Na zes decennia moderne migratie zou een mens durven te denken dat hét erop zit. Hét, dat is anders-zijn.
Mag ik iets zeggen? Neem het mij niet kwalijk – zucht – maar het is altijd wat met die Marokkanen. Het klaaglied waarmee ik opgroeide, komt in verschillende gedaanten terug, ook in de vraagvorm: ‘Wat is dat toch met die Marokkanen?’. Vaak volgt dan een stilte als geluidloos tromgeroffel voor een repliek die ik, met mijn Marokkaanse wortels, verwacht word te geven. Een repliek, nou sorry, eerder een apologie.
Zeg nu zelf, Marokkanen maken het te bont. Ze plegen aanslagen in metro’s en luchthavens en bovendien is zowaar een hele misdaadtak naar hen genoemd. De mocromaffia, een samenvoeging van Marokko en maffia, in handen van een nieuwe generatie criminelen die internationaal actief is in de drugs, vooral in de cocaïnehandel. De mocromaffia heeft haar paradepaardjes, zeg maar grote vissen.
Ik kan ze niet tellen, het aantal welbespraakte en ondernemende allochtonen. Verre van uniek en zo alledaags. Noch boef, noch kut of troetelig.
Tegen Ridouan Taghi, Europa’s meest gevreesde drugsbaron, ging vorige maand in Nederland een monsterproces van start. De Pablo Escobar van de Lage Landen schuwde niets of niemand. Een lange lijst van beschuldigingen, met al dan niet geslaagde liquidaties, is zijn deel. Taghi heeft zijn evenknie in Antwerpen. Dikke Nordin, een kopstuk van de drugsmaffia, dirigeerde granaataanslagen vanuit Dubai, dat een geliefde schuilplek voor patsers blijkt te zijn.
Dat Marokkanen een nieuwe generatie onstuitbare topcriminelen zouden vormen, klonk al kort na het begin van het millennium bij politie en media. Post 9/11 raakte ook de term kutmarokkanen in zwang voor straatjongeren die overlast veroorzaakten. De toenmalige Amsterdamse PvdA-lijsttrekker Rob Oudkerk weet de problemen in de hoofdstad aan ‘kutmarokkanen’. Bij ons in Vlaanderen werd de term geïntroduceerd door politiek commentator Yves Desmet, om bij vormen van overlast een kat een kat te noemen.
Cliché
Ondertussen groeiden een flink deel van die lastige boefjes uit tot gangsters van formaat. Ze spelen de hoofdrol in de internationale crime scene, terwijl het imago van ‘de’ Marokkaan al niet fraai was. Ze werken niet, wil het cliché. En als ze al werken, zitten ze aan ‘onze’ centen. De Marokkaan, zo leert de ervaring helaas, kan amper van nut zijn. Wat een drama. Hij of zij wordt onverbiddelijk gedemoniseerd.
De Marokkaan als demon heeft een tegenvoeter. De troetelmarokkaan, in de politiek ‘een uniek profiel’ genoemd.
De demon heeft evenwel een tegenvoeter. De troetelmarokkaan, in de politiek ‘een uniek profiel’ genoemd. Daarom verdiende volgens de liberale top Sihame El Kaouakibi (lancerings)steun. ‘Dit was een kandidate met een uniek profiel’, aldus Open VLD-voorzitter Egbert Lachaert. Wat die unieke karaktereigenschappen wel mogen zijn? ‘Ze was welbespraakt en ondernemend.’ Ergo: ze was anders, zo bijzonder. Was ze de roos op een mesthoop?
Ik kan ze niet tellen, het aantal welbespraakte en ondernemende allochtonen. Verre van uniek en zo alledaags. Noch boef, noch kut of troetelig. ‘De gemeenschap is net zo divers en gefragmenteerd als die van witte Nederlanders en herbergt zowel idioten als genieën, warme alsook botte mensen die je even zo goed de maat nemen, niet lusten of je omarmen. Zet drie Turken bij elkaar en samen heb je vermoedelijk vier verschillende etnische achtergronden, twee verschillende religieuze overtuigingen en zes ruzies’, schrijft antropoloog Sinan Çankaya in zijn boek ‘Mijn ontelbare identiteiten’.
De blik op Marokkanen mag niet schipperen tussen een fetisjistische fascinatie en repulsief racisme.
Zo is dat ook met Marokkanen. De blik op Marokkanen mag niet schipperen tussen een fetisjistische fascinatie en repulsief racisme. Het gebrek aan controle is zeker een pijnpunt in de zaak-El Kaouakibi, maar het zenuwcentrum ligt evengoed in de blik op de Marokkaan, die zo ‘verbijzonderd’ wordt. Op die manier dreigt het Marokkanendrama een politiek drama te worden. Immers, het verkiezingsjaar 2024 staat voor de deur. Het is dan exact zestig jaar geleden dat België migratieakkoorden sloot met Marokko.
Na zes decennia moderne migratie zou een mens durven te denken dat hét erop zit. Hét, dat is anders-zijn. Het bijzondere dat zwalpt van Disney-diversiteit tot gangmakerij in de internationale misdaad. Wat het is met Marokkanen? Welnu, niets. Niets ongewoons.