Egbert Lachaert kondigde 20 mei in Villa Politica een herbronning van Open Vld aan. Naamsverandering werd niet uitgesloten. Daarmee lijkt de partij sp.a/Vooruit en CD&V te volgen. Kregen Vlaamse partijen niet tussen 1999 en 2007 nieuwe namen, zonder dat het politieke landschap werkelijk veranderde? Hetzelfde doen en een andere uitkomst verwachten, waarvan was dat ook alweer de definitie?
In Nederland veranderen partijnamen niet. Hooguit een nieuwe naam als twee of meer partijen samengaan. Vanaf de fusie wordt het als nieuwe partij beschouwd. In Nederland is de rechts-liberale VVD de grootste regeringspartij sinds 2010. Een voorbeeld voor de Vlaamse liberalen? Niet als het de bedoeling is om meer leden te krijgen.
Weinig VVD-leden
Op 1 januari 2021 had de VVD 25.035 leden. Als de grootste regeringspartij al zo weinig leden heeft, hoe is het gesteld met andere partijen? Welnu: acht partijen hadden meer leden dan de VVD. Bij twijfel aan de betrouwbaarheid van de ledenaantallen die Forum voor Democratie opgaf, blijven nog steeds zeven over.
De orthodox-protestantse partijen ChristenUnie en SGP hebben slechts vijf en drie Kamerzetels. De achterban gaat niet alleen iedere zondag ter kerke, maar wordt daadwerkelijk lid. Het zal vrijzinnigen steken dat de VVD minder leden telt dan twee splinterpartijtjes. De uiterst linkse Socialistische Partij (SP) is ook groter.
In de jaren 80 braken groene partijen door in veel West-Europese landen. Onderzoekers leggen verband met ontzuiling. Wie zich niet (meer) herkende in traditionele partijen, stemde groen. Het links-liberale D66 hoopte bij oprichting in 1966 al de verzuiling te doorbreken. Zowel groene als links-liberale kiezers worden omschreven als individualistisch en weinig honkvast. Dat zelfs GroenLinks en D66 — in de Kamer altijd kleiner dan de VVD — meer leden hebben, moet pijn doen. De VVD kan zich niet verschuilen achter de algemene trend dat politieke partijen steeds minder leden hebben.
‘Als je wint heb je vrienden’, zong een Nederlands gelegenheidsduo in 1984. Vraag het D66, dat afgelopen maart tweede partij werd. Daags na de verkiezingen hadden ze duizend nieuwe leden. Verstandige partijen stellen hun vertrouwen op wie lid werd in tijden van tegenslag. De VVD levert sinds 2010 ononderbroken de premier. Als zelfs opportunistische baantjesjagers geen lid worden…
Professionalisering
Politieke verslaggevers valt het al tientallen jaren op: VVD-bijeenkomsten zijn gezellig. Congressen van de sociaaldemocratische PvdA en het christendemocratische CDA draaien om moties en verbeten discussies. Iedere subgroep probeert zoveel mogelijk binnen te halen. De VVD is eerder een gezelligheidsvereniging: bier, bitterballen en Dixielandmuziek.
De gemoedelijke sfeer ging gepaard met een lage organisatiegraad. VVD-leden waren zakelijk. Pragmatisch. Doeners. Zich opwinden over statuten en reglementen was voor andere partijen. Geen probleem, zolang duidelijk was wie het voor het zeggen had en wat de koers was. Zoals onder Hans Wiegel in de jaren 70 en Frits Bolkestein in de jaren 90.
In het interregnum tussen Wiegel en Bolkestein, in de jaren 80, was het niet duidelijk waar de partij voor stond. In 2002 kwam de LPF van Pim Fortuyn op en werd Paars weggestemd. Nadien ontbrak het aan richting. Uiteindelijk werd besloten de partij professioneler te maken, om te beginnen de campagnevoering. Sinds de verkiezingswinst in 2010, het begin van het premierschap van Mark Rutte, wordt de VVD beschouwt als campagnepartij.
Reorganisatie
Het afgelopen decennium werd ook op ander vlak ‘geprofessionaliseerd’. Politieke partijen kennen doorgaans tenminste drie niveaus: landelijk, plaatselijk en iets daartussenin (regionaal dan wel provinciaal). De VVD had 24 kamercentrales. Hier zaten de ‘partijbaronnen’, waar de landelijke partijtop niet omheen kon.
De kamercentrales werden afgeschaft. Ze werden onprofessioneel bevonden. Regionale vertegenwoordiging mocht niet boven geschiktheid gaan. Geldig argument. Alleen: Rutte omringde zich drie kabinetten met persoonlijke vertrouwelingen. Partijprominenten met een eigen mening – waaronder Frits Huffnagel, Hans van Baalen (1960-2021) en Han ten Broeke – werden nooit minister. Partijgenoten die sinds 2010 minister werden voor Defensie of Buitenlandse Zaken, overtroffen de laatste twee niet in kennis van het onderwerp.
