De aankondiging van de Amerikaanse president Trump dat Turkije een offensief begint tegen de Koerden in Syrië, staat gelijk aan de aankondiging van een nieuwe ramp voor de regio en is een historische blunder. De wereld laat de Koerden, die in de voorste linies stonden in de strijd tegen IS, als een baksteen vallen. Verrassen doet het helaas niet, maar het blijft een bittere vaststelling dat de internationale politiek zich laat kennen als een immoreel en cynisch machtsspel waar principes zoals loyauteit niet gelden.
Stellingenoorlog
Voor de eerste keer nam ik deel aan de zitting van de parlementaire assemblee van de OVSE. De ‘Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa’ werd opgericht in 1973 opgericht om de dialoog tussen de 57 lidstaten uit Europa, Noord-Amerika en Centraal-Azië gaande te houden op militair, economisch en humanitair gebied. Maar of het nu gaat over de aanspraken op de gasvoorraden in de Middellandse Zee rond het verdeelde Cyprus of over de verhouding met de Koerden, een gesprek met Turkse vertegenwoordigers heeft nooit iets van een dialoog, en strandt altijd in een stellingenoorlog. Voor Turkije geldt dat elke aspiratie van de Koerden voor culturele of politieke rechten in eigen land of in de buurlanden, gelijk staat aan terrorisme. En dus een bedreiging is. En het dus legitiem is om alle middelen te gebruiken tegen die dreiging.
Terroristen
President Erdogan wil zijn troepen dus eerstdaags opnieuw Noordoost-Syrië laten schoonvegen. Dat is al langer zijn agenda en hij heeft daar ook nooit een geheim van gemaakt. Dat gebied staat onder controle van de Koerdische YPG/SDF-milities. Zij waren de speerpunt van de strijd van de internationale coalitie tegen IS, maar zijn en blijven terroristen voor Erdogan. De Amerikaanse president Trump heeft de weg voor het Turkse leger vrijgemaakt door zijn troepen weg te trekken van de Turkse grens. Een impulsieve koerswending waarvoor hij kritiek krijgt, ook uit zijn eigen republikeinse partij: de VS tonen geen loyauteit voor bondgenoten en dat is toch een slecht signaal. In de EU of de NAVO is het zoals gewoonlijk beschamend stil. De Koerden zelf reageren verbitterd en spreken van verraad, een mes in de rug…
Nieuwe humanitaire ramp
Met Amerikaanse steun veroverden de Koerdische strijders, zowel mannen als vrouwen, veel grondgebied van het IS kalifaat. Ze brachten daarvoor grote offers: 11.000 gesneuvelde strijders. Een zware prijs voor een kleine natie. We herinneren ons de strijd om Raqqa, waarbij de Koerden tienduizenden IS-strijders gevangen namen. Die IS strijders, onder wie ook honderden Europese jihadisten, zitten er nu in voorlopige interneringskampen en gevangenissen. Trump heeft er dan wel vertrouwen in dat die zonder problemen door de Turken zullen worden overgenomen. Maar kan je daar zeker van zijn als de chaos echt losbarst? De nieuwe instabiliteit kan IS trouwens een tweede adem geven. Amerikaanse inlichtingendiensten schatten dat de terreurorganisatie nog altijd 17.000 strijders heeft in Irak en Syrië. Logischerwijze zou je dus denken dat de internationale gemeenschap er alle belang bij om Turkije te doen afzien van een nieuwe oorlog. Maar dat gebeurt dus niet. Zo dreigt een nieuwe humanitaire ramp, vluchtelingenstroom, chaos en instabiliteit, en ziet het er opnieuw beroerd uit voor de toekomst van de Koerden.
Statenloze natie
Nochtans stonden de sterren, zowel in Syrië als in Irak, in de zomer van 2017 gunstig voor de Koerden. Het grondgebied van het kalifaat van IS was gevallen, en dat was voor een groot deel te danken geweest aan de Koerdische strijders. Het had hen internationaal veel krediet opgeleverd. Ik herinner me dat een delegatie van de Peshmerga’s met veel egards werd ontvangen in het Europees Parlement. Maar de goodwill was van korte duur, de val van het kalifaat betekende meteen ook een keerpunt voor de Koerden.
Op 25 september 2017 organiseerde de ‘Kurdistan Regional Government (KRG) in Irak een referendum over onafhankelijkheid. Dat bleek een misrekening. De uitslag toonde dan wel een overweldigende meerderheid voor onafhankelijkheid, maar de internationale gemeenschap heeft het niet voor de aspiraties van statenloze naties voor zelfbeschikking en keurde de eenzijdige stap af. De Iraakse Koerden raakten diplomatiek geïsoleerd en intern verdeeld. Ze verloren daarop een belangrijk deel van hun grondgebied aan de Iraakse regeringstroepen, onder meer de belangrijke stad Kirkuk. In Syrië was het al langer duidelijk dat het Koerdische gebied zonder internationale steun kwetsbaar zou zijn voor de Turkse obsessie om definitief af te rekenen met de Koerden aan zijn grenzen. Het Turkse offensief tegen Afrin begin 2018, de zogeheten ‘Operatie Olijftak’, verdreef de Koerden uit deze regio. De VS en hun coalitiepartners bleven afzijdig. Het was toen als duidelijk: de VS zouden Turkije geen strobreed in de weg leggen als hetbeslist om in het offensief te gaan. En de EU… speelt alweer niet mee.
Speelbal
Gedurende mijn tijd als Europees Parlementslid heb ik bij de Hoge Vertegenwoordiger voor het buitenlands beleid van de EU herhaaldelijk aangedrongen op een duidelijke post-IS strategie, waarbij ook rekening zou gehouden worden met de verdiensten en de rechten van de Koerden. Als gemeenschap van waarden heeft de EU die morele plicht vond ik. Tevergeefs. En met een nieuwe Hoge Vertegenwoordiger in aantocht, de Spaanse Josep Borrel, die in zijn eigen land volop de repressiekaart trekt tegen de Catalaanse onafhankelijkheidbeweging, ziet het er echt niet goed uit. Het vergaat de Koerden zoals in het verleden. Zolang ze nuttig zijn, genieten ze steun en begrip. Zodra dat niet meer zo lijkt te zijn, worden ze gedumpt. Zeker als hun aspiraties voor meer vrijheid en zelfbeschikking te groot worden. Maar… als IS of een afgeleide opnieuw de kop opsteekt, zullen we toch opnieuw lokale bondgenoten nodig hebben. Of we daarin succes zullen hebben, hangt af van het lot van de Koerden nu. Het intrekken van politieke en militaire steun aan de Syrische en Iraakse Koerden, zou dus een historische blunder zijn.