Ik vind net als heel veel mensen dat er een hoop misgaat in de samenleving en dat de invloed van banken en grote ondernemingen te groot is geworden
Vrijdagavond ging het goed los in Rotterdam. Een groep mensen was het niet eens met de maatregelen om iets te doen tegen de oplopende besmettingen met het coronavirus en dat liep uit de hand. Politiewagens stonden in de fik, ruiten sneuvelden, de politie greep hard in en er werden zelfs demonstranten neergeschoten. Het leek wel oorlog. Net zoals het begin dit jaar oorlog leek in Eindhoven en Den Bosch. Mensen gaan helemaal los. Begin dit jaar schreef ik al, na de rellen bij de avondklok, te vrezen dat het hier niet bij blijft. Het volk is op drift en de onvrede wordt steeds groter.
Vorige week sprak ik iemand die zei dat de politie aangepakt moet worden; iedere keer als de politie een burger te hard aanpakt moeten wij een politieagent hard aanpakken. Het liefst in zijn privésfeer, omdat de politie ook in onze privésfeer komt. “Oog om oog, tand om tand,” zei hij. Ik schrok daar van. Dit was een hoogopgeleide man, met een goede baan en een meer dan goed inkomen. Veel belang bij een burgeroorlog leek hij niet te hebben. “Dan krijgen we een parallelle samenleving,” zei ik tegen hem. “De politie heeft in onze samenleving het geweldsmonopolie en dat schend je op deze manier.”
“Dat moet ook,” zei hij. “We vormen een militie, we zijn in opstand. De revolutie is begonnen.”
“Maar wat willen jullie dan opbouwen?” vroeg ik. “Wat is jullie agenda?”
“Terug naar de vrijheid, de menselijke maat en zeggenschap over eigen land,” zei hij. “We volgen een globalistische agenda en raken zo alles kwijt. We worden geregeerd door bedrijven, door techbedrijven en farmaceuten, en zijn de macht al lang kwijt. Die macht willen we terug. Weer baas zijn over ons eigen leven en ons eigen land.”
“En dat lukt door politieagenten te molesteren?” vroeg ik. “Ik heb het idee dat het misgaat doordat mensen zoals jij de wereld alleen maar kunnen bekijken met het paradigma van vrijheid. Alles moet radicaal vrij zijn en je wilt je nergens beperkt of tot iets gedwongen voelen. Dit botst omdat de regeringsleiders en beleidsmakers, van de WHO, Macron en Rutte tot het OMT en ziekenhuispersoneel, een gezondheidsparadigma hanteren. Zij bekijken de wereld nu door de bril van bescherming en veiligheid. Dat is eigenlijk ook de basis van het sociaal contract, van het fundament van een samenleving; je geeft als burger iets van je vrijheid op om er veiligheid voor terug te krijgen. Dat contract is gaan schuiven. Steeds minder mensen willen iets van hun vrijheid opgeven en steeds meer mensen zijn maar alleen bezig met hun eigen vrijheid en veiligheid.
Zolang zij maar kunnen doen wat ze willen en niet ziek worden, is alles prima en geoorloofd. Dat ondermijnt het hele idee van solidariteit. Van de oude leuze ‘vrijheid, gelijkheid en broederschap’ blijft zo alleen de vrijheid over. En dan ook nog alleen de individuele vrijheid. Dat is mogelijk het effect van ruim dertig jaar neoliberalisme waarin een beroep werd gedaan op de eigen verantwoordelijkheid en waar werd gepredikt dat alle zegeningen je eigen verdienste zijn en alle misère je eigen schuld. Dat is een zorgelijke ontwikkeling. Bovendien keren steeds meer mensen door hun hang naar vrijheid het fundament van de wetenschap om.
Ze willen vrij zijn en zoeken daar argumenten en wetenschappelijke onderbouwingen bij. Niet met een open en nieuwsgierige blik, maar om hun gelijk te halen. Zo stort langzaam de hele samenleving in. Mensen wensen dat het coronavirus niet bestaat en vallen daarom wetenschappers aan, ze wantrouwen politici die zich wel op de wetenschap baseren, klagen vervolgens rechters aan als die het beleid van de politici toetsen aan de Grondwet en het toestaan, zijn boos op journalisten die erover berichten en gaan vervolgens tekeer tegen politieagenten als zij ingrijpen wanneer protesten voor of tegen dit alles uit de hand lopen. Het is te bizar om naar te kijken, maar het gebeurt. Voor onze ogen wordt de hele samenleving gesloopt. Ook door mensen zoals jij die het blijkbaar normaal vinden om agenten aan te vallen en zo langzaam een burgerleger op te bouwen.”
Ik had met vuur tegen deze man zitten praten. Omdat het me raakt. Ik ben nog altijd geen viroloog en weet niets van het coronavirus en ga daarom misschien te makkelijk in alle maatregelen mee. Ik heb er ook niet al teveel last van. Wellicht pas ik me makkelijk aan. Het maakt me niet uit of ik mijn koffie thuis, wandelend of in een restaurant drink. En online werken gaat me minstens zo goed af als fysiek. Dat neemt niet weg dat ik me ook zorgen maak over de politiek en dat ik niet alles prima vind. Ik vind net als heel veel mensen dat er een hoop misgaat in de samenleving en dat de invloed van banken en grote ondernemingen te groot is geworden. Dat is voor mij echter nog geen reden om wetenschappers, journalisten, politici, docenten, rechters of agenten te wantrouwen, aan te vallen of te dreigen ze voor een tribunaal te slepen.
Zo’n dreigement deed een Kamerlid van Forum voor Democratie deze week in debat in een Tweede Kamer en dat zorgde terecht voor veel onrust. Forum vergelijkt deze tijd immers al maanden met de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw en de Kamerleden van deze partij maken maar al te vaak vergelijkingen met joden, davidsterren en de Holocaust. Als leden van deze partij dus over een tribunaal beginnen denk ik dus meteen aan Neurenberg. Bij dat tribunaal werden vrijwel alle beklaagden opgehangen. Bovendien is de kans klein dat dit Kamerlid, Pepijn van Houwelingen, iets anders bedoelde. In een schriftelijke verklaring zei hij nog dat hij bedoelde dat mensen voor de rechter zouden moeten komen, maar zijn voorman Baudet heeft herhaaldelijk aangegeven niet in de rechtspraak te geloven omdat rechters vooringenomen zouden zijn. Waarschijnlijk doelde Van Houwelingen dus op een alternatieve, nog op te richten, rechtbank.
Zo wordt onze samenleving langzaam gesloopt. De man die ik sprak pleit voor een alternatieve politiemacht, Van Houwelingen zinspeelt op een alternatieve rechtbank en ondertussen komen steeds meer mensen op voor hun vrijheid en verliezen ze gelijkheid en solidariteit uit het oog. Rotterdam staat er door in de fik. Het is wachten tot dit vuur overslaat. Wachten op het bestormen van parlementsgebouwen, wachten op de eerste doden. Liever wacht ik op iets positievers, maar de geluiden uit de samenwerking beloven niet veel goeds.