mondkapjesdeal In Nederland maakt een groot aantal burgers zich zorgen over de transparantie van het landsbestuur. Ministeries ontwijken steeds vaker de plicht die zij hebben — zowel naar de media als naar de gekozen volksvertegenwoordigers — om inzage te geven in hun besluiten.
Navraag in de Tweede Kamer schetst een sfeerbeeld van ontmoedigde parlementariërs die het hoofd lijken te buigen. Ik betoog dat Kamerleden harder moeten strijden om de soevereiniteit van hun ambt te behouden.
De mondkapjesdeal
Deze krantenkop bevat afdoende informatie om ieder mens met nog enige burgerzin te doen walgen:
‘Ministerie betaalt liever dwangsom dan openheid te geven over mondkapdeal.’ Een citaat uit het artikel:
‘Het ministerie van VWS staakt na ruim vier maanden zijn juridisch verzet tegen een rechterlijke uitspraak om communicatie over de Sywert-deal vrij te geven. Toch blijft het departement weigeren openheid van zaken te geven. VWS kiest ervoor om de opgelegde dwangsommen te betalen.’
(Nvdr: Sywert van Lienden en zijn zakenpartners verdienden miljoenen euro’s aan de levering van mondkapjes aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, terwijl zij beweerden er geen winst op te zullen maken. De minister heeft zijn betrokkenheid ontkend, maar berichten spreken dit tegen.)
De belastingbetaler betaalt bestuurlijke boetes
In dit geval kun je zeggen dat er al een uitvoerig onderzoek van Deloitte aankomt en dat het ministerie wellicht liever heeft dat alles in één keer naar buiten komt, dan nu al druppelsgewijs via de krant. Het komt erop neer dat het ministerie, door het verzet te staken en tegelijk de gerechtelijke uitspraak te blijven negeren, de reeds opgelegde dwangsommen moet betalen. Sinds zondag staat dit op 15 000 euro, het maximumbedrag. Laat dit tot u doordringen: instituties overtreden de wetten die in ons land zijn ingevoerd om bestuur transparant te maken en bestuurlijke beslissingen navolgbaar. Vervolgens betalen zij de boetes van deze overtredingen van ons belastinggeld!
Past hier een betere term bij dan decadent?
Kamerleden mogen dit niet laten passeren, van welke politieke kleur ook. Toen ik de heer Freek Jansen (FvD) hierover benaderde, gaf hij de volgende toelichting: ‘De laatste maskers van een oud systeem vallen af. We zitten in een transitie. Er is geen schijn meer — de macht verweert zich tegen pogingen tot controle en inzage. Op welke bron beroepen ze zich daarbij? Niets meer dan hun eigen macht.’
Ontstemde Kamerleden
Mijn reactie hierop is dat dit schandalig is. Het ministerie zit op een oneindige pot geld om boetes af te kopen — onze belastingcenten. Hierdoor kan zij maling hebben aan de plicht tot openbaarheid van het bestuur. We zien dus dat los van pragmatische overwegingen om het bronmateriaal tegelijk met het Deloitte onderzoek te openbaren, dit een zaak is van principes. PvdA-fractieleider Attje Kuiken heeft de griffier gevraagd om de Kamercommissie Volksgezondheid met spoed te benaderen via een zogeheten emailprocedure. Ook Wybren van Haga (BVNL) werkt aan Kamervragen en stelt: ‘Ondemocratischer, respectlozer en corrupter kan dit kabinet bijna niet worden.’
Volgens Jansen wordt ‘letterlijk de basis van de rechtstaat aangetast’ maar zien helaas ‘weinigen dit in’. Dit werpt een dilemma op. Want het lijkt me dat één van beide waar kan zijn. Ofwel het is een goed teken dat deze grove ondermijning van de rechtstaat in alle openheid gebeurt — dan zien mensen de bruutheid van het machtssysteem en wat de heer Jansen omschrijft als ’transitie’, ofwel iedereen slaapt en weinigen zien dit — dan is het aan ons parlement, aan de Kamerleden om lawaai te maken en het volk te vertegenwoordigen tegen deze ontluikende tirannie.
De plicht van politici
Zoals ik het voor me zie, is het de burgerplicht van gekozen vertegenwoordigers om elkaar te vinden, los van partijvoorkeuren, en gezamenlijk op te staan tegen deze uitholling van alles wat hoort bij integer en transparant bestuur.
Het ligt in hetzelfde straatje als minister Hugo de Jonge, die staatscorrespondenties verstuurt vanaf zijn privé-email en premier Mark Rutte die SMS’jes wist om parlementaire controle op de staatscommunicatie te ontwijken. In het parlement heerst de sfeer ‘dat Kamerleden het misschien zien als je dit bij hen aankaart, maar zij tegelijk vrezen voor doorstroomkansen naar hun volgende baantje‘. Daarom zouden ze bang zijn om te handelen.
In de wandelgangen is de teneur van het gesprek dan dat men enerzijds wel ziet dat het niet zo kan en mag, maar dat er tegelijk ‘in het belang van de staat’ wel één en ander aan informatie mag worden weggehouden. Zo begint een gesprek dan consciëntieus en daarna pruttelt het dood. Er knaagt ergens wel wat — ook bij de politici in coalitiepartijen — maar ze weten hoeveel gedoe ze zouden krijgen als ze zich uitspreken. Zodoende zwijgen ze en hopen ze maar dat de volgende dag een nieuw mediarelletje de aandacht verplaatst en het pijnlijke dossier van tafel veegt.
De steen van Sisyphus
Het voelt als de steen van Sisyphus — je bent vanuit je geweten als volksvertegenwoordiger gedoemd om de steen de heuvel op te rollen en een dossier aanhangig te maken, maar de cynische carrièrebelangen van individuele politici winnen uiteindelijk altijd. Dan rolt de steen weer van de heuvel af en kun je opnieuw beginnen.
Toch is het gevaarlijk hoe die politici denken. Door dit soort fratsen te laten passeren, verliest de functie van het Kamerlid haar rol en betekenis. Ze kleden, kortom, hun eigen functie uit. Het is extreem kortetermijndenken als de Kamer dit laat passeren, en hun toekomst zal niet zorgeloos zijn, ondanks het wachtgeld dat volgt op hun termijn. Want het volk maakt zich kwaad om wat de Kamerleden allemaal hebben laten passeren. Die boosheid en rancune zullen de komende jaren toenemen onder druk van de armoede.
Slotsom
Niemand kan meer gloedvol spreken over het ambt van volksvertegenwoordiger: dat is door deze passieve houding inhoudelijk uitgekleed. Wat het kabinet en de ministeries doen, zijn immers stichtingsdaden. Ze gaan in hun bevoegdheden verder dan wat hun volgens de regels is toegestaan — ze scheppen nieuwe bevoegdheden uit het niets. De Kamer is er om hen terug te roepen want uiteindelijk belichaamt de Kamer de soevereiniteit van de Nederlandse bevolking. Het is hun plicht om hier lawaai op te maken en de decadente, tirannieke neigingen van de ministeries in te perken! Dit is hun controlerende taak — de kerntaak van de gekozenen.
Freek Jansen had op deze analyse het volgende te melden: ‘De meeste volksvertegenwoordigers die nu in de Kamer zijn gekozen, vertegenwoordigen helaas de machthebbers en controleren de bevolking.’