Het werk van ‘geheime diensten’ is nuttig, en nodig, om individuen, organisaties en landen te neutraliseren die uitgesproken kwade bedoelingen hebben. In die geest is het werk van een ‘geheime dienst’ defensief. Hier op mijn blog heb ik, bij herhaling, een lans gebroken voor het organiseren van een degelijke Europese defensie. Op geen enkele manier is dat een pleidooi voor totale isolatie. Ook niet op het niveau van de ‘geheime diensten’. Maar het is wel zaak dat de leidinggevenden van dergelijke ‘diensten’, en hun politiek verantwoordelijken, beseffen voor wie ze werken.
In de wereld waarin wij nu leven, is het op alle niveau’s ‘opportunisme troef’. In de ‘Hollywood’-versie van de werkelijkheid is het aan het eind van de dag altijd de ‘nobele geest’ die overwint. In de praktijk is het eerder zo dat we de winnaar portretteren als een ‘nobele geest’, en dat is een serieus probleem. Op de oorzaken wil ik hier verder niet ingaan, want dat vergt meer dan een pagina op een blog. Maar de voorbeelden van ‘geheime diensten’ die er een potje van maken, en de politiek verantwoordelijken op sleeptouw nemen, chanteren, en in de val lokken, terwijl ze druk in de weer zijn met uitgesproken offensieve operaties, waarbij ‘bondgenoten’ niet worden ontzien, zijn niet aan te slepen.
Bepaalde historische ontwikkelingen, en keuzes van de na-oorlogse grootmachten, hebben van Europa in het bijzonder een ‘grazige weide’ gemaakt voor lieden met ‘ambitie’, om het zo maar even te noemen. In verschillende Europese landen zien de ‘geheime diensten’ de eigen organisatie niet als dienstbaar aan het volk dat de rekeningen betaalt, maar aan een ‘Hogere Orde’. Meer in het bijzonder een ‘Atlantische Orde’. De Amerikaanse ‘diensten’ die in die ‘Hogere Orde’ de dienst uitmaken trekken zich, zéker sinds de komst van Trump, opzichtig niets meer aan van de politieke leiding. Ze waren, en zijn, de belangrijkste drijvende kracht achter ‘Russiagate’, waarvan nu zelfs een Amerikaanse rechter zegt dat het een ‘Hoax’ is.
De ervaring leert, dat iets een ‘Hoax’ kan zijn, met overvloedig bewijs van het tegendeel, maar dat het niettemin ‘gevreten’ wordt als het past in een ‘verhaallijn’ die door de (mainstream) media wordt aangeboden. De ‘Ur-Story‘. De moord op John F. Kennedy is daarvan vermoedelijk nog wel het meest aansprekende bewijs. Zelfs Congrescommissies die achteraf tot de conclusie kwamen dat Lee Harvey Oswald niet de dader was, of dat er in elk geval meerdere daders waren, en een weelde aan bewijs dat Oswald voor de CIA werkte, en deel uitmaakte van een groep die tot taak had Castro te vermoorden, dringt niet door het pantser van de ‘verhaallijn’. Niet dat het een uitgemaakte zaak is hoe het wél is gegaan, maar het officiële ‘Warren-rapport’ stinkt, en zelfs direct betrokkenen die aan dat ‘rapport’ meewerkten wisten dat het een fabeltje was. Een serieus onderzoek zou echter de plannen voor een moordaanslag op Castro door Amerikaanse ‘geheime diensten’, onder verantwoordelijkheid van Robert Kennedy, aan het licht hebben gebracht, en dat was overduidelijk geen ‘defensieve’ operatie. Of de ‘geheime diensten’ om de tuin zijn geleid door de maffia, met wie ze innig samenwerkten om Castro om zeep te helpen, of dat ze (op enig niveau) zelf de conclusie trokken dat de president beter plaats kon maken voor Lyndon Johnson, valt achteraf niet langer te bewijzen. Daarvoor is teveel materiaal ‘verloren gegaan’, en zijn de meeste betrokkenen niet langer onder ons.
Een belangrijk probleem bij de discussie over het werk van ‘geheime diensten’, is dat een lezing die niet gedragen wordt door de ‘mainstream media’, consequent wordt afgeserveerd als een ‘complot-theorie’. Maar het gaat altijd over een ‘complot’ op het moment dat een organisatie of land zich beroept op geheimhouding, en de activiteit een offensief karakter heeft. En daar wringt ‘m de schoen, want in de lezing van die ‘geheime diensten’ zijn ze juist defensief bezig. Zoals Nederland ook over de hele wereld militairen inzet, en volhoudt dat men druk is met ‘defensie’. Kwestie van perceptie.
Hier op mijn blog heb ik bij herhaling geschreven over het curieuze gegeven dat vliegtuigen die vertrokken uit Nederland gewoon over het oorlogsgebied in Oost-Oekraïne bleven vliegen, terwijl andere NAVO-landen de eigen luchtvaartmaatschappijen wél waarschuwden voor het gevaar van raketten die veel hoger reikten dan de gebruikelijke ‘Manpads’. En ik wijs erop dat dat geen kwestie is van grotere voorzichtigheid, want diezelfde luchtvaartmaatschappijen vliegen elders wél over gebieden waar een oorlog gaande is. Maar de geaccepteerde ‘verhaallijn’ staat die vraag niet toe.
