nog niet kan uitmaken of ze al dan niet klaar is voor zo’n groot engagement naar God toe. En ik heb altijd gesluierde vrouwen aan de tand gevoeld: voor wie deden ze dat nu, wat waren hun beweegredenen? Waarom moesten hun mannen zich niet bedekken en zij wel? Zagen ze de hypocrisie niet in? Tot op een bepaald moment een gesluierde vrouw het volgende antwoordde: ‘Ik geloof in God en ik probeer een goede mens en moslima te zijn. Jij gelooft niet in God, maar ik ben ervan overtuigd dat jij ook een goede persoon probeert te zijn. Leer daarom eerst te nuanceren. En met duidelijke standpunten naar mij te komen. Want op dit moment klinkt het alsof je mij onderwerpt aan een vragenuurtje om je eigen gelijk te halen. Je probeert mij in de val te lokken met je spervuur aan vragen. Zo voel ik mij op dit moment, Pinar.’
Wereldvreemde imams
Ik had een persoon tegenover mij die het debat wilde voeren met mij. Maar ze werd ongemakkelijk van mijn vragen die voor haar te agressief waren. Mijn islamkritiek was aanvallend. En kritiek moet juist niet aanvallend zijn maar aanzetten tot nadenken en inspirerende gesprekken. Een soort van prikkel- en kennisoverdracht. Ik bedacht dat ik haar op dezelfde manier moest benaderen en mijn gevoelens moest verwoorden als seculiere persoon die machteloos en met lede ogen de islamisering van Turkije volgde. ‘Ik voel mij machteloos, het seculiere Turkije wordt een islamitische staat waar de positie van de vrouw komt wankel te staan. Ik voel mij machteloos omdat Turken hunkeren naar vrijheden en dag in dag uit worden geconfronteerd met een staatsreligie die geen hoop en troost biedt maar het volk verder onderdrukt. Kinderen sterven, kritische journalisten schrijven hun memoires in de gevangenis en moeders slijten hun dagen op straten in protestbetogingen omdat hun dochters zijn verkracht en vermoord.’
Haar antwoord volgde snel: ‘Waarom denk je dat ik niet seculier kan zijn? Ik heb misschien wel een hoofddoek op, maar ik ben een vurige kemalist. Mijn grootvader heeft meegestreden met Atatürk en de seculiere republiek opgebouwd met tal van mensen die geloofden in vrijheden en een westerse samenleving. Ik geloof niet in een activisme waar mensen verplicht moeten wennen aan mijn hoofddoek. Wel hebben wij kritische imams nodig die op de hoogte zijn van de uitdagingen binnen onze samenleving. Als een vraag of probleemstelling wordt beantwoord met een soera uit de Koran, dan weet je al dat je te maken hebt met een wereldvreemde imam.’
Hoofddoekscepticisme
Dus ik praatte met haar. Urenlang. Ze erkende mijn gevoelens en mijn kritiek op haar religie. Ze gaf toe dat ze soms twijfelde over haar religie, maar dat haar connectie met God te sterk was. Haar hoofddoek was een deel van haar geloofsbelijdenis, geen politiek instrument. Ik heb het haar niet gevraagd, maar ik ben ervan overtuigd dat ze het met mij eens zou zijn als ik zou zeggen dat politieke campagnes zoals die van GroenLinks tenenkrullend zijn.
— FemNet GroenLinks (@FemNetGL) April 9, 2021
Een afbeelding met een mipster (jonge moslima, gesluierd en hip) naast een schaars geklede (westerse) vrouw circuleerde laatst op sociale media waarmee GroenLinks wilde duidelijk maken dat elke vrouw zich kleedt zoals zij wil. Alleen is de realiteit dat niet alle westerse vrouwen schaars gekleed zijn en niet alle gesluierde moslima’s zich hip kleden maar eerder gehuld zijn in kleurloze gewaden. De linkse doctrine categoriseert daarmee islamkritiek en hoofddoekscepticisme als een goedkope aanval tegen mensenrechten.
