Officieel ligt de tabakslobby aan banden, maar via via weet de industrie overheden nog altijd uitstekend te vinden, constateren Lisette Cleyndert, directeur Vereniging Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, en Marcel Metze, hoofdredacteur van Onderzoeksredactie Tabak.
Nederland is sinds 2005 mede-ondertekenaar van de Framework Convention on Tobacco Control (FCTC). Dit antilobby-verdrag van de Wereldgezondheidsorganisatie vereist dat de overheid haar contacten met de tabaksindustrie beperkt tot strikt uitvoeringstechnische kwesties als vergunningen en accijnzen. Daarover moet de overheid dan maximale openheid betrachten, via publicatie in transparantieregisters.
In 2013 liet een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB) zien dat de tabakslobby nog altijd ruim baan had. Het ministerie van VWS kwam daarop in 2015 en 2016 met nadere richtlijnen voor alle overheden, ter ‘bescherming van het Nederlandse gezondheidsbeleid tegen commerciële belangen van de tabaksindustrie’.
Afgelopen jaar heeft Onderzoeksredactie Tabak – een project van de Vereniging Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde en onderzoeksjournalisten – de tabakslobby opnieuw onder de loep genomen. De richtlijnen van VWS bleken maar zeer beperkt effect te hebben gehad.
Een rommeltje
Het landelijke transparantieregister met tabakscontacten van de ministeries is een rommeltje en schiet tekort. Vooral het ministerie van financiën heeft veel contacten niet gemeld. Geen van de gemeenten waar tabaksbedrijven gevestigd zijn, heeft iets met de richtlijnen gedaan. Het meest pregnante voorbeeld was Bergen op Zoom, vestigingsplaats van een Philip Morris-fabriek. Diep op de gemeentelijke website vond Onderzoeksredactie Tabak vier documenten. Pas na twee WOB-verzoeken, acht maanden aandringen en een bezwaarprocedure kwamen nog eens 1365 (!) documenten boven tafel.
Het probleem: toezicht op de uitvoering van het antilobby-verdrag ontbreekt. Sancties zijn er niet. De WOB biedt maar beperkt soelaas. De industrie kan bezwaar maken tegen openbaarmaking van overheidscommunicatie als zij vindt dat sprake is van concurrentiegevoelige informatie.
Het gevolg: een industrie die haar eigen toezicht manipuleert en een overdaad aan zwartgelakte passages. Dat gebeurde in Bergen op Zoom, maar ook met documenten van de douane over contact met de industrie over nieuwe Europese tabaksregels.
Smokkelconferenties
De tabakslobby is intussen uiterst bekwaam geworden in het vinden van sluiproutes. Ze ontmoet politici niet langer in hun kantoren, maar op conferenties over smokkel of toekomstig leiderschap. Ze legt haar wensen over het accijnsbeleid niet langer neer in een brief aan de staatssecretaris, maar sluist die door naar het departement via een samenwerkingsverband met de douane ter bestrijding van smokkel.
De contacten tussen douane en tabaksindustrie zijn zo innig dat vertegenwoordigers van de industrie de agenda’s en verslagen van hun gezamenlijke bijeenkomsten mogen maken, en daar achteraf wijzigingen in mogen aanbrengen. Niemand in de Nederlandse overheid interesseert zich echt voor het antilobby-verdrag.
Toen Kamerlid Henk van Gerven (SP) staatssecretaris Blokhuis van VWS vroeg wie er verantwoordelijk is voor ‘controle op de naleving door gemeenten van de regels uit het WHO-Kaderverdrag’ (het FCTC), antwoordde die: de gemeenteraden. De publicaties van Onderzoeksredactie Tabak ten spijt, vond hij nader onderzoek niet nodig.
Het wordt tijd dat andere ondertekenende landen Nederland aanspreken. De Tweede Kamer kan aandringen op aanpassing van de WOB. Niet de tabaksindustrie, maar een onafhankelijke instantie moet beoordelen of documenten/passages zodanig bedrijfsgevoelige informatie bevatten dat ze geheim moeten blijven. Het beste toezicht blijft immers dat van de openbaarheid.
