Misinformatie of desinformatie? Bent u bekend met de nieuwe Europese Digital Services Act (DSA), in Nederland de ‘digitaledienstenverordening’ genoemd? Uw correspondent niet, tot afgelopen zaterdag.
Misinformatie of desinformatie? U heeft misschien wel meegekregen dat de Europese Unie zich zorgen maakt om nepnieuws en bewuste pogingen valse of opruiende informatie te verspreiden. Iets wat heel makkelijk kan, nu mensen denken dat internet en de hele dag bereikbaar zijn eerste levensbehoeften zijn. Ter verdediging van de EU: Rusland en China zijn daar wel degelijk al ruim een decennium actief mee bezig. Meerwaardezenders als Canvas, BBC 2, TV5Monde, Arte en de Nederlandse VPRO (vooral het VPRO-programma Tegenlicht) schonken hier al aandacht aan. Maar het middel dat de EU koos om dit te bestrijden, kan erger blijken dan de kwaal.
Wat u waarschijnlijk niet wist: per 17 november moet iedere EU-lidstaat minimaal één autoriteit benoemen die toeziet op de handhaving van de vereisten uit de DSA. Wanneer die persoon of instantie informatie als onwaar of bewust misleidend beschouwt, kan zij het betreffende medium of platform verplichten die content te verwijderen. De autoriteit mag ook het kantoor van digitale firma’s binnengaan en informatie opeisen.
‘Het recht op misinformatie’
Zaterdag 21 september vond in Amsterdam een minisymposium plaats over het boek Het recht op misinformatie. Het boek verscheen bij de uitgeverij van journalist Syp Wynia, jarenlang verbonden geweest aan Elsevier Weekblad. Voor Wynia’s Week schreef de auteur, Bart Collard, afgelopen augustus al een waarschuwend artikel over de dienstenwet.
Wynia wees op de paradox waarbij overheden zich zorgen maken over het verspreiden van onjuiste informatie, terwijl ze dit zelf meer dan ooit doen. Zo bezuinigde de Nederlandse regering in 2012 en 2103 sterk om de begroting ondanks de eurocrisis weer op orde te krijgen. Bezuinigingen die volgens economen de economie eerder schaadden dan baatten. Meer recent werden de coronamaatregelen gerechtvaardigd om de ouderen en de zwakkeren te beschermen, terwijl die in werkelijkheid de grootste slachtoffers werden.
Tweede spreker was historicus Geerten Waling, redacteur en columnist bij Elsevier Weekblad. Na de gebeurtenissen van 7 oktober in Israël was hij trots op de genuanceerde manier waarop Nederlandse media de gebeurtenissen versloegen. Hij betreurde het dat dit niet meer het geval was toen het leek alsof een Israëlische raket een ziekenhuis in Gaza had verwoest. In plaats van zich af te vragen of informatie die afkomstig is van Hamas betrouwbaar is, verspreidden ze kritiekloos dit bericht. (Nvdr: in Nederland controleerden het rechtse dagblad De Telegraaf, de rechtse opiniesite GeenStijl en de orthodox-protestantse dagbladen Reformatorisch Dagblad en Nederlands Dagblad wél eerst de feiten.)
Misinformatie en desinformatie
Daarna was het de beurt aan filosoof Floris van den Berg om Collard te interviewen. Van den Berg is in Vlaanderen wellicht bekend van zijn bijdragen voor de links-liberale denktank Liberales.
In dit gesprek kwam het verschil tussen misinformatie en desinformatie aan bod. Onware informatie kunnen mensen ook per ongeluk verspreiden zonder dat zij dit beseffen. Ze delen iets overhaasts, zonder de feiten eerst te controleren, of in een emotionele opwelling, of omdat ze degene van wie ze het zelf hoorden vertrouwen. Dit valt onder misinformatie.
Pas wanneer zij willens en wetens onwaarheden verspreiden, is het desinformatie. Het verschil zit hem in goede of kwade trouw.
Dan blijft het alleen lastig hoe het verschil juridisch te formuleren. Daarnaast kun je je afvragen of het wenselijk is dat autoriteiten voor de mensen beslissen wat wel en niet waar is. Ook al zijn de bedoelingen goed: wanneer slaat controleren op feiten om in censuur?
Collard waarschuwde gelovigen. Van religies kun je niet aantonen dat ze onwaar zijn, maar evenmin dat ze niet waar zijn. Indien je alles wat niet feitelijk bewezen kan worden verbiedt, dan is dat het einde van georganiseerde religie.
Atheïsme
Daarmee werd een verschil duidelijk tussen Collard en Van den Berg. De laatste noemt zich ‘filosoof en dus atheïst’.
De twee zijn naast vrienden ook bestuursleden bij vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte. Volgens hun webstek onderzoeken vrijdenkers de werkelijkheid door middel van rationeel denken, dus zonder dogmatische of ideologische vooroordelen. Om direct daaronder te schrijven: ‘Vrijdenkers verwerpen iedere godsvoorstelling, daarom is De Vrije Gedachte atheïstisch’. Waarom het bestaan van God bij voorbaat uitsluiten geen dogma is en het bestaan van God bij voorbaat aannemen niet, wordt niet uitgelegd.
Waar Collard nog erkende dat het bestaan van God evenmin weerlegd kan worden, noemde Van den Berg godsdienst ‘geïnstitutionaliseerde desinformatie, door de overheid gelegitimeerd’.
Bezorgdheid om overheidscensuur zou los moeten staan van leeftijd, geslacht, huidskleur en maatschappelijke of levensbeschouwelijke voorkeur. Door zo nadrukkelijk zijn eigen stokpaardjes te berijden, stimuleerde Van den Berg andersdenkenden niet om ter plekke een exemplaar van het boek te kopen.