Staatsreligie als opgelegde studie
Het interview van onderzoekster Leni Franken in De Morgen sluit perfect aan bij waar we het eerder over hadden. In haar onderzoek stelt ze vast dat Vlaanderen geen islamitisch onderwijs heeft. Ze nuanceert en pleit voor door experten ingevuld islamitisch onderwijs en niet zoals vandaag door uit het buitenland geïmporteerde imams die de kritische reflex missen en geen inspanningen leveren om de islam te implementeren in een sociaaldemocratische omgeving. Ook stelt zij dat de islam te eenzijdig wordt benaderd terwijl er zo’n grote diversiteit binnen het geloof is. Liberale stromingen binnen de islam krijgen onvoldoende aandacht. De Moslimexecutieve in België werkt samen met Diyanet om handboeken samen te stellen voor islamlessen. En daar knelt het schoentje. Diyanet, het religieus staatsorgaan in Turkije, zou te veel de staatsreligie als studiemateriaal voorstellen en dat wekt alweer een verkeerde invulling van het geloof op.
Ze wijst daarop naar artikel 24 van de grondwet dat bepaalt dat onderwijs vrij ingevuld mag worden, zonder inmenging van de overheid. Ook zou er vraag zijn naar islamitisch onderwijs, zegt ze, waarop de redactie in het artikel verwijst naar de omstreden islamitische school in Genk. Maar wat de redactie niet vermeldt is dat toenmalig minister van onderwijs Hilde Crevits in 2019 deze school geen erkenning gaf omdat ze de rechten van de mens en het kind niet zou respecteren. In de realiteit was het een door Milli Görüs gefinancierde school, een religieus-ideologische stroming opgericht door wijlen Necmettin Erbakan. Een politicus die de seculiere republiek Turkije wilde omverwerpen en de politieke vader van huidig president Erdogan. Nuance is zo belangrijk in alles, zowel in geschreven en gesproken pers. Het lijkt nu alsof de onderzoekster in het artikel pleit in het voordeel van die Milli Görüs-school.
Taboes slopen
Seculiere en praktiserende moslims worden op die manier vaak tegen elkaar opgezet. Zelfs niet-moslims kiezen een kamp terwijl ze meestal niet op de hoogte zijn van de achterliggende agenda’s van sektarische en ideologische stromingen. De streng orthodoxe islam wordt meestal genormaliseerd door onze journalisten en nietsvermoedende niet-moslims vragen zich af waarom vrijheid van onderwijs niet geldt voor de Vlaamse moslims. Nuance ontbreekt zo vaak in vele debatten. Heeft de gesluierde moslima mij overtuigd van haar hoofddoek? Nee, ik ben nog altijd geen voorstander van hoofddoeken. Maar ik ben wel voorstander van een divers aanbod aan informatie. Je merkt het nu ook: in de eerste week van de ramadan slaan de media ons om de oren met identiek dezelfde berichten over vastende en biddende moslims. Maar ik wacht op een nieuwsitem waar de niet-vastende moslims kunnen meespreken over de ramadan.
Waar men in alle vrijheid durft te zeggen dat ze cultuurmoslims zijn. Dat ze gezellig meegenieten van de iftars en het Suikerfeest en dat ze helemaal geen sociale druk ondervinden in hun omgeving om te vasten. Alweer wordt hier een groot deel van de islamitische gemeenschap genegeerd. De media zetten de toon en het debat vloeit een andere richting uit. Taboes worden niet gesloopt, maar wel de wil om in dialoog te treden met elkaar. Vlaanderen lijkt niet enkel angstig maar ook paniekerig en terughoudend als het gaat over de islamitische gemeenschap. Maar angst is een slechte raadgever in een tijd waar het debat wordt gekaapt door politieke opportunisten zoals GroenLinks.