De Chinese startup Deepseek heeft een model voor kunstmatige intelligentie ontwikkeld dat concurreert met grote technologiebedrijven met beperkte middelen. Voor Europa moet het klinken als een wake-up call
Het recente verhaal van DeepSeek, een klein Chinees bedrijf dat plotseling in de schijnwerpers kwam te staan omdat het tegen lage kosten een geavanceerd model voor kunstmatige intelligentie had uitgebracht, veroorzaakt sterke schokken op Wall Street en, meer in het algemeen, in het hele Amerikaanse technologie-ecosysteem.
Het idee van een beschermende ‘gracht’ – een economische en technologische ‘gracht’ die de Amerikaanse AI-giganten een vrijwel onoverbrugbaar concurrentievoordeel had moeten garanderen – lijkt nu ter discussie te staan. Het enthousiasme waarmee het nieuws in China werd ontvangen, mag ons niet doen vergeten dat Europa ook zou kunnen profiteren van de ‘breuk’ die door DeepSeek werd geopend , waardoor het mondiale evenwicht zou veranderen in een sector die tot gisteren onneembaar leek.
Deepseek De “shock” van de AI-reuzen
In een omgeving waarin OpenAI, Google, Anthropic en andere giganten ervan uitgingen dat het trainen van een geavanceerd taalmodel enorme middelen vereiste – in termen van hardware, elektriciteit en mankracht – zegt DeepSeek dat het slechts $ 6 miljoen heeft uitgegeven om je R1-systeem te ontwikkelen. Of het cijfer nu juist is of een slimme communicatiezet, het effect op de markt is ontwrichtend geweest: aandelen van bedrijven die gelinkt zijn aan AI- en GPU-fabrikanten zoals Nvidia hebben te maken gehad met een vertraging op de aandelenmarkt , terwijl beleggers beginnen te twijfelen aan de soliditeit van die enorme kapitaalkring die de duurste projecten ondersteunde.
En men kan niet anders dan terugdenken aan Joseph Nye’s concept van ‘zachte macht’, waarbij het prestige van een industrie ook gebaseerd is op de externe perceptie van haar culturele en technologische voordeel. In die zin is de retoriek van de ‘onwrikbare superioriteit’ van de grote namen op het gebied van AI nu bezoedeld: als een onafhankelijk Chinees laboratorium tegen zulke lage kosten een model van vergelijkbare omvang kan creëren, lijken de toegangsbarrières minder onoverkomelijk dan eerder werd aangenomen.
De angst die zich verspreidt onder grote investeerders en het establishment in Silicon Valley houdt verband met de perceptie dat de zogenaamde slotgrachten van de ene op de andere dag zouden kunnen verdwijnen. Een ‘cognitieve dissonantie’ (voor de goeden, die van Leon Festinger), waardoor hoe dieper het idee van een ‘gracht’ was geworteld, hoe sterker de reacties van ongeloof en paniek vandaag de dag zijn.
Een deel van de markt wordt zich bewust van het feit dat de enorme waarde die aan AI-bedrijven wordt toegekend, voor een groot deel afhing van de overtuiging dat slechts een select groepje de hoge kosten van onderzoek en ontwikkeling kon dragen . Nu veroorzaakt de dissonantie tussen de verwachting van een monopolie en de realiteit van een goedkoop open source-model een proces van ontkenning en zorgen, dat culmineert in massale uitverkoop van aandelen en een negatief sentiment.
Ook wij hebben jou steun nodig in 2025, gun ons een extra bakkie koffie groot of klein.
Dank je en proost?
Wij van Indignatie AI zijn je eeuwig dankbaar
Een concreet voorbeeld: Stargate en de race om superinfrastructuren
Een paar dagen geleden kondigden OpenAI en SoftBank Project Stargate aan , een joint venture van $500 miljard om investeringen in AI-infrastructuur te stimuleren. Elon Musk heeft met zijn xAI zijn inspanningen vermenigvuldigd om Colossus te bouwen, een supercomputer met meer dan een miljoen GPU’s. Het gestelde doel is om een rekenvoordeel te behouden dat verrassingen zoals die van DeepSeek vermijdt.
Als de strategie van DeepSeek echter repliceerbaar blijkt, lopen deze mega-infrastructuren het risico een gigantisch – en duur – ‘monument’ te worden voor een bedrijfsmodel dat gebaseerd is op de veronderstelling van gewenste inefficiëntie, om steeds grotere investeringen in chips en datacenters te rechtvaardigen.
De kans voor Europa
Op dit punt opent zich een interessant scenario voor Europa , dat tot nu toe achter is gebleven in de AI-race vergeleken met de Verenigde Staten en China: als de kloof echt niet bestaat of veel kleiner is dan verwacht, zal de hoeveelheid middelen die nodig zijn om geavanceerde oplossingen te ontwikkelen, zouden binnen de mogelijkheden van Europese consortia, innovatieve startups en publiek-private partnerschappen kunnen vallen.
Europa zou, dankzij een verfijnde regelgevingscontext (denk aan de AVG) en een gevoeligheid voor ecologische duurzaamheid, AI-projecten kunnen cultiveren die meer gestroomlijnd en tegelijkertijd ethisch duurzaam zijn. Hierdoor zou het land kunnen concurreren zonder dezelfde astronomische bedragen te hoeven investeren als de Amerikanen of de Chinezen.
De grote les van deze crisis is dat het verhaal van AI als een sector met een “ hoog risico en een zeer hoge barrière ” kan worden ondermijnd door een moedig initiatief dat talent, onderzoek en schaalbaarheid kan combineren. Voor Europese bedrijven is de sleutel het benutten van het moment van desoriëntatie in Silicon Valley om AI-oplossingen voor te stellen die concurrentievermogen en privacy combineren door middel van ontwerpprincipes. Het is waarschijnlijk een kort maar potentieel beslissend tijdsbestek.
Als aan de ene kant de ineenstorting van de ‘gracht’ een kans biedt voor nieuwe onderwerpen, is het aan de andere kant noodzakelijk om na te denken over de mogelijke ecologische en sociale impact van een steeds wijdverbreider wordende AI : een lichter model is niet alleen goedkoper, maar potentieel democratischer en minder vervuilend.
Aan de andere kant brengt het verlagen van de kosten en het openstellen van de algoritmebox ook risico’s van ongecontroleerde proliferatie met zich mee: de Europese regelgeving zal met de volgende AI-wet daarom een balans moeten vinden tussen het stimuleren van innovatie en het beschermen tegen mogelijk misbruik.
Het ‘nemen’ van het bolwerk
De ‘DeepSeek-verrassing’ lijkt te bevestigen dat AI geen onneembaar bolwerk is voor een paar giganten , maar eerder een actieterrein waar technologische creativiteit op onverwachte wijze kan ontstaan.
Als de ‘gracht’ niet langer een feit is, wankelt het monopolieverhaal , waardoor er marktkansen ontstaan voor realiteiten over de hele wereld. Europa, dat potentieel profiteert van een volwassen regelgevingskader en een hernieuwde belangstelling voor ethische innovatie, heeft nu de kans om “het AI-kasteel te bestormen” . En als hij zijn kaarten goed speelt, is het deze keer niet uitgesloten dat hij via de voordeur naar binnen kan komen.
2 gedachten over “Deepseek bewijst dat het AI-fort bestormd kan worden. Nu is het aan Europa om het te proberen”