Het grijze gevaar komt er aan. Uit cijfers van het CPB blijkt dat in de periode 2022-2025 het aantal werkenden afneemt (omdat iedereen met pensioen gaat) en dat dit schadelijk is voor de economie. Tijd voor een goed gesprek met hoogleraar Economie Sweder van Wijnbergen over de gevaren van de vergrijzing.
Jortcast #177: Het grote, grijze gevaar
“Langer doorwerken is eigenlijk de enige oplossing”, aldus professor Sweder van Wijnbergen. “Anders klapt de AOW in elkaar en hebben we niet voldoende arbeidskracht om de economie goed te laten draaien.”
Oorlog tegen jongeren
“Alleen de vakbond FNV gaat weer helemaal dwarsliggen op dat vlak”, zegt Van Wijnbergen. De vakbonden maken zich er juist hard voor dat mensen met zware beroepen niet langer door hoeven te werken en hun lobby heeft ertoe bijgedragen dat de AOW leeftijd weer even is bevroren.
“Zoals het FNV zich nu opstelt, dat zijn toch allemaal oudere blanke mannen die een soort oorlog voeren tegen jongeren”, stelt de professor. “En dat vind ik vrij onbegrijpelijk.”
“Ze doen alsof ze een heel inclusief systeem willen, waarin alle generaties aan bod komen”, werpt de presentator tegen. “Dat zegt Henk Krol ook altijd, dat ouderen ook voor hun kleinkinderen zorgen.” Maar dat doen ze helemaal niet volgens professor Van Wijnbergen. “De FNV pakt de jongeren aan twee kanten, ze zorgen dat er minder nieuwe banen komen door de ontslagkosten te verhogen en ze hollen de pensioenen uit. Nee, de FNV is echt een anti-jongerenclub.”
Het ABP is een goktent
Behalve de vakbond, krijgen ook de pensioenfondsen ervan langs. Doordat er steeds meer gepensioneerden komen, komen ook de pensioenen van jongeren in gevaar. De retoriek is dan dat er nu gekort moet worden om te zorgen dat jongeren ook nog een fatsoenlijk appeltje voor de dorst hebben. Tegenstanders van korten (lees: ouderen) willen met een rekenkundig trucje, namelijk het verhogen van de rekenrente, voorkomen dat er gekort wordt.
Professor Van Wijnbergen ziet dat toch anders. “Het ABP is een goktent. De tekorten bij het ABP ontstaan niet door de rekenrente maar omdat er jarenlang gegokt is. Bij het ABP zat een CFO, meneer Jean Frijns, die zei: ‘Ik weet welke kant de rente opgaat dus ik hoef dat risico niet af te dekken’.”
Frijns begrijpt ‘de aanval op zijn persoon’ niet, laat hij aan de redactie van dr Kelder en Co weten. Daarnaast vindt hij dat Van Wijnbergen oreert met kennis achteraf, in plaats van met de onzekerheid vóóraf. Hij pleit in zijn reactie voor een meer genuanceerd oordeel. Onderaan dit artikel vindt u zijn volledige reactie.
Reactie Jean Frijns
Jean Frijns kan zich niet vinden in de uitleg van Van Wijnbergen en begrijpt ‘de aanval richting zijn persoon’ niet, laat hij aan de redactie van dr Kelder en Co weten. Onderaan dit artikel vindt u de volledige reactie van de oud-CFO.
Blunders
Maar tegen de verwachting van Frijns in daalde de rente. “Nou en daardoor zit dat fonds nu in de problemen en moet er nu worden gekort”, zegt Van Wijnbergen. Maar dr. Kelder wil weten of Frijns ooit ter verantwoording is geroepen. “Als je in Nederland een fles wijn van 51 euro verkeerd declareert, kun je naar huis, maar als je 50 miljard verpest, is het kennelijk goed.”
“Als je echt alle blunders van het ABP optelt, zou je nog wel eens veel hoger uit kunnen komen”, zegt Van Wijnbergen. “Ze zijn wild gaan gokken bij het ABP met andermans geld en het is in hun gezicht opgeblazen. Die kortingen bij het ABP komen door wanbeleid.” Dr. Kelder vraagt zich af of het voer is voor een parlementaire enquete misschien. “Ik zou het daar volledig mee eens zijn”, besluit Van Wijnbergen.
