Als het om het pensioen gaat zit de discussie muurvast. Onlangs verscheen een open brief van een aantal deskundigen aan de Tweede Kamer met een gloedvol betoog om de rekenrente te verhogen. Daar werd een aantal onmiskenbaar logische en ter zake doende argumenten voor aangevoerd.
Het belangrijkste argument was gebaseerd op een eenvoudige cashflowanalyse. Op dit moment komt er meer geld binnen aan premie dan er wordt uitbetaald aan pensioen. Afgezien van het rendement op de belegde middelen groeit het vermogen dus nog door. Er komt een moment waarop de cashflow negatief wordt en dan moet er geput worden uit het opgebouwde vermogen. Maar alleen als de scenario’s inktzwart zijn zal het vermogen worden uitgeput. We moeten er vanuit gaan dat er nog steeds rendement wordt gemaakt, zij het misschien niet zo hoog als in de hoogtijdagen van economische groei. Er is dus bij een cashflow analyse geen probleem.
Er wordt vaak verwezen naar Japan als ons voorland met een sterk vergrijsde bevolking die sinds enige jaren daalt. De rente is er al geruime tijd negatief en wat de overheid ook onderneemt aan stimulerende maatregelen, de economie groeit maar mondjesmaat. Maar het grootste pensioenfonds van Japan, GPIF (Government Pension Investment Fund[*]) , dat grotendeels in Japan zelf belegt, maakt sinds 2001 een netto rendement van 3% per jaar. Dat is weliswaar minder dan het netto rendement van het ABP sinds 2001 van 7,3%, maar aanzienlijk meer dan de rekenrente waarmee de verplichtingen van pensioenfondsen in Nederland contant gemaakt moeten worden. Voor de goede orde: het GPIF is het grootse en ABP het tweede grootste pensioenfonds ter wereld.
Als er wordt gekort bij de pensioenfondsen in de metaal, PME en PMT, dan zijn politici opgehouden met denken. Beide pensioenfondsen behoeven maar een bescheiden rendement van 1% te maken in de komende tientallen jaren om aan al hun nominale verplichtingen te kunnen voldoen. Korten is hier dus onnodig. Of met andere woorden: korten zou hier nodig zijn als we ervan overtuigd zijn dan PME en PMT met geen mogelijkheid een netto rendement van 1% kunnen realiseren.
Wanneer de prominente deskundigen beweren dat een rekenrente die hoger ligt en die ten dele recht doet aan de gerealiseerde en verwachte rendementen van pensioenfondsen de financiële gezondheid van pensioenfondsen beter weergeeft, staat er onmiddellijk een peloton andersdenkende deskundigen op. Zij spreken van ernstige benadeling van jongere generaties. Maar zij maken allen één grote denkfout. Zij spreken alleen en uitsluitend de waarheid als de rendementen van pensioenfondsen inderdaad voor de komende tientallen jaren op het niveau van de rekenrente zouden liggen. We mogen daar niet van uitgaan. Zeker niet als zo’n onwaarschijnlijke veronderstelling tot gevolg heeft dat een hele generatie gepensioneerden de koopkracht van hun aanvullend pensioen ziet dalen met meer dan een kwart.
Het lijkt wel of men in Den Haag is opgehouden met denken. Gewoon met het gezonde boerenverstand. Ons pensioenvermogen is zo groot dat het nooit zal opraken. Zelfs bij de meest negatieve scenario’s geeft een cashflowanalyse aan dat het Nederlandse pensioenvermogen blijft groeien. Zelfs voor de generaties die nog pensioen moeten gaan opbouwen zit er genoeg geld in de potten.