Ze kennen elkaar niet, maar Kasja Ollongren en Bernhard van Oranje-Nassau hebben als leden van de hoofdstedelijke elite veel met elkaar gemeen. De eerste kan je de vleesgeworden hypocrisie van D66 noemen die minister van Binnenlandse Zaken speelt in Rutte III. Oftewel de minister die in het kabinet voor de ‘Gewone Nederlander’ vanuit haar Haagse trollenfabriek nepnieuws verspreidt over Russisch nepnieuws om de ‘sleepwet’ er doorheen te rommelen. Waarna ze het referendum, ooit kroonjuweel van haar partij, subiet zal afschaffen.
De tweede, Bernhard jr., maakt als huisjesmelker Amsterdam met een paar van zijn halve en hele corrupte maatjes zo goed als ontoegankelijk voor mensen met een gewone beurs. Beiden komen uit een adellijk geslacht en zouden zonder hun families nooit hun prestigieuze opleidingen hebben kunnen voltooien waarmee ze hun financiële en maatschappelijke positie konden bereiken. Hoe selfmade de prins zich ook doet voorkomen.
Beiden wonen in Amsterdam maar hebben geen idee van de noden van het volk. D66 toont met haar steun aan het neoliberale beleid al jaren niets meer te willen weten van haar komaf dat dan ook ten koste ging van de arbeids- en woningmarkt van de lage en midden inkomens – niet voor niets neemt de partij plaats in een kabinet dat vooral de belangen behartigt van multinationals.
En de prins, die niet geheel toevallig lijkt op een karikatuur van de onvergetelijke firma Multilul van Jiskefet, jaagt het volk het liefst vandaag nog de stad uit om eindelijk echt de ruimte te krijgen voor zijn beleggingen en de hoofdstad voorgoed te vormen naar het Londen van zijn geliefde grootkapitaal.
Wanneer je op de lokale Amsterdamse zender AT5 ziet dat een gribuszoldertje op de Albert Cuypstraat binnen drie dagen werd verkocht voor 200.000 euro en je vraagt je af hoe dat mogelijk is, moet je denken aan mensen als de prins van Oranje-Nassau. En bedenk dan ook dat hij uit een familie komt die financieel alleen het hoofd boven water kan houden door belastingen opgelegd aan het volk om de dure vastgoedhobby’s van de monarchie te kunnen bekostigen.
Wanneer je vervolgens leest over de prins in de rol van fraudeur die het niet zo nauw neemt met regels en zes of meer studenten op een Amsterdamse etagewoninkje propt met een huur van 2600 euro per maand, en jonge mensen extra uitknijpt met geniepige financiële trucs, dan radicaliseer je terstond en zou je de straat op willen stormen onder het uitroepen van de republiek.
Omdat dit gedoe van de geldjongens niet langer kan doorgaan, gaan maandag wethouders van elf studentensteden hulp vragen bij de minister van Binnenlandse Zaken om huisjesmelkers te bestrijden. In het geval van haar elitecollega zal Ollogren niet verder gaan dan de prins op zijn verantwoordelijkheid wijzen. Als ze ‘mans’ genoeg is en doorzoekt vindt ze vast ook wel wat om hem strafrechtelijk te vervolgen. Gerommel en geritsel is hem namelijk niet onbekend, hij heeft ervaring met het OM vanwege fraude met sociale premies, en is waarschijnlijk niet erg onder de indruk van de kritiek die nu in de Tweede Kamer is ontstaan. Tja, zo werkt de markt toch?
En Ollongren? Als wethouder van Economische Zaken en locoburgemeester in Amsterdam heeft zij hem jaren zijn gang laten gaan. In feite heeft de minister van Binnenlandse Zaken met haar D66-beleid de prins gestimuleerd om ‘haar geliefde Amsterdam’ zo goed als ontoegankelijk te maken voor de gewone Amsterdammer.