Die kwestie, maar ook alle berichten over Europese ‘geheime diensten’ die actief zijn binnen Europa, ten bate van ‘Atlantische’ opdrachtgevers, in strijd met de belangen van Europa als een eenheid, maken dat ik mij geroepen voel hierover te schrijven, in de hoop dat we onze naïviteit afschudden, en ons niet bij de haren de volgende oorlog binnen laten slepen. Ik kan niet weten of die ‘bevriende diensten’ ons een loer hebben gedraaid door te verzwijgen dat er gevaar dreigde voor de burgerluchtvaart, of dat Nederland laks is geweest, en tot een andere inschatting kwam. Dat laatste is zeker niet onmogelijk, gelet op het gegeven dat een medewerkster van ‘BZ’ in Kiev op de hoogte zou zijn gesteld van het feit dat een militair vliegtuig op grote hoogte was neergehaald, vóórdat MH-17 werd geraakt, zoals RTL ontdekte. Maar daarnaast had de NAVO een weelde aan satellieten, en vliegtuigen en schepen operationeel, met geavanceerde apparatuur die elke ‘haar’ die bewoog in dat land in beeld brachten.
Het is voor een ‘blogger’ onmogelijk om stellig te beweren dat er opzet in het spel is als een ‘geheime dienst’ wordt gewaarschuwd voor onheil, maar niks doet. Het meest markante voorbeeld daarvan is de aanslag op de marathon van Boston. Maar zoals u ongetwijfeld weet zijn er ook nog altijd vragen rond ‘9/11’. Falen? Of opzet? Dat laatste is té gruwelijk, omdat het betekent dat een organisatie die tot opdracht heeft de burgers, en het land te beschermen, er een volledig corrupte eigen agenda op nahoudt. Maar op het moment dat ‘geheime diensten’ zichzelf gaan zien als een stuk gereedschap van een ‘Globalistische’ macht, wordt het precair.
Het land dat alom wordt bewonderd, omdat het een ‘geheime dienst’ heeft van absolute wereldklasse, is Israël. Het behoeft geen betoog dat die ‘diensten’ nadrukkelijk niet ophouden bij defensieve activiteiten. En dat ze ook geen begin van respect hebben voor het belang van ‘bondgenoten’, wat het begrijpelijk maakt dat iemand als Epstein door achterdochtige commentatoren wordt aangemerkt als ‘Mossad’, nadat eerder bekend werd dat hij enkele jaren geleden een schijnstraf kreeg voor zijn pedoseksuele escapades, omdat hij een ‘Intelligence Asset’ zou zijn. Zelf ben ik het, in deze fase, met Bernhard van ‘MoonofAlabama‘ eens dat het vermoedelijk een heel complex verhaal is. Maar het stinkt. Dat (delen van) de Amerikaanse geheime dienst, én het ‘politieke bedrijf’, meer affiniteit lijken te hebben met Israël, dan met hun eigen land, is een gegeven. Dat is geen ‘antisemitische’ opmerking, maar een simpele constatering die gedragen wordt door een weelde aan onderzoek, boeken en artikelen, niet zelden met Joodse auteurs, en in sommige gevallen mensen die actief hebben meegewerkt aan die ontwikkeling aan de kant van Israël. Je kan het afkeuren, maar dan nog moet je bewondering hebben voor de ‘technische’ kant van de zaak, en constateren dat een Amerikaanse ‘geheime dienst’ die zich zo in de kaarten laat kijken, en in laat palmen, de zaakjes niet op orde had. En dat geldt ook voor het Amerikaanse ‘politieke bedrijf’.
Het is evident dat je het de kiezer niet kunt verwijten als die trein ontspoort. En het is mijn stelling dat die ontwikkeling, en meer in het bijzonder de offensieve inzet van Israëlische ‘geheime diensten’, ook niet gedragen wordt door een meerderheid van de bevolking van dat land. Uiteenlopende chefs van Israëlische ‘geheime diensten’ zijn zelfs zo ver gegaan de wereld te waarschuwen voor plannen die aan het ‘eind van de dag’ best eens volkomen verkeerd uit kunnen pakken voor hun ‘werkgever’, het Israëlische volk. En de volkeren in Amerika en Europa die men op sleeptouw heeft genomen, en die wereldwijd, uit schaamte over de Holocaust, bijna vechten om het voortouw te mogen nemen als er weer ergens een land of organisatie wordt aangewezen als een existentiële bedreiging voor het ‘Beloofde Land’.
Als de Mossad ons dus op het spoor zet van radioactief materiaal in een tapijtfabriek in Iran, mag Europa zich best realiseren dat Israëlische ‘geheime diensten’ de capaciteit, en intentie hebben om dat daar te deponeren. Zoals ze ook bij machte zijn om extremistische Moslim-terroristen zo gek te krijgen om voor hen de hete kolen uit het vuur te slepen in de strijd tegen seculiere regimes in de regio.
Waar het mij om gaat in deze bijdrage, dat is het kweken van hernieuwde belangstelling voor het verschil tussen ‘defensief’ en ‘offensief’. En dat we in Europa dienen te beseffen dat onze toch al broze democratische instituten geen partij zijn voor de machinaties van gewetenloze machtswellustelingen met een ‘Globalistische’ agenda. Dus dat je goed moet nadenken over wie je de sleutels geeft van je ‘geheime dienst’. Waar politici wellicht de verleiding niet kunnen weerstaan om op die hoogste posten mensen te benoemen met een ‘geheim’, zodat ze hen kunnen manipuleren, dienen ze te beseffen dat het onwaarschijnlijk is dat zij de enigen zijn die weet hebben van dat ‘geheim’. En dat je beter een onkreukbare, volkomen integere, maar in elk geval eerlijke man of vrouw op die post kan zetten die niet kwetsbaar is voor chantage, of verzoeken om bepaalde lieden een ‘wederdienst’ te bewijzen. Iemand met een rechte, Europese rug.