De Tabakslobby voor Dummies via tabaknee.nl
Hoeveel lobbyisten voor tabak lopen rond in Den Haag? En hoe lopen de hazen? Het antwoord is niet zo eenvoudig. Natuurlijk drinken lobbyisten van de tabaksindustrie een kop koffie in Nieuwspoort, maar veel van hen gaan gehuld in een camouflagepak. Er zit geen naamplaatje met ‘Ik ben van tabaksfirma Philip Morris’ op hun pochet. Er staat eerder ‘VNO-NCW’, ‘Centraal Bureau Levensmiddelenhandel’ of ‘Kleine Tabakswinkelier’ op geschreven.
TabakNee houdt al geruime tijd de feiten in de gaten en probeert u in korte tijd helemaal bij te praten. Er is sinds ons laatste overzicht veel gebeurd in de tabakswereld. Vandaar dat we hier een update plaatsen. Als er zich belangrijke ontwikkelingen voor doen, zullen we dat op deze plek vermelden. Hebben we iets of iemand gemist? Laat het ons weten!
Door de webredactie
In de Nederlandse tabaksindustrie zelf lopen twee grote jongens rond: Jan Hein Sträter (opvolger van de voormalige top-tabakslobbyist Willem Jan Roelofs) en Robert Wassenaar. De laatste is woordvoerder van Philip Morris Benelux, o.a. de producent van de Marlboro-sigaret. Sträter is spreekbuis van de drie andere grote tabaksfabrikanten die in Nederland actief zijn: British American Tobacco, Imperial Tobacco en Japan Tobacco International, die zijn verenigd in de Vereniging Nederlandse Sigaretten- en Kerftabakfabrikanten (VSK), op 1 januari 2017 opgericht door een fusie van de voormalige Stichting Sigarettenindustrie (SSI) met de Vereniging Nederlandse Kerftabakindustrie (VNK), waarvan Sträter directeur was. Dan is er ook nog de Nederlandse Vereniging voor de Sigarenindustrie (NVS), onder de bezielende leiding van Marcel Crijnen.
In dit overzichtsartikel zoomen we in op de lobby in Nederland. Natuurlijk is de tabakslobby in Brussel ook heel belangrijk, omdat veel anti-rookmaatregelen op Europees niveau worden genomen. TabakNee heeft geregeld over de Brusselse lobby gepubliceerd, zie bijvoorbeeld de Philip Morris-files waaruit bleek dat 226 Europarlementariërs het internationale anti-tabaksverdrag FCTC overtraden. Meer gedetailleerde informatie over de tabakslobby in de EU leest u hier.
Een snel overzicht? Hier vind u de organisaties en de mensen die voor de tabaksindustrie lobbyen.
Lobby via andere organisaties
Dat de tabaksindustrie sluipwegen bewandelt om het reclameverbod te omzeilen en haar producten toch aan de man te brengen, leest u hier (promotie van tabak via reclame voor vloeitjes) en (meer recent) hier (lobby via Facebook).
Laat een andere partij voor je lobbyen, is het devies. Deze stille diplomatie is des te belangrijker voor de tabaksindustrie omdat ze, als het goed is, geweerd wordt uit de ministeries. Dat moet op grond van het FCTC-verdrag, (lees hier de volledige verdragstekst in het Engels), het internationale tabaksontmoedigingsverdrag dat Nederland heeft ondertekend, waarmee ze belooft de industrie op afstand te houden bij het maken van wetgeving en beleid over tabak. Waarover later meer.
De tabaksindustrie moet het dus vooral hebben van organisaties die wél welkom zijn in Den Haag, om te beginnen de machtige werkgeversorganisatie VNO-NCW.
