De reden dat er zoveel ongelukken gebeuren waarbij mensen druk zijn met hun mobiele telefoon, terwijl ze in een auto, op een brommer of fiets zitten, of als voetganger deel uitmaken van het verkeer, is omdat ze bijzaken en hoofdzaken niet meer kunnen scheiden. Daarnaast zorgt dat ‘Dashboard‘ van hun telefoon, vol knoppen, lichtjes, metertjes en tekstboodschappen voor storing op de lijn in menige relatie, en verwaarlozen mensen hun opvoedkundige taken omdat ze die er nu even niet bij kunnen hebben.
De beeldspraak van het ‘Dashboard‘, nadat de ‘APP‘ een hopeloze mislukking werd door een weelde aan eisen, waardoor de simpele functionaliteit die werd gevraagd naar de achtergrond verdween, zie je ineens overal opduiken. Iedereen die ‘ertoe doet’ vraagt om een ‘Dashboard‘, of rept erover in de praatprogramma’s waar men het woord mag voeren namens een belangengroep. Het suggereert controle, maar het is de vooraankondiging van een fataal ongeluk.
‘Multitasking‘ is lang niet iedereen gegeven. In bepaalde beroepen en sporten is het een vereiste, wat maakt dat die mensen ‘gezocht‘ zijn, en dus duur. Nagenoeg iedereen kan een formule 1 auto, na wat uitleg, veilig van start naar finish rijden, zonder competitie, en in een tijd die geen indruk maakt. Maar zet er wat druk op, en je houdt wereldwijd maar een klein groepje over die het een seizoen lang volhouden, en die ook meedoen om de prijzen.
Als iemand die razendsnel is in een formule 1 auto daarnaast ook nog vaardig moet zijn in het omgaan met de pers en sponsoren, voeg je nog eens een dimensie toe. En wordt het al snel een kwestie van prioriteiten. Al kun je met ‘training‘ veel verdoezelen, en een totale hork nog leren om in gezelschap het decorum te respecteren, en dat je een totale flapdrol van een journalist, die je het bloed onder de nagels vandaan zuigt, niet op zijn gezicht mag slaan. Waarbij sommige journalisten het juist weer als hun taak zien om net zo lang te blijven treiteren tot de ‘ware aard‘ van de coureur zichtbaar wordt. En zo hebben we allemaal onze eigen prioriteiten in het leven.
Het identificeren, en isoleren, en waarderen van hoofdzaken is een kunst op zich. Het is niet voor het eerst dat ik daarover iets schrijf. Een generaal moet een oorlog willen, en kunnen winnen. En ook ‘nee‘ kunnen zeggen tegen een opdracht van ‘hogerhand‘ als die onuitvoerbaar is. ‘War on Terror‘? Nee, bedankt maat, maar dat gaan we dus niet doen. De narigheid is natuurlijk dat ‘hogerhand‘ dan net zolang doorzoekt in de rangen tot hij of zij een ‘Beun-de-Haas‘ heeft gevonden die zich laat behangen met de nodige ‘versierselen‘, en bijbehorende emolumenten, en zonder wroeging soldaten de dood injaagt voor ‘God en Vaderland‘, op een zinloze missie, in een oorlog die niet gewonnen kan worden, en waarbij hij moet samenwerken met terroristen die ‘onze‘ vrienden zijn.
Mijn hele perceptie van ‘leidinggeven‘ staat op de tocht als ik zie hoe dat tegenwoordig wordt ingevuld. In mijn optiek hoort een premier, of een president, niet dagelijks ‘zichtbaar‘ te zijn op ‘Twitter‘, en wil ik hem of haar slechts bij hoge uitzondering, als er een bijzonder serieuze kwestie is die het hele volk aangaat, oorlog, rampspoed of momenten van uitzonderlijke vreugde, op de televisie zien. En dan richt hij of zij zich tot de ‘Dames en Heren‘, en niet tot de ‘jongens en meisjes‘. Want de ‘Dames en Heren‘ dragen de verantwoordelijkheid voor de ‘jongens en meisjes‘. Maar dat was vroeger. Toen hoofdzaken nog werden onderscheiden van bijzaken.
Het idee lijkt te zijn dat het nu anders is, omdat we een ‘Dashboard‘ hebben. Gaat er iets mis, dan licht een waarschuwingslampje op, draaien we aan wat knoppen tot het lampje weer uitgaat, en klaar is Kees. Een kind kan de was doen. En wellicht ook geen slecht idee om de ‘jongens en meisjes‘ ook eens een eerlijke kans te geven om aan de knoppen te draaien. Het enige wat dan nog nodig is, is dat we het professioneel presenteren. ‘On the Job Training‘. Zo moeilijk is het niet.
Maar terwijl ‘iedereen die ertoe doet‘ zijn eigen ‘Dashboard‘ laat ontwikkelen, en als een klein kind in de speelgoedwinkel aan de knoppen draait om te zien hoe het uitpakt, ziet niemand die grote betonnen muur die steeds dichterbij komt, terwijl we op volle snelheid al steeds meer onderdelen verliezen. Het doet mij denken aan een voorstelling van Neerlands Hoop, waarin de telefoon gaat, en Bram Vermeuelen Freek de Jonge er tijdens een sketch op attendeert dat de telefoon rinkelt. Waarop Freek een monoloog begint om hem terecht te wijzen. De telefoon zou onbetaalbaar worden als er iemand bijgeleverd moest worden die ‘Telefoon‘ zou moeten roepen als de telefoon ging. Om vervolgens te beseffen dat de telefoon al enige tijd rinkelt: ‘O! De telefoon gaat!’
Het stuk ‘rechtuit‘ is tot nu toe nog redelijk gesmeerd verlopen, op golven ‘gratis‘ geld. Maar nu komt het bochtige gedeelte van het circuit. Nu naar je ‘Dashboard‘ blijven turen betekent dat je er in de ‘Tarzanbocht‘ al af ligt, en verder niet meer meedoet.