Het zou onjuist zijn om te stellen dat er weinig media aandacht was voor de protesten die uitbraken in de VS na de politiemoord op George Floyd. Vlaamse media rapporteerden vrij uitgebreid over wat zich zowel hier als in andere landen afspeelde, maar gaven tegelijk erg weinig informatie over wat zich concreet afspeelde. De feitelijke berichtgeving over de protestbeweging werd heel snel overschaduwd door een reeks aan debatten die dikwijls in de marge van die beweging te situeren zijn – discussies over standbeelden, over vrijheid van meningsuiting, ‘identiteitspolitiek’en dergelijke meer. Het droeg ertoe bij dat de ware toedracht van de beweging in belangrijke mate tot die mediadebatten herleid werd, waardoor de ware omvang en historische omvang van de protesten tot op heden miskend wordt. Vandaar dat het aangewezen is om een voorlopige balans op te maken van de ware omvang van de protesten in de VS en wat die tot hiertoe hebben bewerkstelligd.
Laten we beginnen met de cijfers. De protesten die sinds eind mei plaatsvinden in de VS zijn niet zomaar wat protesten, het gaat naar alle waarschijnlijkheid om de grootste protestbeweging die het land ooit gekend heeft. Op basis van data-analyse wordt geschat dat tussen de vijftien en zesentwintig miljoen mensen op straat kwamen sinds eind mei. Begin juli hadden er meer dan 4700 verschillend demonstraties plaatsgevonden, wat neer komt op gemiddeld 140 demonstraties per dag. Tot op heden wordt dagelijks betoogd in de VS, al komt dat nauwelijks nog in het nieuws – ook niet in de VS.
Niet alleen de aantallen maar ook de geografische spreiding zegt iets over de historische omvang van het protest. In meer dan veertig procent van alle counties in de VS werd er op straat gekomen. Het protest was dus lang geen louter grootstedelijk fenomeen, ook in kleine, meer landelijke steden met witte meerderheden was er beweging.
De civil rights movement van de jaren zestig in de VS geldt in de collectieve verbeelding nog steeds als het ijkpunt voor een brede en succesvolle protestbeweging, maar de beweging waarvan we vandaag getuige zijn is veel breder en groter. Dat bewijzen niet alleen het aantal deelnemers en de geografische spreiding, maar ook de samenstelling van de protestbeweging. Volgens vele waarnemers in de VS is het nooit eerder vertoond dat er zoveel witte en gekleurde solidariteit was met een beweging die in de eerste plaats strijdt voor zwarte levens.
“Er hebben altijd witte bondgenoten bestaan in de strijd”, zegt professor en veterane van de civil rights movement, Margaret Burnham, daarover in een interview, “er hebben altijd multiraciale bewegingen bestaan waarin mensen met verschillende kleuren deelnamen. Wat anders is nu, is de mate waarin mensen van buiten de Afro-Amerikaanse gemeenschap deelnemen, zelfs buiten de gemeenschap van mensen van kleur. Dit is anders dan tijdens andere periodes van onrust die zich uitte in de straten. Het is heel, heel anders deze keer.”
Volgens Pew Research identificeerde 17 procent van de door hun bevraagde deelnemers aan het protest zich als zwart, 22 procent als latino, 8 procent als Aziatisch en 46 procent als wit. Proportioneel gezien – dat wil zeggen ten opzichte van de totale populatie van zwarte, latino, aziatische en witte Amerikanen – was het aandeel van mensen van kleur wel duidelijk groter. Voorts waren de deelnemers aan het protest vooral jong. Een kleine helft van de deelnemers (41 procent van de deelnemers) was jonger dan 29, 38 procent is tussen de 30 en 49 jaar oud. Binnen het protest tekent zich dus duidelijk een generatiebreuk af.
Het is trouwens nog maar de vraag of we de protesten in de VS wel kunnen benoemen als protesten. Zeker tijdens de laatste week van mei en de eerste week van juni ging het er hard aan toe in sommige steden. Er werd geplunderd, brand gesticht en politiekantoren werden aangevallen en, in sommige gevallen, ook vernield. Op vele plaatsen vonden ook langdurige confrontaties plaats met de politie. In niet minder dan 200 steden werd een avondklok ingesteld begin juni. In meer dan 30 staten werd de nationale garde ingezet.Gezien de intensiteit en de omvang van de protesten is het wellicht juister om van een ‘opstand’ te spreken
Op dit moment zijn er nog steeds confrontaties bezig in de straten. Eén van de nieuwe brandpunten is de stad Portland, waar activisten tevergeefs proberen om een autonome zone tot stand te brengen zoals in Seattle. In Portland worden op dit moment ook federale agenten ingezet die in anonieme busjes betogers van straat plukken – tot consternatie van vele activisten ter plekke. Afgelopen weekend was het ook in Seattle erg onrustig.
Derde Reconstructie
Dat de opstand vandaag zo uitgesproken multiraciaal is en uitgebreid gesteund wordt door witte mensen, heeft volgens professor Keeanga-Yamattha Taylor te maken met de algemene teloorgang van de Amerikaanse Droom. Ook witte mensen worden nu volgens haar in toenemende mate geconfronteerd met het feit dat de Amerikaanse Droom niet langer voor hen is weggelegd en dat is een lot dat ze delen met zwarte mensen. Bij gevolg staat de zwarte bevrijdingsbeweging ook voor steeds meer witte mensen symbool voor bevrijding. Het besef groeit dat er geen algemene bevrijding bestaat zonder zwarte bevrijding.
