De door de Europese Commissie leidt tot een door Brussel geregeerde planeconomie, met daarbij behorende overheidsregulering, zonder enige publieke inspraak of steun, waarbij vooral de financiële elite en de multinationals de winnaars zijn. Het gaat helemaal niet om het klimaat…. maar – zoals zo vaak – juist om geld en macht!
We lazen een paar dagen geleden op de site van AGF o.m. het volgende:
De bio-economische strategie van de EU werd acht jaar geleden geïntroduceerd om Europa minder afhankelijk van olie te maken.
De Europese Commissie en EU-partners willen het concept van bio-economie gebruiken als middel om politieke prioriteiten te implementeren die ten grondslag liggen aan het nieuwe landbouwbeleid van de EU, zo bericht het netwerk EURACTIV.com, dat zich bezighoudt met circulaire economie.
Onlangs nog zei Janusz Wojciechowski, EU-commissaris voor de Landbouw, tijdens een bijeenkomst in Zagreb, dat de bio-economie een geweldig kans biedt om de Europese landbouwsector een sleutelrol te laten vervullen in het slagen van het Green Deal van de EU.
…
Bio-economie maakt ook expliciet onderdeel uit van de negen doelstellingen van de EU. Door middel van strategische plannen op landelijk niveau, die zijn opgenomen in een voorstel voor een nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid (CAP) binnen de EU, zullen alle lidstaten hun plannen moeten omschrijven voor het verwezenlijken van deze negen doelstellingen, waaronder de bevordering van de bio-economie door gebruik te maken van de middelen die CAP hiertoe biedt.
Op dat nieuw gemeenschappelijk landbouwbeleid binnen de EU (CAP – Common Agricultural Policy) valt heel wat aan te merken. Volgens onderzoekers heeft het Europese landbouwbeleid het potentieel om minstens negen van de zeventien voorgestelde duurzame ontwikkelingsdoelstellingen ten goede te komen, maar draagt het plan in zijn huidige vorm amper bij tot duurzame landbouw, bescherming van de biodiversiteit en de strijd tegen de klimaatverandering (mocht je als een gekke Don Quichotte dat van plan zijn).
Onderzoekers hebben kritiek op de plannen om een aantal CAP-instrumenten te behouden die erg controversieel zijn. Een belangrijk voorbeeld daarvan zijn de “Directe Betalingen” onder zogenaamde “Pijler 1” van het CAP-beleid: ongeveer 40 miljard euro wordt uitgekeerd aan boeren op basis van de oppervlakte die ze bewerken. Het gevolg is dat bijna een derde van dit budget naar grote landbouwmultinationals gaat (zij vertegenwoordigen slechts 1,8% van alle boeren die recht hebben op deze subsidie). De universiteit van Göttingen weet te vertellen dat deze compensatiebetalingen, ooit in 1992 ingevoerd als tijdelijke oplossing, geen wetenschappelijke onderbouwing hebben. Zo ongeveer hetzelfde dus als de “strijd tegen het klimaat” of de “strijd tegen CO2”.
Geld lijkt er genoeg te zijn voor het verwezenlijken van EU-politieke ambities op het agrarische vlak. De Europese pot voor landbouwsubsidie kent een omvang van 60 miljard euro, waarvan ongeveer 700 miljoen euro terechtkomt bij Nederlandse boeren. Gemiddeld betaalt iedere inwoner van de EU jaarlijks 114 euro aan het CAP.
Maar, zoals we in het begin lazen, met o.d. bio-economie wil Brussel dus het klimaat en het milieu redden en de economie laten groeien. Bio-economie omvat economie met hernieuwbare grondstoffen in plaats van fossiele.
Daar in Brussel denken ze ons continent in 2050 klimaatneutraal te krijgen, en daarvoor vindt men een dergelijke herstructurering van de grondstoffenbasis essentieel. De kernvraag is natuurlijk wat wordt geconverteerd en hoe. Daarvoor zijn een aantal strategieën ontwikkeld, waaronder het toepassen van nieuwe genetische manipulatieprocessen (die dan vanzelfsprekend moeten worden uitgesloten van de EU-wetgeving inzake genetische manipulatie).
Omdat er nog politici zijn die dit verwerpen, is men druk bezig hierover talloze compromissen te vinden qua formulering. We praten dan over zaken als “technologie-open fokonderzoek” of “moderne moleculair biologische benaderingen”. De eigenschappen van industrieel gebruikte micro-organismen, zoals bacteriën, schimmels en microalgen, kunnen door synthetische biologiemethodeng op specifieke productieomstandigheden worden aangepast .
Wat het wettelijk kader betreft, zal een uitwisseling met een breed scala van actoren (lees: lobbyisten) “analyseren of de marktintroductie van innovatieve biogebaseerde oplossingen wordt belemmerd door wettelijke beperkingen”. Inderdaad, Frankenstein komt gewoon door de achterdeur naar binnen.