VNO-NCW
Werkgeversorganisatie VNO-NCW zet zich bijzonder in voor de tabaksindustrie, zoals o.a. in 2013 bleek uit een artikel in Vrij Nederland. De toenmalig algemeen directeur Niek Jan van Kesteren zei tabak te bespreken met de toenmalige staatssecretaris van Volksgezondheid Martin van Rijn, hoewel de staatssecretaris liet weten daar geen ‘actieve herinnering’ aan te hebben. Van Kesteren, zo bleek uit hetzelfde artikel, hield met enige regelmaat een speciaal spreekuur voor de tabaksfirma’s om de lobby te bespreken. Ook heeft hij de andere werkgeversorganisaties in de Europese Unie gemobiliseerd tegen de nieuwe antirookmaatregelen in Brussel. Samen met VNO-NCW lobbyen ook MKB-Nederland en Detailhandel Nederland voor tabak, zoals o.a. uit dit artikel blijkt.
Huidig VNO-NCW voorzitter Cees Oudshoorn nam de voorzittershamer op 1 juni 2016 over van Niek Jan van Kesteren. “Nederland heeft meer dynamiek nodig, we moeten risico’s durven nemen”, liet Oudshoorn kort na zijn aanstelling in De Financiële Telegraaf weten. En als we dat koppelen aan dit persbericht van VNO-NCW zelf: “Niek Jan van Kesteren blijft voor enige tijd als adviseur aan VNO-NCW en MKB-Nederland verbonden”, rijst de vraag of Oudshoorn sterk genoeg in zijn schoenen zal staan om geen gehoor te geven aan de roep van de tabaksindustrie. We vroegen Oudshoorn of hij afstand wil nemen van de standpunten over tabak van zijn voorganger. Er kwam geen antwoord. We mogen dus aannemen dat ook hij, net als Van Kesteren, positief staat tegenover de tabaksindustrie omdat die zoveel geld genereert voor stad en land.
Tenslotte heeft de tabaksindustrie zelf invloed op VNO-NCW. De eerder genoemde tabaksbobo’s Jan Hein Sträter van de VSK (sigaretten en shag) is bestuurslid, zo ook Marcel Crijnen (van de sigaren).
CBL & NSO
Het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) behartigt de collectieve belangen van de supermarktbranche en foodservice-bedrijven en lobbyt in die hoedanigheid op het ministerie van Volksgezondheid voor een belangrijk punt van de tabaksindustrie: zoveel mogelijk verkooppunten. De supermarkten hebben met succes geïnfiltreerd in de NSO, de brancheorganisatie van de tabaksdetailhandel. Het gevolg daarvan is dat de belangenbehartiger van de tabaksspeciaalzaak toch pleit voor verkoop van tabak door de supermarkten.
Voorzitter van de NSO is Jos Zuijdwijk, die de belangen van ‘de kleine tabakszaak’ ijverig promoot. Want anti-rookmaatregelen zijn slecht voor de omzet van de kleine tabakswinkelier! “Dat tabak een slecht product is en dat tabak op termijn de wereld uit gaat, wat mij betreft prima. Maar blijf met je fikken van mijn winkeliers af […]”, aldus Zuijdwijk in het tv-programma ‘Haagse Lobby’, 12 oktober 2017.
Tot woede van de NSO zijn de tabakswinkeliers niet meer welkom bij VWS, omdat de NSO wordt gezien als mogelijke tabakslobby-organisatie.
Supermarkten verdienen goed op tabak, terwijl een ruime meerderheid van de Nederlanders voorstander is van het beperken van de verkoop van tabaksartikelen tot alleen in tabaksspeciaalzaken, met als doel om het roken terug te dringen. Deze Nederlanders hoeven overigens geen medewerking te verwachten van marktleider Albert Heijn, zoals blijkt uit het profiel van AH-topman Wouter Kolk.
Gelukkig meldde supermarktgigant Lidl op 30 mei 2018 dat uiterlijk in 2022 al hun filialen tabaksvrij zullen zijn. Drogisterijen als Kruidvat en Trekpleister, die in 2014 nog niet zover waren, gaan dit ook doen, zo werd in januari 2018 bekendgemaakt.
KLM, een belangrijk boegbeeld in Nederland, ging eerder al tot actie over en stopt per 1 juli 2018 met de verkoop van sigaretten aan boord.
Tabaksspeciaalzaken met een pakket-afhaalpunt
In 2020 moeten de supermarkten hun tabakswaren afgedekt hebben, in 2022 volgen de tankstations, de tabaksautomaten worden verboden, maar er wordt een uitzondering gemaakt voor alle tabaksspeciaalzaken.
