Het bloed van mensen die zijn ingeënt met het Janssenvaccin kan een stuk slechter uit de voeten met de deltavariant van het coronavirus dan met andere varianten. Dit kan betekenen dat de 750 duizend Nederlanders die zijn ingeënt met het ‘één-prik-vaccin’ van Janssen een extra prik nodig hebben.
Omgeven met mitsen en maren is de nieuwe bevinding – net bekendgemaakt door New Yorkse onderzoekers – wel. Zo baseren de onderzoekers zich op proeven in een reageerbuisje, niet op waarnemingen bij echte, ingeënte mensen.
Toch vormen de cijfers een belangrijke aanwijzing dat mensen die het Janssenvaccin kregen veel slechter beschermd zijn tegen de nieuwere virusvarianten dan wie Pfizer of Moderna kreeg. De belofte van het Janssenvaccin was nu juist dat men aan één prik genoeg zou hebben.
De nieuwe ontdekking maakt andermaal gehakt van de tot voor kort gevoerde Nederlandse koers: inenten met Janssen, en daarna kan men meteen als ‘gevaccineerde’ het uitgaansleven in. Kort na vaccinatie is het bloed van met Janssen ingeënten amper in staat virussen te neutraliseren, blijkt uit de nieuwe cijfers. En tegen de deltavariant is het vaccin nog eens acht keer minder opgewassen.
Geen paniek
Geen paniek, voegt immunoloog Marjolein van Egmond (Amsterdam UMC) daar in één adem aan toe. ‘Het is natuurlijk belangrijk om dit in de gaten te houden’, vindt Van Egmond. ‘Maar de echte test is: zien of mensen die met Janssen gevaccineerd zijn, besmet raken. En daar is gewoon nog te weinig informatie over.’
Bovendien is wel vaccineren nog altijd beter dan niet vaccineren. Zo is er sterk bewijs dat het Janssenvaccin goed beschermt tegen ziekenhuisopname en overlijden. Van de Amerikanen die in het ziekenhuis belanden met corona of eraan overlijden, is momenteel meer dan 99 procent ongevaccineerd.
Opvallend zijn de uitkomsten wel. Eerder meldde een aan Janssens moederbedrijf Johnson & Johnson gelieerde onderzoeksgroep dat het vaccin in laboratoriumproeven juist prima en langdurig beschermt tegen de deltavariant. Het nieuwe onderzoek is het eerste degelijke onderzoek naar de zaak door onafhankelijke wetenschappers.
Zeven keer slechter
Voor hun studie vergeleken Nathaniel Landau van de Universiteit van New York en collega’s de bloedmonsters van tien mensen die waren gevaccineerd met Janssen, met het bloed van zeventien mensen die het vaccin van Pfizer of Moderna hadden gekregen. Tegen de deltavariant van het virus bleek de ‘Janssengroep’ zes tot zeven keer slechter te scoren dan de Pfizer- en Moderna-klanten.
Dat is ‘maar een momentopname’, benadrukt Van Egmond, na inzage in de cijfers: de kracht van het Janssenvaccin is nu juist dat de bescherming geleidelijk sterker wordt. Bovendien keek Landau maar naar één onderdeel van de afweer, en niet naar de T-cellen, de artillerie van het afweersysteem die voorkomt dat een infectie ontspoort.
Toch zou het ook kunnen betekenen dat de deltavariant zich makkelijker vestigt in de keel van iemand die is ingeënt met Janssen dan bij iemand met het Pfizervaccin. Een extra aanwijzing daarvoor vormt het vaccin van AstraZeneca, dat werkt volgens hetzelfde principe als dat van Janssen. Ook dat blijkt na één prik maar matig te beschermen tegen de deltavariant, volgens deze week gepubliceerde cijfers. Pas na een tweede prik schiet die bescherming weer omhoog.
Sluiproute
Veel wetenschappers voelden de bui al wel hangen. Zo wijzen diverse kleine studies bij dieren en mensen erop dat een extra prik met het Janssenvaccin de afweer wel degelijk belangrijk kan verbeteren.
In Nederland zijn de academische ziekenhuizen van Rotterdam, Groningen, Leiden en Amsterdam vorige maand dan ook begonnen met een proef waarbij men zorgmedewerkers na de Janssenprik een tweede dosis vaccin geeft, zowel Janssen als andere merken.
Net deze week maakten diverse Nederlandse ziekenhuizen bekend dat ze zich zorgen maken over de opmars van de deltavariant bij hun personeel. Het virus blijkt ook geregeld gevaccineerde te besmetten, die vervolgens extreem veel virus aanmaken, vaak zonder er veel van te merken.
Virologen zijn bang dat het virus zo een sluiproute heeft gevonden om zich te verspreiden: via mensen die zich veilig wanen, nauwelijks klachten hebben, maar intussen wel grote hoeveelheden virus uitwasemen.