Dagen nadat het Rotterdams Philharmonisch Orkest hun 35-jarige samenwerking met dirigent Valery Gergiev beëindigde en hem ontsloeg, heeft het Amsterdamse Hermitage Museum zijn 30-jarige samenwerking met ’s werelds grootste kunstmuseum, de Hermitage in Sint-Petersburg, beëindigd. Zijn tentoonstelling “Russische Avant-Garde. Revolution in the Arts” is gesloten.
Dit is de zoveelste snode aanval op de kunst, aangewakkerd door anti-Russische propaganda door Europese regeringen en de oorlogskoorts die de welvarende middenklasse in zijn greep houdt na de reactionaire invasie van Oekraïne door de Russische president Vladimir Poetin.
De tentoonstelling werd geopend op 29 januari 2022 en zou tot 8 januari 2023 te zien zijn. In een unieke compilatie werden in totaal 500 kunstwerken op doek, papier, textiel, porselein, theaterdecoraties, interieurs, gebruiksvoorwerpen en boeken getoond, waaronder vooral werken van Kasimir Malevich en Wassili Kandinsky. Deze buitengewone kunsttentoonstelling werd georganiseerd in samenwerking met het Hermitage Museum in St. Petersburg. Nadat de tentoonstelling op 27 februari was afgelast, werd in allerijl afgesproken om de hele tentoonstelling terug naar St. Petersburg te brengen.
Nationalistische propaganda speelt een centrale rol in alle imperialistische oorlogen. Sinds de oorlog tussen Rusland en Oekraïne hebben de Nederlandse mainstream media non-stop anti-Russische propaganda verspreid om een door de VS geleide NAVO-oorlog tegen Rusland te legitimeren. Vrijwel van de ene op de andere dag kreeg dit ook op cultureel gebied enorme afmetingen. Zangers, sporters, filmmakers, schilders en dirigenten worden niet alleen in Nederland maar in heel Europa en Amerika uitgesloten of verbannen van verdere uitoefening van hun kunst, simpelweg vanwege hun “Russische afkomst”.
De officiële reden die het Amsterdamse Hermitage Museum (Nederlands: Hermitage Amsterdam ) geeft om de tentoonstelling te annuleren, is een schande. Het museum erkent dat “door onze zorgvuldig ontwikkelde relaties met het Staatsmuseum de Hermitage in St. Petersburg, we toegang hebben gehad tot een van de meest gevierde kunstcollecties ter wereld waaruit we kunnen putten voor onze tentoonstellingen.” Het haalt de weerstand van het museumpersoneel aan en stelt: “De toezichthouders, de directeur, de directie en de medewerkers van de Hermitage Amsterdam hebben moeite om de verbinding met de Hermitage Sint-Petersburg te verbreken.” Een daarvan is met de collega’s in Sint-Petersburg Petersburg in gesprek geweest, “ze zijn net zo geschokt als wij”, zei een woordvoerster van de Berlijnse dagspiegel. In de afgelopen decennia was de samenwerking met de Russische collega’s harmonieus, meningsverschillen konden altijd worden overbrugd.
Toch legt de museumdirectie uit: “De Raad van Bestuur en de Raad van Toezicht hebben besloten de relatie met het Staatsmuseum de Hermitage te verbreken. Met het Russische leger dat Oekraïne binnenvalt, is een grens overschreden. Oorlogen vernietigen alles. Dat geldt ook voor 30 jaar samenwerking. De Hermitage Amsterdam heeft momenteel geen andere keuze. Ook wij hopen op veranderingen in de toekomst van Rusland die ons in staat zullen stellen de betrekkingen met het Hermitage Museum in Sint-Petersburg te herstellen.”
De directeur van de Amsterdamse Hermitage, Annabelle Birnie, vertelde NRC Handelsblad dat er plannen waren om het museum te hernoemen om de eventuele band met de Hermitage in Sint-Petersburg te verbreken. Ze zei: ‘We kunnen de ‘M’ verwijderen. Dan zou het Erfgoed (=erfgoed) aan de Amstel heten. Er zijn ook andere varianten denkbaar, en misschien blijft de naam hetzelfde.” Het museum, dat pas in 2009 werd opgericht, ligt aan de rivier de Amsel.
Birnie maakte verder duidelijk dat het besluit om de banden met het Hermitage Museum in St. Petersburg te verbreken is genomen onder directe dreiging van rechts geweld als het museum de Russische avant-garde tentoonstelling zou houden. Ze zei: “Er zijn allerlei soorten bedreigingen bij ons ingediend. Ik wil hier verder geen commentaar op geven. De veiligheid van medewerkers, bezoekers, de collectie en het gebouw is belangrijk. Maar dat is niet de reden van onze beslissing.”