In tabaksspeciaalzaken die ook een zogenaamd ‘pakket-afhaalpunt’ zijn (waarover veel mensen, zoals moeders met kleine kinderen zich ernstig zorgen maken), moeten straks alle tabakswaren wél worden afgedekt. Dat heeft staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) op 11 januari 2018 besloten naar aanleiding van Kamervragen over het TabakNee artikel: Afhaalpunten pakketpost misbruikt door tabaksbranche.
Ondernemers die een post-en pakketpunt (en financiële dienstverlening) in hun winkel hebben, zoals tabakswinkels en supermarkten, worden vertegenwoordigd door de VVP, de vereniging van postale en bancaire retailers. De VVP beklemtoont onafhankelijk te zijn, maar het blijkt dat de NSO er een flinke vinger in de pap heeft. De secretaris van de NSO, Gert Koudijs is coördinator van de VVP. En de directeur Bureau Tabaksdetailhandel van het NSO, JanWillem Burgering, is een van de twee bestuurders van de VVP. De VVP en NSO gebruiken, net als een aantal andere tabakslobby-organisaties, dezelfde postbus 262 in Leidschendam.
BOVAG en andere organisaties
De lobby voor tabak vindt ook plaats via andere machtige of invloedrijke organisaties, zoals de bekende BOVAG, de brancheorganisatie van de naar eigen zeggen ruim 10.000 ondernemers die zich met mobiliteit bezighouden. Ook de VNPI (de Vereniging Nederlandse Petroleum Industrie die negen petroleumindustriemaatschappijen in Nederland vertegenwoordigt), de Nove (Nederlandse Organisatie Voor de Energiebranche) en de BETA, (de belangenvereniging voor tankstations), promoten tabak. Lees bijvoorbeeld dit verslag van de BETA-lobby bij de VVD.
In het Platform Verkooppunten Tabak lobbyen diverse organisaties samen voor tabak, te weten de NSO, CBL, VNPI, BETA, BOVAG en TZN. Bij dreigende tabaksaccijnsverhogingen sturen zij protestbrieven naar het ministerie.
Een relatief nieuwe lobby-ster aan het firmament is de (door de tabaksindustrie gefinancierde) Taskforce Naleving Leeftijdsgrens Tabak, met als voorzitter Gerard de Vries (ex-Philip Morris en ex-Lekkerland). Dit samenwerkingsverband van brancheverenigingen van tabaksverkopers is zeker (en misschien wel regelmatig) bij het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op bezoek geweest.
Front-organisaties
Aparte vermelding verdienen de front-organisaties van de tabaksindustrie. Dit zijn organisaties die indirect voor de belangen van de industrie opkomen, dikwijls geld en/of advies krijgen van de tabaksindustrie en een fijn aansprekend beeld vormen voor de media. Een zielige roker, horecabaas of tabakswinkelier roepen meer sympathie op dan een multinational.
Stichting Rokersbelangen van Ton Wurtz krijgt elk jaar geld van de tabaksindustrie om ‘de stem der rokers’ te vertolken. Wurtz (die zelf niet meer rookt) was ook een van de drijvende krachten achter de inmiddels opgeheven Stichting Red de Kleine Horeca Ondernemer – roken moet mogen in het kleine café om de hoek – waarvan al eerder bekend werd dat ervaren tabakslobbyisten deze actie hebben bedacht. Uit Red de Kleine Horeca Ondernemer is uiteindelijk Horecaclaim Nederland voortgekomen. Tenslotte is de Vereniging Natte Horeca Nederland opgezet waarvan dezelfde Ton Wurtz ook weer bestuurslid is.
In genoemde frontorganisaties duikt ook Wiel Maessen op. Maessen is actief in diverse internationale pro-rokersorganisaties. Toen TabakNee ter wereld kwam, richtte Maessen TabakJa.nl op, een website met onthullingen over gezondheidsorganisaties en hun belangen in de farmacie. TabakJa lijkt een dode website te zijn die er nog precies zo uitziet als toen hij vier jaar geleden werd opgericht.
