WK 2022 – Het aftellen is voorbij, de hoogmis is begonnen. De vierjaarlijkse kermis van het voetbal. De aftrap bleek meteen een afknapper: gastland Qatar presteerde zo zwak, dat de helft van de supporters al tijdens de match huiswaarts ging. De prestigieuze openingsmatch werd afgefloten in een halfleeg stadion.
Bovendien sijpelden de eerste berichten binnen uit de fandorpen: resorts die speciaal voor het WK zijn opgetrokken, maar in de praktijk containerkampen of festivalterreinen met plastic tenten blijken te zijn. 200 euro per nacht voor een snikheet verblijf, met gedeeld sanitair.
Liters inkt
Over het WK in Qatar zijn al liters inkt gevloeid. Over de sportieve kant, uiteraard, een WK maakt altijd wereldwijd de tongen en de pennen los. Maar nog veel meer over de extra-sportieve kant: de mallemolen van een WK in november die een hertekening van alle nationale voetbalkalenders noopte, de waanzin van een WK in een woestijnklimaat, de bewijzen van corruptie bij de toekenning en bovenal de zware menselijke tol.
Een land dat bulkt van de oliedollars, maar zijn gastarbeiders uitbuit door ze onchristelijk lange werkdagen te laten kloppen tegen een maandloon van 55 euro. Een land dat arbeiders tewerkstelt in onveilige situaties en huisvest in mensonwaardige omstandigheden. Het doet Westerse voetballiefhebbers al maanden hinken op twee gedachten: ijverig verontwaardigd blijven of… gewoon willen genieten van een WK – het is er nu toch – en de focus op Qatar zien als kans om de situatie van die arbeiders daar te verbeteren?
Infantino en de Westerse hypocrisie
Afgelopen weekend gaf fifa-baas Infantino de criticasters een bolwassing. Hij hekelde de Westerse hypocrisie en de selectieve verontwaardiging. Als u ongelovig uw hoofd stond te schudden omwille van een ‘de pot verwijt de ketel’, dan hebt u daar alle reden toe. Infantino, en met hem heel wat WK-bonzen, zijn zowat de verpersoonlijking van hypocrisie. Maar hoe ergerlijk het ook is: ook een hypocriet, een geblakerde pot als Infantino, kan hier of daar gelijk hebben.
De hoogmis van het voetbal is begonnen en binnenkort komen we, zoals elk jaar, bij de heilige drievuldigheid van het consumentisme: Black Friday, de eindejaarsaankopen en de solden. Nagenoeg al onze kledij en prullaria zijn ‘made in bedenkelijke omstandigheden’. Onderbetaalde arbeiders die ellenlange dagen moeten kloppen, zijn ook in die sectoren eerder de regel dan de uitzondering. Ik ervaar het nogal eens als een Catch-22. Misschien moet mijn verontwaardiging over Qatarese of andere toestanden, hand-in-hand gaan met een spiegel waarmee ik ook mijn eigen gedrag bekijk.