Als er politieke en publicitaire ophef ontstaat, en de zeeën hoog gaan, dan wil de inhoud nog weleens ondersneeuwen. Dan raken belangrijke feiten onderbelicht. De ophef is er, in de ‘Wilders-affaire’. Zeker na de onthullingen van RTL Nieuws over de krankzinnige, verreikende sturing door ambtenaren van Justitie en Veiligheid richting het Openbaar Ministerie (OM). In de strafzaak tegen een volksvertegenwoordiger, over het ‘minder-Marokkanen’-proces.
“Dit is echt een gotspe. Grapperhaus kan niet bewegen, omdat hij niet wíl bewegen”
Ik meen zeker te weten dat de huidige minister, CDA’er Ferd Grapperhaus, die ambtelijke bemoeienis onder zijn ambtsvoorganger Ivo Opstelten (VVD) alle perken te buiten vindt gaan. Hij zou dat natuurlijk nú, direct, moeten zeggen, maar kennelijk denkt hij dat hij dat niet kan zeggen, omdat de zaak onder de rechter is. Dit is echt een gotspe. Hij kan niet bewegen, omdat hij niet wíl bewegen: als hij toegeeft dat sprake is van onoorbare pogingen tot beïnvloeding, dan schaadt hij de procespositie van het OM in het hoger beroep. Dan vergroot hij het risico dat de hele zaak tegen Wilders strandt.
Catch-22 in optima forma: niemand kan ook maar één millimeter bewegen. Het OM niet, het ministerie van Justitie niet. Terwijl werkelijk álles aan dit proces begint te rafelen, en er steeds meer ongerechtigheid opduikt, gaat het dus gewoon door. OM en ministerie verschuilen zich achter de redenering dat er geen bewijs is dat Opstelten persoonlijk en vooraf druk uitoefende. Dat het OM via het ambtsbericht van het College van procureurs-generaal Opstelten op 10 september 2014 informeerde over een (voorgenomen) besluit om Wilders te vervolgen.
Explosief detail. 12 maart 2014 was volgens OM níet strafbaar. Werd gemeld aan Opstelten in ambtsbericht 10 september. En herhaald op 7 oktober – zie foto. Ambtenaren vreesden dat 19 maart zou stranden, als men de 12e niet zou aanpakken….
Waar sprak Opstelten 25/9 over met OM? pic.twitter.com/A19zUixvS4— pieter klein (@pieterkleinntr) September 9, 2019
Misschien is het goed om even in herinnering te brengen dat Wilders is vervolgd – en veroordeeld – wegens twee uitlatingen. Op een markt, in Den Haag, waar hij op 12 maart 2014 zei dat-ie een andere stad wilde met, ‘als het even kan, wat minder Marokkanen’. Een variant daarop volgde op de verkiezingsavond, op 19 maart 2014, waar zijn vraag ‘Wilt u minder Europa, minder PvdA en minder Marokkanen’ leidde tot het gescandeerde: ‘Minder, minder!’
“Een sepot lag voor de hand, maar men vreesde dat via een artikel 12-procedure alsnog vervolging zou worden afgedwongen.”
Wat weten we inmiddels, dankzij de procedure van RTL Nieuws op grond van de Wet openbaarheid bestuur? Dat het parket Den Haag tot de conclusie kwam dat de uitlating van 12 maart niet strafbaar was. Laat dit even op je inwerken. Dit staat in het nog vertrouwelijke ambtsbericht van 10 september 2014, van het college aan Opstelten. Een sepot lag dus voor de hand. Maar men vreesde dat via een artikel 12-procedure alsnog vervolging zou worden afgedwongen. Wat schrijft de voorzitter van het college aan Opstelten? “Een sepot lijkt niet aan te raden”, aldus het vertrouwelijke ambtsbericht.
Er is nóg een zeer vertrouwelijk ambtsbericht van het college aan de minister, te weten van 7 oktober 2014. Eén keer raden wat daarin werd herhaald. Dat het parket Den Haag ‘onvoldoende aanknopingspunten voor strafbaarheid zag’ voor de uitlatingen van 12 maart. Met andere woorden: juridisch was er geen grond voor een strafzaak. Uit de onthullingen van zondag weten we nu dat ambtenaren van het ministerie vonden dat Wilders wél voor die uitlatingen moest worden vervolgd. En dat op 16 september lieten weten aan het OM. Met als reden: als dit zou worden nagelaten, dan zou vervolging wegens de uitspraken op 19 maart weleens heel lastig worden. Het staat er letterlijk.