De tabaksindustrie probeerde ook de studentengemeenschap voor haar karretje te spannen, maar daar stak de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) gelukkig een stokje voor: tabaksgigant JTI werd beboet omdat het met Nederlandse studentenverenigingen exclusieve verkoopafspraken had gemaakt voor hun eigen producten (zoals Camel-sigaretten). De NVWA richt zich in verder onderzoek ook op afspraken met festivals. Naar blijkt ‘regelden’ zowel JTI als concurrenten Phillip Morris en British American Tobacco dat hun sigaretten exclusief op bepaalde festivals verkocht werden. Festivalorganisaties ontvingen hier geld voor.
Een wel heel bijzondere ‘frontorganisatie’ is sinds enige tijd … de gemeenteraad (!), waarin mensen die banden hebben met de tabaksindustrie zich gewoon kandidaat kunnen stellen. Het meest recente voorbeeld is ‘tabaksadvocaat’ Hendrik Jan Biemond (van advocatenfirma Allen & Overy) die dankzij de PvdA sinds de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 in de Amsterdamse gemeenteraad zit. Tabakslobbyist Gert Koudijs, secretaris van tabakspusher NSO (de belangenorganisatie van kleine tabakswinkeliers), kreeg van zijn Amersfoortse PvdA-afdeling een mooie 4e plaats op de lijst (maar kwam door het resultaat van maar 2 zetels niet in de raad). Een tabakslobbyist in de gemeenteraad staat op gespannen voet met het door Nederland ondertekende internationale antitabaksverdrag FCTC, waarbij Nederland heeft beloofd om de tabaksindustrie geen invloed te geven op de totstandkoming van beleid bij tabakskwesties.
Lobby via de NEN
Acht van de tien zetels in de norm-commissie van het Nederlands normalisatie-instituut (NEN) die bepaalt op welke wijze teer, nicotine en koolmonoxide in sigaretten gemeten wordt, worden bezet door de tabaksindustrie. Trouw meldde op maandag 7 mei 2018 dat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA) hun zetel in die commissie opgaven, omdat ze het niet meer verantwoord vonden deel te nemen aan een commissie die door de tabaksindustrie wordt gedomineerd.
Onderzoeksbureaus: KPMG
De tabaksbranche heeft nog meer ijzers in het vuur. Omdat ambtenaren en politici doorgaans dol zijn op cijfers en statistieken, schakelen zij ook diverse onderzoeksbureaus in. De internationale accountants- en adviesorganisatie KPMG speelt hierin een sleutelrol, omdat zij elk jaar in opdracht van de vier grote tabaksfabrikanten voor de Europese Unie uitzoekt of de sigarettensmokkel toeneemt: Project Sun. Eerder was alleen Philip Morris opdrachtgever voor deze rapportage, onder de naam Project Star.
Smokkel is voor Big Tobacco een belangrijk argument om tegen overheden te gebruiken als die de accijnzen willen verhogen. KPMG gaat zover dat zij ondeugdelijke, want oncontroleerbare cijfers aanlevert. Lees hier meer informatie daarover. Van enige controle op die gegevens is echter geen sprake, zodat KPMG onbekommerd haar nep-nieuws kan blijven rondsturen, vaak met succes: er wordt door de media gretig naar verwezen.
Jolande Sap, voorheen fractievoorzitter in de Tweede Kamer bij GroenLinks, is nu commissaris bij KPMG. Sap kwam in opspraak omdat zij als KPMG-commissaris tot voorzitter is gekozen van de VWS-werkgroep tabakspreventie.
KPMG is overigens geen buitenbeentje: bijna alle internationale adviesbureaus – dus ook Ernst & Young, PriceWaterHouseCooper en Deloitte – werken graag voor Big Tobacco. En alsof KPMG, Ernst & Young, PWC en Deloitte nog niet respectabel genoeg zijn, wat te denken van Interpol, een internationale organisatie die zich notabene bezighoudt met het ondersteunen van politieorganisaties bij het voorkomen en bestrijden van criminaliteit, die in 2015 maar liefst 15 miljoen euro ontving van tabaksgigant Philip Morris.
