Miljoenen ambtenaren, leraren en werknemers in de zorg dreigen minder pensioen te krijgen nu de dekkingsgraad van twee grote pensioenfondsen in augustus flink is gedaald. Het gaat om ambtenarenfonds ABP en het pensioenfonds voor Zorg en Welzijn (PFZW). De twee fondsen hebben samen bijna zes miljoen deelnemers.
ABP zag zijn dekkingsgraad dalen van 93,9 procent in juli tot 88,6 procent vorige maand. Bij PFZW kwam de dekkingsgraad in augustus vijf procentpunt lager uit op 89,8 procent. De dekkingsgraad geeft aan in hoeverre de fondsen in staat zijn om de pensioenen kunnen uitkeren. 95 procent wordt gezien als kritieke ondergrens, waarmee het korten op pensioenen nu echt onvermijdelijk lijkt.
ABP-bestuursvoorzitter Corien Wortmann vindt de huidige situatie niet meer uit te leggen. “Deelnemers zien dat er meer geld in kas is dan ooit tevoren, maar dat toch een verlaging van het pensioen dreigt.” PFZW gaat pas in december peilen of het fonds moet korten op de pensioenen. “Maar na de daling van de dekkingsgraad is de kans natuurlijk veel groter geworden,” aldus een woordvoerder.
De grootste klap is voor mensen die vlak voor hun pensioen zitten, waarschuwen de voormannen van twee van de grootste pensioenfondsen.
Drie maanden geleden dacht iedereen dat het gevaar voor kortingen op pensioenen was afgewend. Maar de dreiging is terug en groter dan ooit.
‘Enorme klap’
Ook metaalpensioenfonds PMT en zusterfonds PME, samen zo’n 2 miljoen deelnemers, hebben te maken met flinke dalingen. Daar ging de dekkingsgraad omlaag naar 92,6 procent. Zaterdag waarschuwde PMT-voorzitter Jos Brocken dat mensen in de metaalsector die bijna klaar zijn met werken volgend jaar tot 10 procent op hun pensioen kunnen worden gekort. “We hebben het niet over Zwitserlevenpensioenen. 10 procent eraf halen is een enorme klap voor de mensen”, zei hij toen.
Branchevereniging Pensioenfederatie gaf eerder aan dat kortingen van 8 procent niet ondenkbaar zijn als er geen oplossingen komen. Minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken zou met pensioenfondsen in gesprek gaan om dat voorkomen.
Beleggingen en ultralage rente
De dreigende korting komt door dalende koersten op de beurs. Hierdoor wordt de waarde van de beleggingen van pensioenfondsen omlaag getrokken. Daarnaast daalt de rente die door de Europese Centrale Bank (ECB) wordt vastgesteld. De zeer lage rentestand heeft veel invloed op Nederlandse pensioenfondsen.
Pensioenfondsen hoeven niet of minder te korten als de rente snel stijgt, maar de kans daarop is klein. Vrijdag verlaagde de ECB de rente juist nog verder. Dit tot onvrede van onder meer Nederland en Duitsland.
Voor gepensioneerden is de klap te verzachten. Het pensioenfonds mag de korting voor hen over tien jaar uitsmeren. Dat betekent dat het pensioen maandelijks met 6 of 7 euro zakt. Maar voor mensen die nog niet gepensioneerd zijn wordt de korting in één keer genomen. ,,Dat geldt dus ook voor iemand die een jaar voor zijn pensioen zit. Die ziet zijn pensioen in één klap 10 procent minder waard worden. Die zal langer moeten doorwerken om weer op het oude pensioen uit te komen’’, schetst Brocken het probleem.
Ook voor mensen met zware beroepen kan de korting hard aankomen. Zij willen juist eerder stoppen met werken. Maar ook voor hen geldt dat ze langer moeten doorwerken of genoegen moeten nemen met een kariger pensioen. En dat terwijl ze vaak toch al een klein pensioen hebben.