In een interview met Democracy Now benadrukt Amna Akbar, tevens academica, dat de huidige opstand moeten gekaderd worden in een decennium van Amerikaanse protestbewegingen. De politiemoord op George Floyd mag dan wel de onmiddellijke aanleiding geweest zijn voor deze golf van contestatie, het voorbereidende werk ervoor gaat jaren terug. Een beweging als Occupy plaatste sociale ongelijkheid opnieuw op de agenda en wees op het belang van prefiguratieve politieke praktijken, Black Lives Matter ontstond na de moorden en protesten in Ferguson en Baltimore en bleef als beweging organiseren en mobiliseren, Standing Rock bracht de strijd van de oorspronkelijke bevolking opnieuw naar de voorgrond. Nog belangrijker dan die spectaculaire erupties was wat zich op de achtergrond en in de luwte afspeelde: het organiseren, bijeenbrengen van mensen, het smeden van allianties en het ontwikkelen van praktijken. Dit heeft er volgens Akbar toe geleid dat we getuige zijn van zij noemt “de sterkste linkse en working class beweging” waarvan ze tijdens haar leven getuige is geweest.
In een gesprek met The Intercept plaatst historicus Robin D.G. Kelley de huidige protestgolf binnen de ruimere traditie van zwarte strijd in de VS. Volgens hem moet wat vandaag gezien worden als een derde Reconstruction. De eerste Reconstructie vond plaats in de jaren 1860 en het was vooral een poging om na de slavernij de sociale democratie uit te breiden naar alle inwoners van de VS. De backlash die daarop volgde was Jim Crow en terreur tegenover zwarte mensen. De tweede Reconstructie vond plaats in de jaren zestig en nam de vorm aan van de Civil Rights Movement. Ook tijdens deze Reconstructie was een inclusie van zwarte mensen in de democratie het doel, al kwamen er ook steeds meer sociale kwesties op de voorgrond tijdens die periode. Wat eigen was aan de eerste twee Reconstructies was dat ze zich nog volledig binnen het kader bevonden van de constitutie en in essentie een uitbreiding van bestaande rechten eisten. Volgens Kelley gaat de huidige generatie die van activisten, die deel uitmaakt van de Derde Reconstructie, veel verder. Het hele systeem wordt nu in vraag getrokken. Abolationisme is nu mainstream geworden. Het gaat niet om een betere politie of betere gevangenissen, maar om de afschaffing van de politie en gevangenissen.
Eén van de meest aangehaalde slogans tijdens de recente protesten is inderdaad ‘defund the police’. Wat niet zo lang geleden een radicale eis was die zich in de marge van het politieke spectrum bevond, situeert zich nu pal in het centrum van de politiek. Een andere eis die tegenwoordig vaak gehoord wordt is ‘cancel rent’: de eis dat er niet langer huur kan gevraagd worden in de context van een wild om zich heen grijpende pandemie en recessie. Of, positiever geformuleerd: het idee dat een dak boven het hoofd een basisrecht is. Volgens Akbar hebben beide eisen echter een zelfde kern. Uiteindelijk gaat het om privaat eigendom, en privaat eigendom kan op zijn beurt niet los gezien worden van het lot van zwarte mensen in de VS: “Privaat eigendom vormt de basis voor ons wettelijk regime. Het is een settler regime, een kapitalistische regime, een raciaal regime.”
Overwinningen
Wat opvallend is aan deze opstand, is dat hij in ijltempo vruchten aan het afwerpen is. Niet alleen worden radicale eisen genormaliseerd, er ontstaat ook een bereidheid om ze daadwerkelijk in te willigen. Steeds meer Amerikaanse steden maken er bijvoorbeeld werk van om het budget voor de politiediensten ernstig te gaan inperken. Seattle, waar manifestanten meer dan een maand lang een deel van het centrum bezet hielden en het omdoopten tot ‘autonome zone’, is van plan om het budget van de politie te halveren. Dat komt neer op een reductie van 76 miljoen dollar. Dat geld zou dan geïnvesteerd worden in de ‘communities’. En dat is slechts één van de vele voorbeelden.
In Minneapolis, de stad waar de opstand begon, stemde de gemeenteraad unaniem voor het ontbinden van de bestaande politiekrachten. Verschillende scholen en universiteiten hebben tijdens de voorbije weken hun samenwerking met politiedepartementen opgezegd; in alle scholen van San Fransisco bijvoorbeeld is de politie voortaan niet meer welkom. In New York vloeit er voortaan 1 miljard minder naar de politie.
Ook al gaat het ogenschijnlijk om lokale en misschien zelfs niet zo’n grote overwinningen, ze zijn wel illustratief voor een trendbreuk die verstrekkende gevolgen kan hebben. Voor het eerst sinds decennia vloeit er voortaan minder geld naar ordediensten en is er een algemene erkenning van het feit dat de politie teveel macht heeft. Die enorme switch werd na enkele weken van straatprotest bewerkstelligd, en dat op zich is spectaculair.