Nederland is een welvarend land. Alle statistieken wijzen daarop. Er zijn problemen, maar geen gebrek aan mensen die druk zijn met het bedenken van oplossingen. De perceptie van vooruitgang is voor de burger uiteindelijk belangrijker, dan een overzicht van de problemen. Vooruitgang is niet hetzelfde als ‘groei‘ zoals economen het becijferen. Het is eerder de overtuiging dat je kinderen het beter zullen hebben dan jij, voorzover men kinderen heeft. Of anders dat de dag van morgen oplossingen gaat brengen voor de problemen zoals jij die ziet.
Je kunt je geld verdienen in een extreem welvarende stad, conform de statistieken, maar dat geld kan niet genoeg zijn om ergens een dak boven je hoofd te bemachtigen. Dan kan je meer verdienen dan in een vergelijkbare stad in het buurland, waar ze dezelfde faciliteiten hebben, maar waar je wél gewoon op loopafstand van je werk kunt wonen, én genoeg over kunt houden om een beetje te genieten. In dat buurland ben jij persoonlijk dan echter welvarender.
Nederlanders ervaren die welvaart als ze op vakantie gaan naar een land waar alles spotgoedkoop is. Als ze vervolgens op het idee komen te verkassen, om hun eigen welvaartsbeleving een flinke schop in de goede richting te geven, blijkt dat doorgaans wel te kunnen, maar ligt het inkomen ook een stuk lager voor hetzelfde werk, en evenveel uren. Voor mensen met een pensioen, of voldoende eigen vermogen dat ‘rendeert‘, of voor degenen die werk hebben waarvoor men niet in de buurt hoeft te wonen van de formele ‘werkplek‘, zijn er opties.
In de Verenigde Staten is het volkomen ingeburgerd dat wie met pensioen gaat, de boel verkoopt, en verkast naar een staat waar het pensioen/spaargeld meer welvaart oplevert. Uiteraard hebben we dan allemaal zo onze eigen prioriteiten. De één kan niet zonder zijn ‘Starbucks‘, de volgende wordt depressief als de zon niet schijnt, terwijl een derde het snel te heet heeft. Doorgaans wil men in die fase van het leven wel enige zekerheid inbouwen. Behoorlijke zorg, toegang tot het internet, een veilige leefomgeving, en mensen om je heen die dezelfde taal spreken.
Sinds mensenheugenis zijn er gepensioneerden geweest die ‘overwinterden‘ in zonnige landen, wat in de ogen van de achterblijvers niet gezien werd als welvaart, maar als weelde. Toch ken ik gepensioneerde mensen die elke winter de zon opzoeken, en goedkoper uitzijn dan wanneer ze in ons land zouden blijven. Niet alleen dat, maar ze produceren daardoor ook nog minder stikstofuitstoot en andere afvalproducten die samenhangen met het winterse weer in ons deel van de wereld, zelfs als je de vliegreis meerekent. En het is helemaal een fors batig saldo als die bejaarden anders in Amsterdam op de tramrails zouden zitten janken over het klimaat!
Zelf ben ik ook zo’n bejaarde die in het najaar de vleugels uitslaat, en geniet van de welvaart die het pensioen mij brengt, zolang het nog duurt. Want de overheden en centrale banken azen op het geld in de fondsen, omdat ze anderen willen subsidiëren, zodat die de illusie hebben dat het wel goed zit met hun welvaart. Echter, ik zou mij schamen als ik zou pretenderen dat ik het allemaal doe voor het klimaat. Tegelijk opent onze afwezigheid voor ons nageslacht wel de mogelijkheid om te genieten van onze woonruimte, onze auto, en andere spullen die hen een opgewekt gemoed geven als ze nadenken over hun welvaart.
Erosie van welvaart staat derhalve niet gelijk aan economische krimp. Een land kan getroffen worden door tarieven of sancties, waarop producten die eerder werden geëxporteerd, nu op de lokale markt beschikbaar komen, waardoor de welvaartsbeleving van de gemiddelde burger juist toeneemt. Al zal de producent die niet meer kan exporteren naar die lucratieve externe markt wellicht een veer laten. Maar dat is niet gezegd. Verliezen die voortvloeien uit hoge transportkosten, en de risico’s van wisselkoersen, kosten die samenhangen met wet- en regelgeving in de landen waar men naartoe exporteert, en nog veel meer bijkomende kosten, vallen immers weg. Kijken we naar het Chinese voorbeeld, afgeknepen door de Amerikanen, die hopen op een revolte in China, dan moeten we ons realiseren dat veel van de winst uit de handel van China met westerse landen werd afgeroomd, en opgepot in staatsfondsen, die investeerden in het westen. De Chinese overheid kan dat proces omkeren, en zo de eigen producenten subsidiëren, of liever gezegd, niet langer belasten, terwijl de afbouw van belangen in het westen weliswaar verlieslatende proposities zijn, maar ook zullen zorgen voor dalende prijzen in het westen, wat een negatieve impact heeft op het GDP.
De dalende prijzen in het westen worden ruimschoots gecompenseerd door stijgende prijzen voor de goederen uit China die in feite wegvallen, of aanzienlijk duurder worden door de tarieven en sancties. Dat u voor een appel en een ei een bankgebouw, of een grachtenpand kunt kopen als de Chinezen afscheid nemen van hun vastgoedportefeuille, vergeleken bij de huidige prijzen, betekent nog niet dat u die hypotheek dan ook rond krijgt. En terwijl dat GDP daalt, neemt de schuld als percentage van het GDP toe, zelfs als de overheid eens een tijdje niet leent om houtsnippers voor kolencentrales te kunnen subsidiëren, waardoor de stikstofproductie verder toeneemt, en nóg meer wanhopige bejaarden, surplus-werkers en gesubsidieerde activisten op de tramrails gaan zitten om mensen te beletten naar hun werk te gaan.
Volgende station: Alle Nederlandse luchthavens dicht, wat 0.1% stikstofuitstoot spaart. Althans, als je niet meerekent dat al die Nederlanders dan met hun auto, of met de bruinkool gestookte trein naar Brussel of Parijs moeten om die besparende overwintering elders te kunnen realiseren, en hun idee van welvaart nog enigszins overeind te houden.
Ja, ik begrijp dat dit ‘stemmingmakerij‘ is, en geen wetenschappelijke verhandeling, zoals alle commentaren en columns over klimaat en economie. Maar als u na het lezen bij uzelf denkt: ‘Ja, daar zit wat in!‘, en: ‘Het is eigenlijk best wel ingewikkeld!‘, dan heb ik mijn doel bereikt. Laten we ons beperken tot het nastreven van vrije handel, vrij verkeer, vrije meningsvorming, en het optimaliseren van de manier waarop we gebruik maken van de schaarse grondstoffen. Dan hebben we een volle agenda.
Material world.