In haar Green Deal houdt de Europese Commissie ook de weg open voor het gebruik van controversiële technieken door die niet expliciet te benoemen als vorm van genetische modificatie. In juli 2018 heeft het Europese Hof voor Justitie uitgesproken dat planten die met deze techniek zijn geteeld wel als GM (genetische gemodificeerd) moeten worden aangemerkt en dat ze niet mogen worden verhandeld in de EU. Het goochelen met taal in de Green Deal leidt ertoe dat het dan niet meer onder de wetgeving voor etikettering en consumentenbescherming valt – wat de bijl aan de wortels van het voorzorgsprincipe is.
Een verhaal apart binnen die hele Green Deal is de CO2-hoax. De Europese Commissie heeft in haar rapport bepalingen opgenomen voor extra heffingen op de import van producten met een grote klimaatvoetafdruk – een maatregel die bedoeld is om de afzet van Europese bedrijven te beschermen die minder vervuilend zijn maar wel duurder produceren.
Maar dit werkt niet zolang de EU niet eerst de “gratis toewijzing” onder het Emission Trading System afschaft. Bedrijven kunnen per veiling rechten opkopen om meer broeikasgassen uit te stoten dan wat maximaal is toegestaan (de eerder door ons besproken “handel in lucht”). In sommige gevallen krijgen ze zelfs gratis rechten toegewezen. Dit dient vooral de belangen van vervuilende bedrijven ten koste van het klimaat. De industrie wordt door Brussel dubbel beschermd en is er geen enkele stimulans om de eigen CO2-uitstoot terug te dringen. Maar wel de burger aanspreken op zijn gedrag CO2 te verminderen!
Overigens: door de gratis toewijzing van uitstootrechten kan de industrie ruim 90% van de CO2 zonder kosten lozen. De gratis toewijzing leverde de zware industrie tussen 2008 en 2015 een “douceurtje” op van 25 miljard euro! De jaarlijkse CO2-uitstoot door de zware industrie is sinds 2012 ongewijzigd en het zit er niet in dat een daling per 2030 reëel is.
Bij dat hele grote klimaatplan zien we het al aankomen dat de besluitvorming over wijzigingen buiten de parlementen om gaat, zoals dat ook bij het handels- en investeringsverdrag CETA gaat gebeuren. U als burger heeft niets in te brengen – of gaat u ons vertellen dat dat vele miljardenverslindende groene project (en de vèrgaande financiële gevolgen voor u) van die “volksvertegenwoordigers” in Den Haag aan u als kiezer is voorgelegd?
Misschien kunt u zich nog herinneren dat de 25e Wereldconferentie over klimaatverandering (COP25), die in de eerste helft van december in Madrid plaatsvond, geen resultaat heeft opgeleverd. Sindsdien is er zoals verwacht weinig of niets veranderd met betrekking tot een wereldwijd akkoord over klimaatbescherming; ontbrak de kracht om de reeds bestaande overeenkomsten verder te ontwikkelen, werd een slotverklaring gepresenteerd die meer lijkt op een inlegvelletje met goede bedoelingen tussen de aanwezige staten dan een ontwerp dat zich echt concentreert op zorgen over de huidige klimaatgekkies-crisis.
Wel wijzen de punten van de slotverklaring van de COP25 op een beoogde grotere inspanning van de staten in de strijd tegen de klimaatverandering, een grotere rol van de wetenschap bij de besluitvorming, een meer alomvattend politiek begrip bij het milieu (financiën, industrie, transport, energie-industrie, Landbouw), met nadruk op het belang van de oceanen voor het klimaat, grotere participatie van vrouwen in de besluitvorming, de oprichting van een groen fonds voor de toewijzing aan landen die bijzonder worden getroffen door klimaatverandering, betere regulering van de kolenmarkten, meer multilateralisme, betere banen en meer ruimte voor niet-gouvernementele organisaties (NGO’s).
Een leuke slotverklaring, die vooral gunstig uitpakt voor de elite, de banken, NGO’s, en politici – met hun bijbehorende belangen. Ongunstig is het voor dr burgers in de EU: daar komen de rekeningen voor dit “schuiven met bedragen” te liggen. Het is een absoluut vrijwillige en diffuse eindverklaring binnen een neoliberaal kader dat zich richt op de goede intenties van elke staat om de huidigecrisis het hoofd te bieden en niet in staat is minimumnormen op te leggen aan ’s werelds grootste vervuilers – wat erop neerkomt dat de grote ondernemingen absolute controle over gemeenschappelijke goederen krijgen en daarmee de mogelijkheid wordt geboden om bepaalde wereldwijde minimumvoorschriften te handhaven.
Ondanks dat trieste spektakel en parallel aan de slotverklaring, presenteerde de dubieuze voorzitter van de Europese Unie, Ursula von der Leyen, de zogenaamde Europese Green Deal in Brussel. Over het algemeen voert het het plan uit om van Europa (zoas we al vertelden) tegen het jaar 2050 het eerste CO2-neutrale continent ter wereld te maken. Dat betekent dat de Europese energiemix tegen dat jaar volledig CO2-vrij moet zijn door middel van verschillende maatregelen die geleidelijk moeten worden geïmplementeerd.
