In een brief aan de Europese Centrale Bank (ECB) vragen een aantal Europese parlementsleden om de invoering van de digitale Euro uit te stellen. In theorie zou de uitrol van die nieuwe digitale munt dit najaar starten, maar er blijven nog te veel onduidelijkheden en tekortkomingen, vindt ook europarlementslid Johan Van Overtveldt (N-VA).
“De digitale euro is een oplossing op zoek naar een probleem”, aldus Van Overtveldt. “Gezien de onzekerheid en onduidelijkheden die er nog heersen, roepen we op om de invoering ervan niet te overhaasten. Er is op dit moment te weinig bekend over de impact ervan. De ECB heeft tot op heden onvoldoende onderzocht wat de kostprijs zal zijn, wie hiervoor precies zal opdraaien, en wat dit finaal voor de eindgebruiker zal betekenen.”
Daarenboven moet het wetgevend kader rond de digitale munt nog vorm krijgen. De onderhandelingen daarrond moeten nog starten. “Het zou dus onkies zijn om die procedures te doorkruisen”, stelt Johan. De commissieleden vragen de ECB ook met aandrang om meer transparantie en democratisch toezicht door het Europees parlement en de Europese raad.
digitale euro De ECB bestudeert al enkele jaren de modaliteiten en gevolgen van de invoering van zo’n nieuw elektronisch betaalmiddel in het eurogebied. Daarmee wil ze inspelen op de sterk groeiende populariteit van elektronische betalingen. De eerste plannen in die richting kwamen op tafel toen Facebook in 2019 de lancering van een eigen digitale munt aankondigde.
Nogal wat Europese centrale bankiers én politici wilden daar niet van weten, vanuit het idee dat zoiets de Europese afhankelijkheid van de Amerikaanse big techbedrijven nog verder zou vergroten. Tegelijk hoopt de EU met zo’n digitale euro ook de verdere doorbraak van cryptomunten te counteren.
Beleidsmakers zijn daar niet zo happig op, onder meer omdat cryptomunten ontstaan in de blockchain. Dat is een volledig gedecentraliseerd ecosysteem dat zichzelf regelt en waarin politici dus ook geen inspraak hebben. Zo’n digitale euro zal, in tegenstelling tot andere – voornamelijk Amerikaanse – digitale betaalmiddelen, niet worden uitgegeven door een commerciële bank maar door een centrale bank. Alle EU-burgers zouden dan in digitale euro’s kunnen betalen met een kaart of via een app.
Toegevoegde waarde
Na een aantal hoorzittingen in het Europees parlement komen een aantal parlementsleden van de commissie Economische en Monetaire Zaken (ECON) nu tot de conclusie dat er ook na de voorbereidende studieronde van de ECB nog te veel vragen en onduidelijkheden blijven. De ondertekenaars van de brief zijn van mening dat de toegevoegde waarde van de digitale euro voorlopig niet echt kan worden aangetoond.
‘De betalingsvoordelen die zo’n munt zou kunnen bieden, overlappen grotendeels met de mogelijkheden die nu al worden geboden door de combinatie van contant geld en bestaande financiële betalingssystemen die voortdurend in ontwikkeling zijn’, schrijven ze. ‘Daarnaast zijn ook de monetaire en technologische implicaties van de digitale euro voor de financiële sector op dit moment erg onduidelijk.’ De Europese parlementsleden staan met hun kritiek overigens niet alleen: vorige week nam het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een voorstel aan dat de Amerikaanse centrale bank, verbiedt om te gaan proefdraaien met een digitale dollar.
Privacy
De bedenkingen bij de invoering van een digitale munt gaan ook verder dan enkel maar de vragen bij de meerwaarde ervan of bij de technologische implicaties. Heel wat mensen stellen zich ook vragen bij het privacy-aspect. Digitale transacties kunnen door de bank perfect worden opgevolgd, wat vandaag overigens ook al gebeurt. Bijvoorbeeld in het kader van de strijd tegen het witwassen van misdaadgeld. Banken zijn ook verplicht om verdachte transacties te melden bij de overheid.
De vraag of en hoe transacties met digitale euro’s – ook de zeer kleine – eventueel zullen worden gemonitord, blijft voorlopig onbeantwoord. ‘De ECB heeft onvoldoende onderzocht wat de kostprijs van die digitale euro zal zijn, wie hiervoor precies zal opdraaien, en wat die munt finaal voor de eindgebruiker zal betekenen’, vindt ECON-coördinator Johan Van Overtveldt. ‘Het lijkt ons dus niet wenselijk om de implementatie van dit project te overhaasten voordat alle openstaande vragen ook effectief beantwoord zijn.’
In hun brief wijzen de Europarlementsleden er ook op dat de ontwikkeling van een dergelijk belangrijk monetair instrument ook een hoge mate van democratisch toezicht en legitimiteit vereist. Ze vragen de ECB dan ook met aandrang om meer transparantie en democratisch toezicht door zowel het Europees parlement als de Europese Raad. ‘Het lijkt ons raadzaam om de invoering van een digitale euro niet te overhaasten. Er is op dit moment te weinig geweten over de impact. De ECB kan het zich niet veroorloven om een half afgewerkte munt te lanceren, laat staan om het lopende wetgevend proces te doorkruisen’, besluit Van Overtveldt.