De persoonlijke steunpilaren zijn na drie kabinetten verbruikt. In 2017 werden daarom politiek assistenten van VVD-bewindspersonen op de kandidatenlijst geplaatst. Bas van ’t Wout was tien jaar politiek assistent voor hij in 2012 Kamerlid werd. In 2020 werd hij staatssecretaris. Begin dit jaar volgde hij Eric Wiebes (per direct afgetreden vanwege de toeslagenaffaire) op als economieminister. Afgelopen maandag trad hij af vanwege burn-out. Veel wordt verwacht van Kamerleden Sophie Hermans en Bente Becker. Hermans moet Rutte na de formatie opvolgen als fractievoorzitter. Tegenover oppositieveteranen als Geert Wilders houden ze tot nu toe geen stand.
Centralisering
De kamercentrales werden vervangen door een kleiner aantal – tandeloze – regio’s. Het plaatselijke niveau werd eveneens gekortwiekt. Het aantal Nederlandse gemeenten neemt af: eerder in het voordeel van het rijk dan van de plaatselijke bevolking. De VVD zet een tandje bij door plaatselijke afdelingen al te fuseren voor er sprake is van gemeentelijke herindeling. Kamerleden moeten anders bijeenkomsten bezoeken met hooguit 10-15 plaatselijke leden. Maar die kenden elkaar en durfden in kleine kring vragen te stellen. Wat Kamerleden weer input kon leveren. Grotere afdelingen betekenen meer bezoekers per bijeenkomst. Maar wie kent partijgenoten uit een andere plaats?
Het initiatief kwam vanuit het landelijke partijbureau. Plaatselijke secretarissen sturen niet langer stukken voor vergaderingen als emailbijlage aan de leden. Leden moeten inloggen in ‘Mijn VVD’. Daar moeten ook plaatselijke kandidatenlijsten bekeken worden.
Netwerkpartij
Door een statutenwijziging hebben leden feitelijk geen inspraak meer in de landelijke kandidatenlijst. Wil de partij überhaupt nog leden? In de jaren na Fortuyn ontstond een nieuw fenomeen: ‘netwerk’. De mogelijkheid om belangstellenden voor een bepaald dossier laagdrempelig bij de VVD te betrekken. Voor partijcommissies bestond ballotage. Voor een netwerk hoefde je niet per se partijlid te zijn. Commissies hadden waarschijnlijk meer invloed.
Op zich een goed idee, informele bijeenkomsten naast meer formele. Hebben Vlaamse partijen niet familiedagen naast partijcongressen? De VVD ging een stap verder. Het werd een ‘netwerkpartij’. De thematische netwerken vervingen de commissies. Tegelijk werd ‘netwerk’ standaardterm voor ieder mogelijk verband. Geen ‘afdeling’ meer, maar ‘plaatselijk netwerk’, enz. Sinds najaar 2018 organiseert de VVD geen partijcongressen meer, maar ‘festivals’. Oh ja: leden worden inmiddels standaard getutoyeerd. Zucht.
De omvorming was bedoeld om de ledendaling te keren. Wie 125 euro lidgeld voor een volwaardig lidmaatschap te duur vindt, betaalt wel een tientje voor een afzonderlijk themanetwerk. Dacht men. Een sociologische vuistregel werd over het hoofd gezien: exclusieve groepen worden aantrekkelijker gevonden.
Een tweede vuistregel: van een groep wordt voordeel verwacht ten opzichte van niet-leden. Een probleem waar militanten op stuiten als ze bekenden vragen lid te worden. Want wie sympathiseert met een partij, verdiept zich daarin. En vraagt zich af wat lidmaatschap baat zonder zeggenschap, zelfs niet op plaatselijk niveau.
Documentatie
Wilt u meer weten over de veranderingen binnen de VVD? Elsevier Weekblad plaatste in de editie van 15 mei het artikel ‘VVD stoomt jonkies klaar‘ van Eric Vrijsen. Zijn collega Gerry van der List publiceerde in 2019 het boek Liberale Lessen. Macht en onmacht van de VVD. Dan is er ook nog de Rutte-biografie van NRC-journaliste Petra de Koning.
Kritische motie
Zaterdag 29 mei vindt een landelijke digitale ledenvergadering plaats. Twintig leden dienden een motie in. De Kamerfractie moet kritischer worden tegenover de regering. Daarnaast moet voortaan bij de kandidatenlijst ook geselecteerd worden op talent van buiten ‘Den Haag’.
Maakt een opstand kans, nu alle tegenmacht weggeorganiseerd is? De initiatiefnemer, Gijs Dröge, is trainer bij het VVD-opleidingsinstituut. De directeur van duurzaam adviesbureau SMK richtte in 2008 Liberaal Groen op, inmiddels thematisch VVD-netwerk. Op één punt kritisch, instemming met de partij-evolutie als geheel?
Alternatief?
Voor veel VVD-kiezers zijn de PVV van Geert Wilders en Forum voor Democratie van Thierry Baudet een stap te ver. Het valt op dat Forum-jongeren gekleed gaan in jasje-dasje of mantelpak. Wat als ook centrumrechtse jongeren een voorkeur hebben voor formele omgangsvormen? Dan gokte de VVD verkeerd met de informalisering.
Wilders is het enige PVV-lid. Hij bepaalt wie mandataris wordt. De achterban mag op de partij stemmen en met politici mailen, meer niet. Bij de VVD betaal je lidgeld, om evenmin inspraak te hebben. Wilders komt er tenminste voor uit.