PFZW, het pensioenfonds voor de zorg, dreigt ook met een korting op de pensioenen te maken te krijgen. Hoe hoog die korting kan uitpakken durft PFZW-voorzitter Peter Borgdorff nog niet te voorspellen. Maar elke korting is problematisch, omdat ook bij PFZW de gemiddelde pensioenen rond de 600 euro liggen. ,,Een korting op het pensioen heeft al snel gevolgen voor de dagelijkse boodschappen’’, aldus Borgdorff.
Korting tegenhouden
De pensioenbestuurders zijn blij met de toezegging van Wouter Koolmees, de minister die verantwoordelijk is voor de pensioenen, dat hij met de sector wil kijken of ‘onnodige kortingen’ kunnen worden voorkomen. Beide bestuurders pleiten er voor om kortingen sowieso tegen te houden. Want financieel is er helemaal geen noodzaak om de pensioenen te verlagen.
,,In 2008 hadden we een vermogen van 87 miljard euro en konden we de pensioenen laten stijgen. Nu hebben we 235 miljard euro vermogen en moeten we korten’’, geeft Borgdorff aan. ,,De pensioenfondsen worden van de brug geduwd.’’
Strenge regels
We zitten op het grootste vermogen ooit, maar we kunnen het niet naar de mensen brengen
Een beeld dat Jos Brocken, bestuurder bij metaalpensioenfonds PMT, maar al te bekend voorkomt. ,,In 2008 hadden we 28 miljard euro aan vermogen. Nu is dat 86 miljard. We hebben 60 miljard euro toegevoegd de afgelopen tien jaar. We krijgen elk jaar 1 miljard euro meer aan premies binnen dan er aan pensioenen uitgaat. We zitten op het grootste vermogen ooit, maar we kunnen het niet naar de mensen brengen.’’
Een korting is onnodig meent Brocken. ,,Die kortingen moeten we doorvoeren vanwege de strenge regels van het huidige stelsel. Die regels dwingen ons om steeds meer vermogen aan te houden om de pensioenen nu en in de toekomst te kunnen blijven betalen.’’
De strenge regels horen bij het huidige pensioenstelsel. Maar in juni is een principe akkoord gesloten voor de overgang naar een nieuw stelsel. In dat nieuwe stelsel worden geen garanties meer gegeven voor de hoogte van de pensioenen. Dat betekent dat pensioenfondsen ook minder geld achter de hand hoeven te houden.
Nieuwe stelsel
Het probleem is dat het nieuwe stelsel er nog niet is. Maar dat kan wel snel geregeld worden als het aan Brocken ligt. Ook Borgdorff verwacht dat er snel een akkoord kan liggen over een nieuw stelsel. ,,Het is absurd om in deze overgangsperiode de oude regels te handhaven. Zeker als in het nieuwe stelsel de pensioenen niet gekort hoeven te worden’’, meent Brocken. ,,Bovendien tasten kortingen het vertrouwen in het nieuwe stelsel aan. Dat moeten we niet willen.’’
Hoe sneller er een akkoord ligt hoe eerder de dreigende kortingen van tafel kunnen. De bestuurders waarschuwen wel voor al te optimistische verwachtingen. ,,Ook in de toekomst kan er gekort worden op de pensioenen. De bedoeling is dat pensioenen sneller stijgen als het goed gaat, maar dat betekent ook sneller korten als het minder goed gaat. De gepensioneerden en de deelnemers voelen de economie in hun portemonnee. Nu gaat het al tien jaar goed met de economie, maar daar merken de gepensioneerden niets van. Dat moet veranderen’’, zegt Brocken.
Het zijn niet alleen de gepensioneerden die profiteren van de overgang naar een nieuw stelsel. ,,Jongeren betalen de rekening als we met het huidige stelsel blijven zitten. Hun premie gaat omhoog en ze bouwen minder pensioen op’’, waarschuwt Brocken.