Het voortbestaan Rutte als premier van Nederland staat op het spel na een ‘onbenullig’ leugentje over de formatie. De echte vraag is hoe het komt dat ‘Teflon Mark’ niet eerder politiek is afgestraft.
Grote consternatie in politiek Nederland. Demissionair premier Mark Rutte heeft vlakaf gelogen tegen de Kamer. Op 25 maart lekten notities uit van verkenner Kajsa Ollogren, met daarin de woorden ‘Omtzigt elders’. Onmiddellijk werd vermoed dat Rutte zou gevraagd hebben om CDA kamerlid Pieter Omtzigt – een van Rutte’s belangrijkste critici – weg te promoveren. Rutte ontkende dat aanvankelijk staalhard: hij had niet gesproken over Omtzigt met de verkenners. Enkele dagen later bleek zwart op wit dat hij dat wel had gedaan. Rutte probeerde de boel nog te sussen door te claimen dat hij het gesprek was ‘vergeten’, maar die bewering kon op hoongelach rekenen in het parlement.
Nederland denkt graag dat het een gidsland is, met opgeheven vingertje spreekt het andere landen toe. Maar dat beeld heeft de laatste jaren wel een paar ernstige deuken gekregen.
Daarmee staat het voortbestaan van Rutte als premier op het spel. Hij overleefde op donderdag weliswaar de motie van wantrouwen ingediend door PPV-leider Geert Wilders. Maar een andere motie, van afkeuring, werd wel door een meerderheid van de Tweede Kamer ondersteund. Daarmee wordt het wel erg moeilijk denkbaar dat een vierde kabinet-Rutte nog een parlementaire meerderheid zou kunnen vinden. Sigrid Kaag, de D66-leider, maakte met zoveel woorden duidelijk dat Rutte in haar ogen beter de eer aan zichzelf kon houden, en zich moest terugtrekken als kandidaat-premier. Buiten de VVD om een regering vormen lijkt mathematisch bijna onmogelijk. Maar mogelijke coalitiepartners zoals D66 en het CDA zouden best wel eens kunnen eisen dat die partij een andere kandidaat-premier naar voren schuift.
Toeslagenaffaire
Voor buitenstaanders lijkt het misschien vreemd dat een premier die net nog zo’n grote verkiezingsoverwinning heeft behaald door zo’n ietwat onbenullige leugen aan zijn einde zou komen. Twee weken geleden behaalde Rutte’s VVD tijdens de nationale verkiezingen nog 21 percent van de stemmen, goed voor 34 zetels – en werd daarmee veel groter dan de tweede partij, D66, die 15 percent van de stemmen behaalde, of 24 zetels. Maar het is niet de eerste keer dat Rutte laat zien dat hij een wat moeilijke verhouding heeft met de waarheid. Hij loog met name ook over zijn rol in de zogenaamde toeslagenaffaire. Bij die affaire beschuldigde de Nederlandse belastingdienst duizenden ouders, veelal mensen met een migratie-achtergrond, valselijk van fraude met hun kindertoeslag, waarop ze in sommige gevallen tienduizenden euro’s moesten ophoesten. Rutte ontkende aanvankelijk dat hij direct betrokken was geweest bij deze affaire, maar moest later toegeven dat hij al vanaf het voorjaar 2019 op de hoogte was van de misstanden.
De echte vraag is daarom niet zozeer waarom Rutte nu zo in de problemen zit, maar waarom het zo lang heeft geduurd voor hij de bietenbrug op ging. Het kabinet Rutte-3 viel weliswaar over de toeslagenaffaire, en Rutte nam op 15 januari ontslag als premier. Maar dat was eerder symboolpolitiek, geen echte opoffering: de verkiezingen waren sowieso gepland voor 17 maart. Aan de stembus leek het kiezers niets uit te maken: Rutte’s VVD won er in 2021 zelfs één zetel meer dan bij de vorige verkiezingen van 2017.
Er lijkt ook een dieperliggend probleem te zijn met de Nederlandse democratie: de media doen gewoon hun werk niet.
Hoe kan dat? Waarom is Rutte zolang het vertrouwen blijven genieten van zoveel van zijn collega-politici en van zoveel Nederlandse burgers? Zelfs los van de toeslagenaffaire is er genoeg mis gegaan onder zijn leiding. Nederland slaagt er maar niet in Covid-19 onder controle te krijgen, waardoor het land nu al sinds midden december in een relatief strikte lockdown zit. De aanpak van de klimaatcrisis laat op zich wachten, zodat burgers gedwongen worden via de rechter de overheid tot actie aan te sporen. Nederland denkt graag dat het een gidsland is, met opgeheven vingertje spreekt het andere landen toe. Maar dat beeld heeft de laatste jaren wel een paar ernstige deuken gekregen.
Dus de echte vraag is: hoe komt Rutte hier al jaren mee weg, zonder dat hij wordt afgestraft door de kiezer? Zijn zonnige persoonlijkheid zal zeker een rol spelen. Rutte is altijd optimistisch, en blijkbaar is dat iets wat veel Nederlanders aantrekkelijk vinden. Hij genoot ook van een premiersbonus, die dankzij corona extra zwaar meetelde: terwijl zijn belangrijkste rivalen slechts moeizaam campagne konden voeren wegens de maatregelen, kwam Rutte de hele tijd in beeld bij de coronapersconferenties. Maar er lijkt ook een dieperliggend probleem te zijn met de Nederlandse democratie: de media doen gewoon hun werk niet. De laatste weken voor de verkiezingen organiseerde de openbare omroep maar liefst drie debatten tussen Rutte en… Geert Wilders. Als het gaat tussen Rutte en Wilders, wiens programma vooral draait rond loze anti-islam slogans, is de keuze snel gemaakt. Maar die tweestrijd bestond vooral in de hoofden van mediamensen. Want, zo bleek achteraf, de echte uitdager van Rutte was niet Wilders maar Kaag. Wie weet hoe de verkiezingsuitslag er had uitgezien als Rutte het driemaal had moeten opnemen tegen de welbespraakte en intelligente Kaag in plaats van de lege doos Wilders.