Nederland is door een excessief drugsbeleid een maffiaparadijs geworden, vindt Der Spiegel. Het Duitse weekblad wijdt een opmerkelijk coververhaal aan het buurland.
Nadat de Italiaanse journalist en schrijver Roberto Saviano eerder Nederland als hypocriete narcostaat en ‘een van de meest criminele landen ter wereld’ aan de schandpaal had genageld, komt het Duitse tijdschrift van de spiegel van leer. In een negen pagina’s tellend voorblad geeft ‘ Kase, Koks und Killer ‘ (kaas, coke en moordenaars) een stand van zaken van recente ontwikkelingen, waaronder de moord op Peter R. de Vries, en veegt de vloer aan met het Nederlandse drugsbeleid dat Duitse autoriteiten maken zich steeds meer zorgen.
‘Een land dat zich heeft overgegeven aan drugs’, zegt de spiegel die dit keer een crimineel Frau Antje op de cover zet. Een paar decennia geleden werd het populaire Hollandse kaasmeisje hoog afgebeeld terwijl ze bier dronk. Nu poseert ze uitdagend met een kalasjnikov en cocaïne, verstopt in een Goudse kaas.
De zorgen zijn groot in Duitsland, zo blijkt uit het verhaal. Het Bundeskriminalamt in Wiesbaden (de Duitse nationale recherche) behandelde in 2019 161 zaken, die allemaal naar Nederland wezen. Veel meer dan enig ander land. Dit bevestigt de status van Nederland als belangrijk steunpunt voor de internationale drugshandel en als draaischijf voor de handel in Europa, aldus Duitse onderzoekers. ‘Nederland is een land dat vrij wil zijn, maar door naïef beleid in de klauwen van de mocromaffia is gevallen’, aldus het blad.
Wie praat, wie gaat?
van de spiegel legt haar lezers uit dat er in Nederland een angstcultuur heerst voor drugsbendes en dat premier Rutte niet meer zeker is van zijn leven. ‘Wie praat, gaat’ zou het motto zijn van de Taghi-bende. De angst is er, aldus het blad, ‘omdat elke journalist die schrijft over de Marokkaanse bendes, elke officier van justitie, elke advocaat, elke getuige beter onder zijn auto moet kijken om er zeker van te zijn dat daar geen bom ligt’. Ze moeten allemaal zien wie er achter hen loopt, bereid zijn zichzelf onder politiebescherming te stellen en het oude leven op te geven’. “Nederland is de drugssupermarkt van Europa”, zegt Frank Buckenhof, vakbondsleider van de douane in Essen. De professionals voor het importeren, telen, produceren en distribueren van medicijnen zijn volgens hem allemaal in Nederland gevestigd.
Het artikel valt samen met een discussie in Duitsland over een mogelijke liberalisering van het Duitse drugsbeleid. De aanstaande coalitie van sociaal-democraten, groenen en liberalen bespreekt een mogelijke legalisering van de verkoop van softdrugs. Meerdere sprekers zeggen dat de gevaarlijke invloeden van de Nederlandse drugscriminelen in Duitsland al merkbaar zouden zijn.
Vandaag las ik voor de broodnodige verandering een keer de column van Annemarie Van Gaal (geen familie) en begreep waarom vorige week Der Spiegel uitpakte met Frau Antje met Kalasnikov in de arm, een marihuana saffie in de mond en de tekst “Käse, Koks und Killer” onder haar beeltenis.
Geen wonder, als je ziet wie Rutte de achterliggende jaren heeft aangesteld om de veiligheid van de Nederlandse samenleving te beschermen. Van Opstelten , via Van der Steur en Blok tot Grapperhaus. Brekebeentjes met een of meerder vlekjes op het blazoen, waarbij de laatste de indruk wekt zich meer te bemoeien met coronapasjes en QR code dan met het bestrijden van de harde criminaliteit. .