Officieel het het dat wordt voorgesteld bepaalde bronnen van hernieuwbare energie op een gecoördineerde manier te promoten, circulaire economieën en energie-efficiënte gebouwen te creëren, water- en luchtvervuiling te voorkómen, de biodiversiteit te behouden, gezondere diëten en effectievere en duurzamere transportmiddelen te ontwikkelen. Dat moet dan leiden tot wat klimaatneutraliteit wordt genoemd.
Het voor de hand liggende probleem met al deze maatregelen van de Green Deal, zelfs als ze veel specifieker zijn in vergelijking met de voorstellen van de mislukte COP25, is dat de idioten in Brussel na 500 jaar koloniale geschiedenis in Europa nog steeds denken dat ze superieur zijn aan de rest van de wereld. Het idee van klimaatneutraliteit bekommert zich niet alleen niet om de historische gevolgen die zijn geïndustrialiseerde economieën de afgelopen 200 jaar hebben achtergelaten in termen van de ecologische voetafdruk, maar ook niet om de vele bedrijven die momenteel grondstoffen ontginnen. Met deze Europese Groene Deal zal het geïndustrialiseerde Westen het zuidelijk halfrond van de aarde blijven vervuilen en leegplunderen…. door hun megacorporaties van o.a. energie, mijnbouw, agro-industrie en niet te vergeten de financiële sector natuurlijk.
Dit pact vergeet voor het gemak ook de historische klimaatschuld van landen als Engeland, Duitsland of Frankrijk tegenover de rest van de wereld, en stelt nooit het absurde idee van oneindige economische groei op een planeet met beperkte middelen ter discussie. Met andere woorden, zelfs als al deze maatregelen zich vermommen als groen, blijven ze uiteindelijk onderdeel van een kapitalistisch project, ook omdat ze niets zeggen over aspecten zoals groeivertraging of ecofeminisme. Gezien zijn economische zwakte ten opzichte van China wil Europa een nieuw ecologisch racisme lanceren om de armere landen te kunnen blijven plunderen.
De EU zegt de uitstoot van CO2 (en andere schadelijke stoffen) bij productie en transport te willen verminderen, maar tegelijkertijd moedigt Brussel aan de handelsgerichte productie (en vervuiling) elders te laten verrichten en de toename van goederentransport over de oceanen aan te moedigen (hout en schaliegas uit de VS). Met alle gevolgen van dien: méér uitstoot, méér ontbossing en de daarmee gepaard gaande sociale ontwrichting. In Brussel liggen ze er niet wakker van.
En ook worden eerder normen gewoon los gelaten: waar voorheen werd gesproken over een 50% afname van het pesticidegebruik in 2030 en over nieuwe reductiedoelen voor kunstmest, spreekt men nu over ¨een aanzienlijk reductie¨ van pesticiden en kunstmest. Met dat kankerverwekkende glyfosaat van de gifmengers van Bayer/Monsanto blijven we gewoon opgescheept…..
We zijn getuige van een nieuw proces van uitsluiting dat wordt aangestuurd door de financiële elites van Europa, mensen die ècht niet geïnteresseerd zijn in de planeet, maar vooral in het gebruik van het milieu als louter ideologisch instrument om andere werelden te bouwen die ze zelf historisch hebben uitgebuit en geplunderd.
In de strijd tegen de burgers heeft de elite lelijke troefkaarten: NAVO-agressie, wereldwijde bewapening, een opkomende beurscrash, geboorte-explosie, migratie-ellende, dommer wordende mensen, spirituele verwaarlozing en nog veel meer. Maar de kwestie van het klimaat wordt door politici op handen gedragen – en dus raken de wereldburgers verwikkeld in een soort van religieuze oorlog, waarvan de frontlinie wordt bepaald door de “klimaatdeskundigen” als Greta Thunberg. Een manische opgekropte woede wordt ontladen in een diffuse burgeroorlog tussen het zogenaamde links en het zogenaamde rechts.
In de Griekse Oudheid werd het principe “Divide et impera” (verdeel en heers) al uitgevoerd, en terwijl mensen van alle kanten worden aangewakkerd (en ongemerkt worden voorbereid op de spreekwoordelijk tweede oerknal) lachen de grootmeesters van het kapitaal zich een beroerte.
Als de elites van Europa – en in hun kielzog hun marionetten (politici, NGO’s, e.d.) – echt geïnteresseerd zouden zijn in de opwarming van de aarde, hadden ze het niet over klimaatneutraliteit, maar over klimaatrechtvaardigheid, zoals alle volkeren van de wereld eisen. Er is (bij hen) geld volop om vanuit een relationele en kritische kijk op de historische accumulatieprocessen alternatieve levenssystemen te maken, ziekten uit te bannen, iedereen te voeden, goed drinkwater voor iedereen, kortom: het leven op deze planeet voor iedereen beter te maken. Daarentegen wordt er gedacht aan het verder vergroten van hun toch al vaak astronomische vermogens, het opdringen aan anderen van hun eigen verknipte ideeën (hallo, George!) en het uitbuiten en uitroeien van burgers, waar ter wereld ook.