Eigenlijk mogen we Kajsa Ollongren best dankbaar zijn. Door haar blunder weten we nu dat de verkenners met de suggestie om een andere functie te zoeken voor CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt hun boekje ver te buiten gingen, al dan niet gestimuleerd door Mark Rutte. Vele vingers wijzen naar de VVD-leider, die ontkent en tegen wie ook geen bewijs is. Omtzigts verbeten strijd tegen het onrecht in de toeslagenaffaire leidde tot de val van Ruttes derde kabinet. Dat was voor veel politici, Wilders voorop, voldoende om de minister-president in het verdachtenbankje te plaatsen. Want die zal wel rancuneus zijn.
“Dat je in die hectiek je papieren niet goed opbergt, is misschien wel heel begrijpelijk.”
De klassieke fout van Ollongren is onvergeeflijk. Elke mediatrainer leert je dat je in de buurt van journalisten en persfotografen nooit te koop moet lopen met vertrouwelijke stukken. Maar er is ook een verzachtende omstandigheid. Je hebt net te horen gekregen dat je corona hebt. Dan schrik je, zeker als je een jaar ervoor nog ziek was wegens problemen met je afweersysteem. Je moet alles uit je handen laten vallen, ook je werk voor de formatie, en hals-over-kop in quarantaine. Dat je in die hectiek je papieren niet goed opbergt, is misschien wel heel begrijpelijk.
De consequenties zijn niettemin groot. Het gaat niet zozeer om de zichtbaarheid van de stukken, maar om de explosieve inhoud ervan. Daaruit blijkt dat Jorritsma en Ollongren niet doen wat hun opdrachtgever wil, maar wat ze zelf denken wat goed is voor het land, al dan niet ingefluisterd door hun eigen politieke leiders. De opdracht van Kamervoorzitter Khadija Arib was helder en beknopt: praat met de zeventien fractievoorzitters over de formatie van een nieuw kabinet en breng daarover uiterlijk 31 maart verslag uit aan de Tweede Kamer. Met andere woorden: onderzoek welke partijen tot regeringsdeelname bereid zijn en geef desnoods aan welke combinaties het meest kansrijk zijn.
“In zo’n verkenning praat je niet over poppetjes, dat gebeurt pas in de laatste fase van de formatie.”
Niks méér. In zo’n verkenning praat je niet over poppetjes, dat gebeurt pas in de laatste fase van de formatie. Dan wil je weten of je kunt rekenen op de fracties van de coalitiepartners, of iedereen meedoet, zeker als zo’n beoogde coalitie steunt op een minimale meerderheid. In 2010 informeerden Rutte en Verhagen nadrukkelijk naar de loyaliteit van de PVV-fractie. Kon het kabinet-in-wording rekenen op Hero Brinkman? Zou hij zich houden aan de afspraken? Zonder Brinkman zou de gedoogcoalitie van VVD, CDA en PVV haar meerderheid verliezen.
Het is raar om de positie van Omtzigt ter sprake te brengen, op een moment dat nog helemaal niet vaststaat of het CDA wil meedoen aan de formatie. Wopke Hoekstra heeft de verkenners gezegd dat zijn partij na de forse verkiezingsnederlaag niet staat te springen. Het is bovendien niet aantrekkelijk voor het CDA om onderdeel te zijn van een liberaal motorblok. Oké, dat kan over een paar weken anders zijn. Maar om dan nu al naar de CDA-poppetjes te kijken, die niet aan tafel zijn genood, getuigt van een zekere vooringenomenheid bij de oud-verkenners.
“Het getuigt van een bijzondere werkwijze van de afgetreden verkenners: ze kijken naar talkshows en lezen kranten. That’s it.”
Zoals het politici-in-nood vaker vergaat, verschuilt men zich achter onbegrijpelijke smoezen. Het zou gaan om een ‘inventariserende voorbereidingsnotitie’. Ja, en? Maakt dat de zaak minder ernstig? De mededeling dat de passage over Omtzigt ‘is voortgekomen uit meerdere invalshoeken, waaronder berichten in de media’ getuigt van een bijzondere werkwijze van de afgetreden verkenners: ze kijken naar talkshows en lezen kranten. That’s it.
Het is niet van belang wat verkenners vinden, wie het ook zijn. Het gaat om wat partijen willen. En die willen eventjes helemaal niks.