Maar de heer Grapperhaus is in het huidige demissionaire kabinet helaas niet de enige met een gebrek aan focus en onjuiste prioriteiten. Je kunt er uit de losse pols nog een stuk vijf, zes opnoemen. Annemarie van Gaal legt de vinger op de pijnlijke plek en die is voor geïnteresseerde lezers een al decennia bekende zere plek. Haar verklaring voor de bewuste politieke kwaliteitserosie luidt als volgt: “Voor iedere functie word je geselecteerd op basis van je talent en je geschiktheid, maar voor politici komt daar nog een extra criterium bij en dat is dat je ook nog lid moet zijn van de juiste politieke partij”.
Zij suggereert dat bewindslieden en parlementsleden worden aangezocht op basis van talent en geschiktheid als belangrijkste criteria en lid zijn van een politieke partíj als afsluitend criterium? Echt? Wellicht is ze er van overtuigd dat het op die manier zou moeten, maar de praktijk presenteert een ander beeld. Niet talent en geschiktheid zijn de belangrijkste criteria, maar het lid zijn van de juiste politieke partij en gelet op de samenstelling van kieslijsten als tweede criterium behorend tot het kringetje vertrouwelingen, vrienden en bekenden van de veronderstelde minister-president resp. politieke partijleider. Als inderdaad zoals zij beweert talent en geschiktheid drijvende criteria zouden zijn, dan waren krijgsmacht, politieapparaat, justitie en rechterlijke macht niet in de huidige erbarmelijke staat geraakt en dreigt het volume belastingbetalers niet het onderspit te delven. Wat dat betreft moet ze dat deel van haar column rectificeren.
Slechts een schamele 2% van de Nederlandse bevolking ouder dan 18 jaar is lid van een politieke partij en uit dat minuscule vijvertje moeten potentiële bewindslieden en leden voor het Parlement geselecteerd worden. Dat ziet zij als verontschuldiging voor de magere kwaliteit en geringe stressbestendigheid van het huidige bewindsliedencorps. Is het dat alleen of is het ook zo dat hoofdzakelijk A-opgeleide en niet gekwalificeerde opportunisten in dat minuscule vijvertje rondzwemmen. Zit dat vijvertje niet vol met personen die geen interesse hebben om zich te bewijzen in een sterk competitieve omgeving en voor hun inkomen liever een beroep doen op de schatkist van de staat. Personen die de politiek als een uitermate geschikte springplank zien naar beter betaalde banen en machtsposities. Personen die zich bij belangrijke discussies bedienen van anekdotische gegevens en niet het respect kunnen opbrengen om naar de mening van andere te luisteren. Personen die altijd gelijk willen hebben en heel snel op de tenen getrapt zijn? Zou het dat ook niet zijn, waardoor de samenleving opgescheept wordt met par level bewindslieden en parlementsleden?
Die door haar genoemde 2% is ruim gesteld, omdat een regering altijd uit de leden van de “overwinnaars” wordt gevormd en afhankelijk van het aantal de vijver in omvang en diepte opnieuw kan worden begrensd. In de huidige formeringsperikelen doen vier partijen mee en die vier hebben ruim 110.000 leden. Haal daar wat mensen vanaf die de pensioenleeftijd hebben bereikt en je houdt volgens Van Gaal krap 1% van de beroepsbevolking over. Als uit dat volume geen terzake kundige bewindslieden gevonden kunnen worden, dan is het met ons onderwijs- en opleidingssysteem triest gesteld. Overigens een open deur.
Ze verklaart ook waarom politici de straat op gaan om zieltjes te winnen voor hun partij. Niet alleen om het stemgedrag te beïnvloeden, maar ook voor de aanwas van het ledental. De overheid beloont politieke partijen in de Tweede Kamer dubbel voor hun ledenaantallen. Niet alleen mogen politieke partijen de contributies van de leden houden, ze krijgen van de overheid ook nog een bedrag per lid. Het electoraat als verdienmodel.
De column van Van Gaal bevat een aantal aspecten die de deur openen naar een betere begripsvorming van de ontwikkelingen binnen en buiten de Nederlandse samenleving. De doorsnee Nederlander zou nu beter kunnen plaatsen waarom Nederland als land van melk en honing door de huidige politieke generatie is getransformeerd in het land van Coke en Kogels.