Het was in deze periode (16 sept 2014) dat ambtenaren Opstelten adviseerden Rutte in te lichten. En ambtelijk AZ.
Het OM besloot Wilders uiteindelijk voor beide zaken te vervolgen.
Morgen het belang hiervan maar even fileren in een column.#wilders #wordtvervolgd
— pieter klein (@pieterkleinntr) September 9, 2019
Voor degenen die denken dat de uitspraken op de verkiezingsavond van een totaal andere orde waren: de eigen experts van het OM dachten juist van niet. Ook dit komt pas ruim vijf jaar na dato boven tafel. Er is een advies van mei 2014, van de eigen officieren bij het Landelijk Expertisecentrum Discriminatie (LECD). Dat advies is ook geheim. Maar we weten nu al wel dat daarin wordt gezegd dat de retorische trucs van Wilders slechts als ‘licht versterkend’ worden gezien. En dat de uitspraken volgens het LECD ‘niet onnodig grievend’ zijn.
Dit klinkt als een saaie kwalificatie, maar is het niet. Sterker – het is een van de officiële criteria op grond van jurisprudentie van de Hoge Raad. Het OM moet hier grondig naar kijken, om een strafzaak te onderbouwen. Het is een objectivering. En wat doet het parket Den Haag? Die veegt het advies van de eigen experts van tafel.
Dit ligt allemaal op tafel in een overleg op 25 september 2014, met het ambtsbericht van 10 september erbij. U weet wel, dat overleg waarvan zogenaamd niemand wist dat het er was. Wie zaten daar? Ivo Opstelten, die zélf de instructie gaf: “Bespreken.” Herman Bolhaar, hoogste baas van het OM en een medewerker van het college. Een directeur-generaal van het ministerie. En een van de ambtenaren uit de e-mailcorrespondentie die we publiceerden. De ambtenaren die vonden dat het OM er keihard in moest gaan, tegen de ‘kwaadaardige’ en ‘racistische’ Wilders. Die vonden dat Wilders óók moest worden vervolgd voor 12 maart.
“Ik ben geen complotdenker, en misschien jaag ik hersenschimmen na, maar het lijkt mij onvoorstelbaar dat dit niet aan de orde is gekomen.”
Curieus is dat in de e-mailcorrespondentie voorafgaand aan dat topoverleg de kwestie van 12 maart niet wordt opgesomd als een van de vier punten die met het OM moet worden besproken. Het lijkt me persoonlijk uitgesloten dat dit niet staat in de ambtelijke nota aan Opstelten – die nog strikt geheim is. Ook de verdediging heeft dit stuk nog steeds niet. Is het voorstelbaar dat over zo’n cruciaal punt door Opstelten en Bolhaar níet is gesproken? Wel of niet vervolgen voor 12 maart, wel of geen sepot? Met alle mogelijke implicaties? Ik ben geen complotdenker, en misschien jaag ik hersenschimmen na, maar het lijkt mij onvoorstelbaar dat dit niet aan de orde is gekomen. Het is een kernpunt in de vervolgingstactiek.
Wat weten we ook over die periode? Dat ambtenaren rond de 16de september 2014 tegen Opstelten zeggen dat hij de premier moet informeren. Mark Rutte dus, zijn partijgenoot. Dat ambtenaren van het ministerie van Algemene Zaken moeten worden geïnformeerd. Dit blijkt uit stukken die ook nog geheim zijn. Terwijl er dus nog een discussie loopt over waarvoor Wilders eigenlijk vervolgd moet worden, en de eigen experts zeggen: niet doen… Daar kan geen enkel misverstand over bestaan, want op 7 oktober 2014 wordt Opstelten er fijntjes aan herinnerd in een tweede ambtsbericht van het college over – ook – de 12de maart: ‘onvoldoende aanknopingspunten’.
Het is maar een detail, maar wel een explosief detail. Eén keer raden waarvoor Geert Wilders uiteindelijk zal worden vervolgd én veroordeeld. Voor beide uitspraken.
Wordt vervolgd.
>
Weer meer vulling voor de gevestigde media. Zijn veel belangrijkere zaken gaande.