Minister-President Rutte heeft de Tweede Kamer verkeerd geïnformeerd over de omstreden verkoop van de Atlas Munnicks van Cleeff, een unieke verzameling van zo’n 1600 tekeningen uit de 17e en 18e eeuw van de stad Utrecht en omgeving. In 2016 heeft de premier tijdens een Kamerdebat gezegd dat de koninklijke familie de Atlas heeft verkocht “onder het beding” dat de Atlas niet aan een buitenlandse partij zal worden overgedaan. Uit onderzoek van ZEMBLA blijkt dat er slechts sprake is van een morele verplichting, die niet juridisch afdwingbaar is.
In ZEMBLA zegt John Fentener van Vlissingen, die de Atlas gekocht heeft van de Oranjes, dat het hem vrij staat de Atlas te verkopen. Ook zegt Rutte in het debat dat de Atlas, voordat die werd verkocht, eerst is aangeboden aan culturele instellingen in Utrecht. Uit navraag door ZEMBLA aan het Utrechts Archief, het Centraal Museum en de universiteitsbibliotheek van de Universiteit van Utrecht blijkt, dat zij nooit over de Atlas zijn benaderd.
De Atlas Munnicks van Cleeff behoorde tot de nalatenschap van prinses Juliana die in 2004 overleed. In 2012 is de Atlas door de koninklijke familie voor een onbekend bedrag onderhands verkocht aan Fentener van Vlissingen.
Eerder: Oranjes sluiten miljoenendeal met fiscus na overlijden Juliana
De koninklijke familie heeft na het overlijden van prinses Juliana, in 2004, een deal met de fiscus gesloten over haar nalatenschap. Gebruikmakend van een speciale regeling van de Successiewet heeft de familie een groot deel van de erfbelasting met kunstobjecten betaald. Volgens ambtenaren die betrokken waren bij de afhandeling van de nalatenschap heeft het Rijk in strijd met deze regeling gehandeld.
De regeling schrijft voor dat als het Rijk waardevolle kunstvoorwerpen uit nalatenschappen verwerft, die een museale toepassing krijgen. Maar uit onderzoek van ZEMBLA blijkt dat topstukken, waarmee de Oranjes hun erfbelasting hebben betaald, niet in een museum terecht zijn gekomen. Ze zijn daarentegen in de koninklijke paleizen gebleven. “Het is niet de bedoeling geweest. Dat er meubels ergens verborgen in het paleis kwamen te staan,” zegt kunsthistoricus Rudi Ekkart in ZEMBLA. Hij was betrokken bij de afhandeling van de nalatenschap van prinses Juliana.
ZEMBLA heeft de taxatierapporten van de nalatenschap van prinses Juliana in handen gekregen. Daaruit blijkt dat de prinsessen Irene, Margriet en Christina destijds in totaal ruim 8,8 miljoen euro van de erfbelasting hebben mogen aftrekken. De successieregeling geldt niet voor toenmalig koningin Beatrix, omdat bij wet is bepaald dat de vorst is vrijgesteld van het betalen van erfbelasting.
Het is een lucratieve regeling, want boven op de getaxeerde waarde krijgen de erfgenamen nog eens een bonus van twintig procent. In totaal mag zo 120 procent van de erfbelasting worden afgetrokken. Voor de Oranjes betekende de dat een bonus van 1,4 miljoen euro.
Lees meer en kijk de eerste beelden uit de uitzending op: https://www.bnnvara.nl/zembla
Penschilderij niet in museum
Een heikel punt in het successiedossier van prinses Juliana is, zo vertellen betrokkenen bij de afhandeling van de nalatenschap, het penschilderij van de 17-eeuwse schilder Willem van de Velde. Dat schilderij is het duurste door het Rijk verworven kunstobject uit de nalatenschap en destijds getaxeerd voor 2,5 miljoen euro. Het schilderij hangt in de Secretarie van het Paleis op de Dam, dat niet toegankelijk voor het publiek is.
Het was de expliciete wens van de commissie, dat dit schilderij door het Rijk verworven zou worden om het in een museum te plaatsen. In het taxatierapport staat bij het schilderij: ‘Voor dit schilderij geldt dat herplaatsing naar een museum noodzakelijk wordt geacht, anders wordt aanbevolen de Regeling voor dit schilderij niet toe te passen.’
Gedoeld wordt op de 120%-regeling, waarvan volgens Ekkart de essentie is dat objecten die op basis van deze regeling verworven worden, echt in een museum terecht komen. “Het was een uiterst belangrijk werk,” zegt Ekkart, “Het was ook een uiterst kostbaar werk. En daarom hoorde het in ieder geval een publieke functie te krijgen.”
In ZEMBLA noemt Evert Rodrigo, destijds Hoofd Collecties van het Instituut Collectie Nederland, het “storend” dat het schilderij niet in een museum is terechtgekomen.
Volgens Rodrigo is toenmalig minister Ronald Plasterk van OCW hiervoor verantwoordelijk. Hij zou koningin Beatrix destijds per brief hebben laten weten, dat het schilderij in het Paleis op de Dam mocht blijven hangen. Desgevraagd zegt Plasterk aan ZEMBLA hierover niks te kunnen vertellen, omdat hij zich moet “houden aan de grenzen van de ministeriële verantwoordelijkheid.”
ZEMBLA: ‘De kunst van de koning’, donderdag 19 december om 21:10 uur bij BNNVARA op NPO 2.