Dit is een verbazingwekkende uitspraak. Niet alleen wordt een van de meest gerenommeerde Nederlandse musea geconfronteerd met “allerlei bedreigingen” voor het tonen van een tentoonstelling over Russische avant-gardekunst, ook de directeur “wil er niets meer over kwijt”. De enige conclusie die hieruit kan worden getrokken is dat de dreigementen tegen de Hermitage in Amsterdam stilzwijgend worden gesteund door delen van de Nederlandse veiligheidstroepen en het staatsapparaat.
Sinds de extreemrechtse staatsgreep in Kiev in 2014, georkestreerd door de VS en hun NAVO-bondgenoten en die een pro-NAVO-regering aan de macht bracht in Oekraïne, heeft de Nederlandse regering een belangrijke rol gespeeld bij het aanwakkeren van anti-Russische sentimenten. Premier Mark Rutte speelde ook een leidende rol in de campagne om Rusland de schuld te geven van de nog steeds onverklaarbare crash van vlucht MH-17 van Malaysian Airlines boven Oekraïne in juli 2014. Bij de crash kwamen 298 passagiers en bemanningsleden om het leven.
De annulering van de Russische Avant-Garde Tentoonstelling is een reactionair besluit, in overeenstemming met de militaire propaganda van de NAVO en de heersende anti-Russische hysterie. De Russische invasie van Oekraïne heeft op geen enkele manier “alles” vernietigd. Russische kunst is een onvergankelijk bewijs van het grote culturele, esthetische en intellectuele erfgoed dat de mensheid nodig heeft om sociale en historische problemen zoals ongelijkheid, pandemieën en oorlog te overwinnen.
De hypocrisie van het besluit dat de Hermitage in Amsterdam heeft genomen – of beter gezegd, is opgedrongen – is onthutsend. In de dertig jaar sinds de stalinistische bureaucratie het grootste militaire obstakel voor NAVO-oorlogen heeft verwijderd met de ontbinding van de Sovjet-Unie in 1991, hebben de Amerikaanse en Europese imperialistische machten, de leidende krachten van dood en verderf in de wereld, een bloedige campagne gevoerd. Door Irak, Joegoslavië, Afghanistan, Libië en Syrië binnen te vallen of te bombarderen, om er maar een paar te noemen, hebben ze miljoenen doden veroorzaakt en tientallen miljoenen gedwongen te vluchten.
Wat was de positie van de Hermitage in Amsterdam ten aanzien van deze oorlogen? Heeft het tentoonstellingen van Amerikaanse of Britse kunst geannuleerd als reactie op de duidelijk illegale en niet-uitgelokte invasie van Irak in 2003? Wat zei ze over de Nederlandse luchtaanvallen in Hawija, Irak op 2 juni 2015, waarbij zeventig burgers omkwamen, waaronder negen kinderen?
De impact op de artistieke vrijheid van de poging van de Amsterdamse Hermitage om de Russische kunst de schuld te geven van de acties van het Kremlin is werkelijk onthutsend. Moeten de Hermitage in Sint-Petersburg of andere musea werken van Rembrandt, Vermeer, Hals of andere Hollandse meesters verliezen door de Nederlandse koloniale plundering en slavenhandel in Oost- en West-Indië? Moeten de werken van Piet Mondriaan worden verboden omdat tienduizenden Indonesiërs zijn omgekomen bij de mislukte poging van het Nederlandse imperialisme om Indonesië na de Tweede Wereldoorlog in koloniale ketenen te houden?
De annulering van de tentoonstelling van Russische avant-garde kunst in Amsterdam zal in Europese heersende kringen ongetwijfeld worden verwelkomd als een overwinning op het culturele front tegen Rusland. De Nederlandse regering zelf, die honderden luchtafweerraketten naar Oekraïne stuurt en de chauvinistische sfeer aanwakkert, zal proberen dit in te zetten tegen het echte anti-oorlogsgevoel in eigen land.
Het besluit om de kunsttentoonstelling over de Russische avant-garde in Amsterdam te schrappen weerspiegelt dezelfde nationalistische en militaristische koers die het Kremlin volgt en waar de Amsterdamse verantwoordelijken hypocriet beweren tegen te zijn.
In het begin van zijn aanval op Oekraïne hekelde de Russische president Vladimir Poetin de bolsjewieken en de Oktoberrevolutie van 1917 die leidden tot de oprichting van de Sovjet-Unie. Hij rechtvaardigde de oorlog tussen Russische en Oekraïense arbeiders door Lenin, Trotski en de andere grote Russische marxistische revolutionairen aan te vallen omdat ze te veel concessies deden aan niet-Russische nationaliteiten in het oude Russische rijk toen de Sovjet-Unie werd opgericht.
Met de annulering van de Russische Avant-Garde-tentoonstelling censureert het Nederlandse politieke establishment de bloei van de Russische cultuur in de late 19e en vroege 20e eeuw, waarrond de bolsjewieken opkwamen als een richting gericht op de Europese en internationale arbeidersklasse. De poging om alles het zwijgen op te leggen wat in tegenspraak is met de vernederende anti-Russische propaganda in de officiële media, getuigt van het antidemocratische karakter van de Europese politiek in de oorlogscrisis in Oekraïne.