Eerste Vlaamse AI-popster: het echte gevaar komt van op robots gelijkende mensen
Het is niet de op een mens lijkende AI-popster Marcy Cortega waar we angst voor moeten hebben. Het echte gevaar komt van op robots lijkende mensen zoals haar ontwerper, Pieter Marnef, die muzikale kwaliteit ondergeschikt maken aan het grote geld.
Niemand zat erop te wachten, maar eindelijk is het zover. Marcy Cortega, de eerste Vlaamse AI-popster, heeft haar eerste album uitgebracht.
Sommigen zullen dit historisch moment van betekenisloze omvang presenteren als een overwinning van de technologische vooruitgang. In werkelijkheid is het slechts een teken aan de wand van de ondergang waar de cultuurindustrie ons toe leidt.
“Ik word hier heel bang van. Gaat mijn kind straks fan zijn van AI-artiesten en gaat dat normaal worden”, reageerde een collega van me toen ik het nieuws doorstuurde. Maar zou dat echt zoveel erger zijn dan de muziek die vandaag aan kinderen wordt opgedrongen?
Om dat concreet te maken. Pieter Marnef, de bedenker van Marcy Cortega, is ook de man achter het succes van #LikeMe. Dat kan onmogelijk toeval zijn en ik weet eerlijk gezegd niet wat nu zijn grootste misdaad tegen de muziek is.
Een markt voor
Wat Marcy Cortega produceert is uiteraard inspiratieloze kutmuziek, maar dat is het probleem niet. Het probleem is dat dit in onze door commercie vervlakte cultuur helemaal geen bezwaar hoeft te zijn.
Hier is ongetwijfeld een markt voor. De muziek die geen muziek is, kan prima dienst doen om mensen in fastfoodrestaurants op hun zenuwen te werken, zodat ze hun eten dat geen eten is nog sneller naar binnen werken.
Het probleem is daarbij niet dat we binnenkort AI-muziek niet meer van echte muziek gaan kunnen onderscheiden. Het probleem dat hiermee naar boven komt, is de pijnlijke vaststelling dat de commerciële rommel uit de hitparades die voor muziek moet doorgaan, nauwelijks nog van AI-muziek te onderscheiden is.
Omgekeerde belofte
Het gevaar is, zoals we eerder al opmerkte, niet dat robots steeds meer op mensen beginnen te lijken. Het gevaar is dat mensen steeds meer op robots beginnen te lijken.
Het gevaar is niet dat robots op mensen gaan lijken, maar dat mensen op robots gaan lijken
De belofte van de technologische vooruitgang was dat ze ons kon bevrijden van monotone arbeid zodat wij, mensen, de tijd zouden hebben om onze creativiteit tot uitdrukking te brengen. Dat leek me een prima deal.
Steeds meer lijkt het erop dat het omgekeerde gebeurt. Terwijl wij, mensen, aan schermen gekluisterd, klikkend en scrollend, tot slaaf worden gemaakt van onze apparaten, zijn het de robots die aan het schrijven, zingen en dansen slaan.
Wat je ermee doet
Al te vaak wordt discussie over Artificiële Intelligentie herleid tot een discussie tussen voor- en tegenstanders, believers en non-believers. Soms lijkt het wel alsof het debat over computers zelf ook computergestuurd is. Het is aan of uit, 0 of 1, vooruit of achteruit.
Het vergt nochtans geen diep inzicht om te beseffen dat je een mes zowel kan gebruiken om je boterhammen te smeren als om iemand mee dood te steken en er is geen reden waarom dat met meer complexe technologie anders zou zijn.
“Het is niet wat het is, het is wat je ermee doet”, dat weet zelfs een zanger als Bart Peeters die in al zijn menselijke middelmatigheid gewoon zelf zijn liedjes schrijft.
Doel en middel
In onze met efficiëntie geobsedeerde samenleving lijkt de discussie over wat nu eigenlijk het doel is waar zo efficiënt mogelijk naar moet worden gestreefd, echter steeds moeilijker te voeren.
In plaats van een eenvoudig ruilmiddel, is het verwerven van geld in onze samenleving verworden als doel op zich. In plaats van een doel op zich zijn onze arbeid en wat ze voortbrengt in deze maatschappij, verworden tot slechts een middel om geld te verwerven.
Als we vandaag schrik hebben dat robots ons zullen domineren in plaats van dat wij hen gebruiken om ons leven makkelijker te maken, dan komt dat gevaar niet voort uit de kracht van de technologie op zich. Het gevaar komt voort uit het feit dat het ontwerp en de aansturing van die krachtige technologieën ontsnappen aan democratische controle.
Hoe groter het geld, hoe meer de mens verarmt
Als we schrik hebben dat Artificiële Intelligentie zal zorgen voor een verdere vervlakking van onze cultuur, dan komt dat gevaar evenmin voort uit het feit dat technologische hulpmiddelen op zich creativiteit zouden doden. De schrik komt voort uit het feit dat die technologieën vandaag in de eerste plaats ontworpen en gehanteerd worden in functie van geldgewin.
Menselijke controle
Hoe groter het geld en de uiterlijke rijkdom, des te meer de mens innerlijk verarmt. Het grote geld herleidt elke verhouding tot een kwantitatieve verhouding. Moeten we dan verbaasd zijn dat de muziek die ze doet ontstaan van lage kwaliteit is?
Wat we nodig hebben, is niet meer of minder technologie. Wat we nodig hebben is een herwaardering van de mens. Waar het op aankomt, is dat we de technologie opnieuw onder menselijke controle brengen.
Als we uitgaan van de mens als mens, dan kunnen robots onze menselijke vermogens nooit vervangen. Het zijn niet de op mensen gelijkende robots zoals AI-popster Marcy Cortega waar we schrik van moeten hebben. Het echte gevaar komt van de op robots gelijkende mensen als Pieter Marnef die muzikale kwaliteit opofferen in functie van het grote geld.