Lobby via sponsoring van kunst
Ook in de kunstsector laat de tabakslobby van zich horen. Zo preek het logo van tabaksfirma JTI op de website van het Rijksmuseum, omdat zij dit museum sponsorde. Begin 2018 werd bekend dat het sponsorcontract met JTI sinds september 2017 niet meer is verlengd. Ondanks herhaalde verzoeken van TabakNee wil het Rijksmuseum niet vertellen waarom.
De sponsoring van musea is een bewuste strategie, bedoeld om “een goed gevoel onder de culturele elite te kweken”, aldus Robert N. Proctor in zijn boek Golden Holocaust. Proctor is wereldwijd de grootste autoriteit op het gebied van de geschiedenis van de tabaksindustrie.
Pensioenfonds ABP stopt met beleggingen in tabaksindustrie
In zekere zin is ook Nederland’s grootste pensioenfonds, het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP), een misschien onbedoelde lobby-machine geweest voor de belangen van de sigarettenindustrie. Het fonds bleef tot begin januari 2018 investeren in tabak, terwijl kleinere pensioenfondsen zich al van tabak hadden afgekeerd. Volgens APB bestuursvoorzitter Corien Wortmann-Kool, die wel tegen kinderarbeid en voor het milieu maar niet tegen roken is, ging het op de eerste plaats om “een zo groot mogelijk rendement” op de beleggingen. En daarin ging Eduard van Gelderen, destijds directeur van de beleggingsmaatschappij die de ABP-miljoenen belegt, graag mee, onbelast door een gedachte aan de wereldwijd miljoenen tabaksdoden elk jaar.
Het ABP verschool zich tot nu toe achter het feit dat de tabaksindustrie niet op de zwarte lijst van de Verenigde Naties (VN) stond, een overzicht van bedrijven die niet voldoen aan de principes van de VN. Per 15 oktober 2017 is daar verandering in gekomen en staat de tabaksindustrie op één lijst met bijvoorbeeld fabrikanten van clusterbommen.
ABP maakte begin januari 2018 bekend dat zij besloten heeft om tabak uit te sluiten als beleggingsbestemming. Men streeft ernaar om de beleggingen in deze producten voor in totaal 3,3 miljard euro binnen een jaar verkocht te hebben.
Ook de Stichting Pensioenfonds TNO heeft half maart 2018 aangekondigd niet meer te beleggen in de tabaksindustrie. Een van de thema’s voor het fonds is ‘Gezond leven’. Tabak met meer dan 6 miljoen dodelijke slachtoffers per jaar, past daar niet in.
Lobby door oud-politici
(Oud-)politici zijn bijzonder gewild als commissaris of als adviseur van een tabaksfirma, vooral omdat zij korte lijntjes met Den Haag hebben en een vaak fenomenaal netwerk. Op TabakNee (zie o.a. de rubriek De mensen achter de lobby) staat een uitgebreid overzicht. Wij lichten hieronder de meest markante gevallen uit.
De tabaksindustrie heeft twee belangrijke tabakslobbyisten in de Eerste Kamer: Elco Brinkman en Niek Jan van Kesteren. Brinkman is sinds 7 juni 2011 fractievoorzitter van het CDA in de Senaat. Hij was ooit minister van Volksgezondheid maar liep daarna Den Haag plat om als commissaris van Philip Morris voor tabak te pleiten. Van Kesteren, tot 1 juni 2016 algemeen directeur van VNO-NCW, is sinds 9 juni 2015 CDA-senator in de Eerste Kamer. En nu we het toch over het CDA hebben: toen Hans Hillen nog CDA-senator was, adviseerde hij tabaksfirma BAT maar als aanstaand minister van Defensie moffelde hij deze adviesklus op zijn CV weg.