Reactie Jean Frijns, oud-CFO van het ABP
Jean Frijns in een e-mail aan de redactie van dr Kelder en Co:
Van Wijnbergen haalt in zijn betoog uit naar ABP en naar mijn persoon. ABP heeft door het renterisico in de balans niet (volledig) af te dekken risico’s genomen die het fonds veel geld gekost hebben. De hoofdschuldige zou ik zijn die als CFO op basis van een rentevisie heeft gehandeld. Over het steekhoudend zijn van zijn uithaal naar ABP zo dadelijk meer. Laat ik beginnen met zaken recht te zetten waar het mijn persoon betreft.
Ik was tot 2005 directeur beleggingen van pensioenfonds ABP; in dat jaar heb ik afscheid genomen van ABP. In 2010 was ik voorzitter van een door Minister Donner ingestelde adviescommissie die het rapport: Pensioen, “Onzekere Zekerheid” uitbracht; daarin werd aangedrongen op strak risicomanagement juist omdat we de verre toekomst niet (kunnen) kennen. De verwijten van Wijnbergen in mijn richting zijn dus feitelijk onjuist en grievend.
Dan zijn verwijt richting ABP; van Wijnbergen oreert met de kennis achteraf in plaats van met de onzekerheid vooraf. Dat maakt nogal wat uit. Het is niet aan mij het beleid van ABP over de laatste 15 jaar te verdedigen. Toch wil ik drie argumenten noemen die op zijn minst pleiten voor een meer genuanceerd oordeel.
Het afdekken van het renterisico in de mate die van Wijnbergen kennelijk voor ogen staat vergt het afsluiten van vele tientallen miljarden aan zeer langlopende renteswaps. Een Vestia-achtige constructie maar dan nog vele malen groter. Laten we aannemen dat APB inderdaad voor Euro 100 miljard renteswaps afsluit met een looptijd van 20 jaar. Een rentestijging met 2%-punt betekent een verlies van 40 miljard Euro, te betalen door het pensioenfonds. Tegenover dit echte verlies staat onder het huidige waarderingskader een daling van de marktwaarde van de verplichtingen zodat de netto balanspositie ongewijzigd blijft. Als we abstraheren van dit toch enigszins kunstmatige balans effect (ook bij Vestia stond tegenover het verlies op de rente swaps een waardestijging van de woningen) incasseert het fonds een echt verlies. Renteswaps zijn op de keper beschouwd speculatieve posities die heel goed kunnen uitpakken maar ook heel slecht.
Bij een rentedaling met 2%-punt of meer, en dat is wat we hebben meegemaakt, incasseert het fonds een navenante winst. Die winst moet wel worden opgehoest door tegenpartijen; ABP heeft steeds aangegeven dat het vinden van voldoende grote en betrouwbare tegenpartijen die voor zulke grote bedragen en vooral voor zulke lange looptijden als tegenpartij willen optreden niet wel mogelijk is.
Vanuit het oogpunt van risicomanagement over een lange en onzekere toekomst is er een extra argument niet al te zwaar in te zetten op het afdekken van het volledige renterisico. De huidige lage rente past bij een lage inflatie. Over 10 of 20 jaar kan de wereld er heel anders uitzien en kunnen we leven in een wereld van hogere inflatie en rente. Door het beleid dat van Wijnbergen voorstaat leggen we de rente voor lange tijd vast op het huidige niveau. Ruimte voor inflatie compensatie zit er dan niet in. In feite steunt dit beleid op een heel specifieke visie, namelijk dat we geen noemenswaardige inflatie meer zullen meemaken niet alleen de komende 10 jaar maar de komende 30 jaar. De vraag is of het in het belang van de jongere deelnemers is als hun toekomstige rendementen grotendeels bevroren worden op het niveau van de huidige lage rente. De heer van Wijnbergen vindt kennelijk van wel. Over oogkleppen gesproken.
ABP wordt nogal eens vergeleken met pensioenfondsen die veel meer renterisico hebben afgedekt en er nu beter voorstaan, althans als we naar de balanspositie kijken. Dat is toch een beetje appels met peren vergelijken: een pensioenfonds met een oud deelnemersbestand kent een korte looptijd van de verplichtingen. Een rentedaling hakt er dan minder hard is dan bij een jong pensioenfonds. Voorts is rente-afdekking dan veel eenvoudiger.
Samenvattend: in het huidige financiële kader leidt het afdekken van rente risico tot een lager korte termijn balansrisico. Gelet op de lange termijn onzekerheid van rente en inflatie is enige terughoudendheid op zijn plaats bij het vrijwel volledig afdekken van dit risico. Dat geldt zeker voor fondsen met veel jonge deelnemers.
Jean Frijns
fotbollströja barn Mervin QuentinB Dortmund Tröja UDNThadd
Virgilio Mervin