Er zijn ook flink wat VVD-ers in touw voor de tabaksindustrie (geweest). Dat is logisch, een liberale partij als de VVD vindt roken een vrije keuze en is in de val van de industrie getrapt (die ervoor hebben gezorgd dat roken wordt geassocieerd met vrijheid). Huidig VNO-NCW voorzitter Cees Oudshoorn, is ook VVD-lid. Wat verder terug in de tijd duikt oud-VVD-commissaris van de Koningin en oud-VVD-partijvoorzitter Jan Kamminga op, die – zonder daar verder veel ruchtbaarheid aan te geven – tot 1 januari 2015 commissaris was bij Philip Morris. VVD-er Ferry Houterman ging hem daarin voor. De inmiddels demissionair VVD-minister van Volksgezondheid Edith Schippers, afkomstig van VNO-NCW, ging bij haar aantreden als minister voortvarend te werk en draaide allerlei eerder ingevoerde anti-rookmaatregelen terug.
Ten slotte combineert VVD-tabakswoordvoerder Erik Ziengs zijn kamerlidmaatschap met een bestuurlijke rol in de Raad van Toezicht van het internationaal perscentrum Nieuwspoort, ook een belangrijke netwerk-sociëteit.
Hoogleraren in de lobby
Ook hoogleraren laten zich inhuren door de tabaksindustrie. Zoals Irene Asscher-Vonk, de moeder van PvdA-coryfee Lodewijk Asscher, die al vele jaren voor Philip Morris werkt als commissaris. In het kader van Wereld Niet Roken Dag 2018 werd Asscher opgeroepen haar tabaksfunctie, intussen al bijna elf jaar, te beëindigen. Dat gebeurde via een open brief van longartsen Wanda de Kanter en Pauline Dekker.
Politicoloog en professor Rinus van Schendelen, de nationale lobbyprofessor, laat zich ook door de tabaksindustrie inhuren als adviseur en betaalt daar zelfs zijn onderzoeken mee. Van hem komt de verbijsterende uitspraak dat tabak ‘een vermeende risicofactor’ voor ernstige ziektes is. Zo ver gaat zelfs de tabaksindustrie niet meer.
Rechtszaak tegen de Nederlandse Staat
Omdat de Nederlandse overheid toch de tabaksindustrie bij haar beleid betrekt, heeft de Stichting Rookpreventie Jeugd op 8 september 2014 de Nederlandse Staat gedagvaard: Nederland overschrijdt het door haar zelf ondertekende internationale antirookverdrag FCTC. Al werd de vordering uiteindelijk door de rechter afgewezen, er is toch grote vooruitgang geboekt: de omgang van de overheid met de tabaksindustrie is concreet aan banden gelegd.
Onder invloed van deze rechtszaak stuurde de regering de nota ‘Verduidelijking invulling artikel 5.3 WHO-Kaderverdrag‘ aan de Eerste en Tweede Kamer, met daarin regels voor de overheid over de omgang met de tabaksindustrie. Ook stuurde inmiddels demissionair staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid) een brief naar alle gemeenten en provincies met een waarschuwing: u mag niet samenwerken met de tabaksindustrie. Dat dit zijn vruchten afwerpt blijkt bijvoorbeeld in Groningen, waar in augustus 2017 bekend werd gemaakt dat shagfabrikant Niemeyer BV (onderdeel van British American Tobacco) niet langer welkom is als mede-sponsor van de provincie-promotiecampagne. Ook moeten de ministeries sinds 7 maart 2016 de brieven en andere documenten uit contacten met de tabaksindustrie online zetten. Dit gebeurt nog onvoldoende, zo stelde TabakNee in dit artikel vast.
Rechtszaak tegen de tabaksindustrie
In september 2016 startte een andere spraakmakende juridische procedure, geen civiele- maar een strafzaak tegen de tabaksindustrie zelf. Initiatiefneemster en longkanker-patiënte Annemarie van Veen, ex-rookster en moeder van vier kinderen, deed aangifte tegen de tabaksindustrie “vanwege het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel”. Deze rechtszaak – gesteund door huisartsen en medisch specialisten en KWF Kankerbestrijding – krijgt net als destijds de civiele zaak tegen de Nederlandse overheid, internationaal veel aandacht.
Uniek is ook dat strafrechtadvocate Bénédicte Ficq intussen namens een hele trits organisaties en rechtspersonen aangifte deed én dat dit aantal blijft groeien.
Het Openbaar Ministerie heeft op 22 februari 2018 bekend gemaakt de tabaksindustrie niet te zullen vervolgen. Men beredeneerde die beslissing door te stellen dat rokers een ‘vrije wil’ hebben en dus zelf kiezen voor de sigaret. In een reactie op de uitspraak van het OM stelde Ficq al direct: “De tabaksindustrie is al dertig jaar bezig met het framen van het idee dat mensen zelf kiezen om te gaan roken en te blijven roken. Het OM heeft deze gedachte volledig gevolgd. Ten onrechte, want het is niet je eigen keuze.” De aangevers reageerden strijdvaardig en proberen via een artikel 12 procedure bij het gerechtshof het OM alsnog tot vervolging te dwingen. Dat er een grote maatschappelijke beweging is ontstaan tegen tabaksgebruik is intussen al winst!
En die beweging heeft duidelijke standpunten, zo blijkt uit een recente peiling van Maurice de Hond: een meerderheid van de Nederlandse bevolking is voorstander van genoemde rechtsvervolging van de tabaksindustrie. In april 2018 maakte De Hond de uitkomst van nog een andere belangrijke peiling bekend: een ruime meerderheid van onze bevolking wil forse politieke maatregelen om het roken terug te dringen, zoals accijnsverhoging en de eerder genoemde beperking van tabaksverkoop tot speciaalzaken.
Heatstick
Ondanks alle activiteiten van de gezondheidslobby gaat de tabaksindustrie verder met leugens en bedrog. Zo bracht Philip Morris in het voorjaar van 2017 een nieuwe sigaret op de markt: IQOS/HEETS, in de volksmond heatstick, een zogenoemd rookloos tabaksproduct. De tabaksfabrikant claimt dat deze sigaret, waarbij tabak niet verbrand wordt maar verhit, veel minder schadelijk zou zijn. Maar volgens recent onderzoek bevat deze wel degelijk kankerverwekkende stoffen (dus toch een ziekmakend en misleidend product).
Aanvoerder van de lobby in Nederland voor de heatstick is Robert Wassenaar. Bij de introductie van dit nieuwe product ging Wassenaar in debat met Pauline Dekker (Stichting Rookpreventie Jeugd) bij Nieuwsuur. Wassenaar sprak zich uit tegen jeugdroken (“Het is bijzonder belangrijk kinderen ervan te weerhouden iets te roken dat verslavend is en ziektes kan veroorzaken”), maar kon de indruk niet wegnemen dat Phillip Morris er alles aan gelegen is om het roken in stand te houden (Bekijk hier het hele debat).
Op 2 oktober 2017, aan de vooravond van de jaarlijkse campagne ‘Stoptober’, tijdens een debat met Wanda de Kanter in het BNN-VARA programma Kassa, probeerde Wassenaar de zaak zelfs om te draaien door te beweren dat zij “de traditionele sigaret in bescherming neemt” (Bekijk hier het hele debat).
Naast Wassenaar is historicus Peter van den Diest spreekbuis en promotor van de heatstick. Deze historicus wil nogal eens vreemde uitspraken doen. Bijvoorbeeld deze: als tabaksfabrikant Philip Morris vandaag zou stoppen met de productie van sigaretten, “dan komt dat de volksgezondheid absoluut niet ten goede”. Want, legde hij desgevraagd uit, dan duikt de concurrentie in dat gat. In dezelfde context verschijnt ook oud-VWS topambtenaar en diplomaat Jos Draijer ten tonele, die zich als heatstick-lobbyist sinds september 2016 door Philip Morris laat inhuren, nadat hij eerder namens het ministerie van VWS had meegewerkt aan de uitvoering van het internationale anti-rookverdrag FCTC.
Bij het promoten van de IQOS is ook Rudi van Kleeff betrokken, binnen Philip Morris Benelux is hij ‘Director Sales & Reduced Risk Products’ voor Nederland.
Meer achtergrondinformatie? Bekijk hier de film ‘De Vervangers’, gemaakt in opdracht van de Stichting Rookpreventie Jeugd over de ‘nieuwe, jonge rokers’ die de tabaksindustrie nodig heeft om te overleven (omdat de helft van de gebruikers van hun producten vroegtijdig komt te overlijden).