De lofprijzing van de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve voor de schaal en creativiteit van hun monetair beleid sinds 2012 is steeds meer misplaatst. Het is eerder een feit dat sinds Draghi’s beroemde “Whatever it takes”-speech in 2012 de eurozone nauwelijks is gegroeid, maar de slechtste arbeidsmarktontwikkeling heeft gehad van alle grote geïndustrialiseerde landen, met onhoudbare schuldenquotes en een lage inflatie die inmiddels ver achter ons ligt. De argumenten voor ingrijpen door de centrale banken worden zwakker en zwakker, en de negatieve gevolgen overheersen nu. Dit artikel gaat in op de duistere kanten van het huidige monetaire beleid – en wat ons te wachten staat. Spoiler Alert: tref uw maatregelen!
We beginnen met het noemen van vijf duistere kanten van het monetair beleid.
1. De eerste duistere kant betreft het feit dat het ingrijpen van de ECB paradoxaal genoeg het hervormingsmomentum verstikt heeft dat het eigenlijk mogelijk zou moeten maken. Tot juli 2012 werden regeringen gedwongen door te gaan met serieuze hervormingen als gevolg van hoge rentetarieven en een gebrek aan herfinanciering. In feite werden vóór 2012 meer dan de helft van de door de OESO aanbevolen groei-initiatieven uitgevoerd in het eurogebied. Het ingrijpen van de ECB heeft de facto de verwoeste vooruitzichten voor ingrijpende hervormingen van de arbeidsmarkten en juridische, sociale en belastingstelsels in de eurozone teniet gedaan.
2. De tweede schaduwzijde betreft het feit dat obligatiekoersen hun signaalfunctie voor de markten hebben verloren. Sinds beleggers eind 2014 begonnen te anticiperen op de aankoop van obligaties door de centrale banken, zijn de spreads op staatsobligaties in bijvoorbeeld het hele eurogebied nauw met elkaar verbonden. Rendementen op staatsobligaties die geen betekenis hebben verstoorden het hele beleggingsuniversum waarvan de koersen zijn afgeleid.
3. Misschien wel de donkerste kant van het monetaire beleid van de ECB is de toenemende risicoconcentratie op de balans van het eurosysteem – die staat inmiddels op zo’n 8.630 miljard euro (zie grafiek). We zijn inmiddels in een situatie beland waar een EMU-land zijn schuld herstructureert, de schuld van de centrale bank van dat land deels wordt gedragen door belastingbetalers in andere landen van het eurogebied. Dit noemen we schuldmutualisering. Anderen spreken van de EU als transferunie.
4. Het vierde punt is de schade die het ingrijpen van de ECB toegebracht heeft aan spaarders in het eurogebied. De hoge en stabiele herwaarderingswinsten die de afgelopen jaren zijn behaald worden niet herhaald. Nu eisen stijgende energieprijzen, de doorgaans lage rente en uiteindelijk het mean reversion-effect hun tol.
5. De laatste duistere kant is de door de ECB veroorzaakte verkeerde toewijzing van kapitaal dat het proces van creatieve vernietiging voorkòmt en zeepbellen in de activaprijzen creëert. De toegenomen kredietverlening is voornamelijk leners met een slechte kredietwaardigheid ten goede gekomen en heeft banken behoed voor het afschrijven van leningen. Zonder creatieve vernietiging in noodlijdende industrieën hebben investeerders in landen met een hoge spaarquote de prijs van gezonde activa omhoog gejaagd.
Eén van de meest ingrijpende en desastreuze beleidsbeslissingen van de centrale banken is (geweest) het invoeren van Quantative Easing, afgekort als QE. Kwantitatieve versoepeling of vrijer vertaald kwantitatieve geldverruiming is een vorm van directe geldschepping door een centrale bank waarbij de bank effecten (zoals staatsobligaties) aankoopt met geld dat daartoe uit het niets gecreëerd wordt. Kwantitatieve versoepeling wordt door politici en beleidsmakers nog steeds beschouwd als een noodmaatregel om prijsstabiliteit te bewerkstelligen – hoewel dat al vele jaren aan de gang is: hoezo noodmaatregel? In de nasleep van de kredietcrisis en de eurocrisis is ze door diverse centrale banken toegepast, met op het laatst gebruikte nep-argument dat het in het kader van de coronacrisis gebeurde. In diverse artikelen hebben wij eerder al aangetoond dat met name dat laatste argument nergens op slaat – het diende slechts tot het oprekken en uitstellen van de niet te vermijden aanstaande financiële (en economische) crash.
De fundamenten van kwantitatieve versoepeling kunnen alleen voor onbepaalde tijd standhouden in een omgeving met lage inflatie. In deze context moet het experiment van de Bank of Japan, dat al 30 jaar loopt, in herinnering worden gebracht. Echter, naarmate de inflatie (te veel) stijgt, zal de levensduur van QE drastisch verkort (moeten) worden. Als monetaire en financiële autoriteiten deze kunstmatig gecreëerde prijsinflatie niet kunnen of weigeren te beteugelen, zal QE een beperkte “overleving” hebben, aangezien zelfs de meest hardcore investeerders het vertrouwen beginnen te verliezen in het vermogen van centrale banken om de grote kloof tussen rente/obligatierendementen en prijsinflatie te verkleinen.
We berichten al jarenlang over het proces dat tot deze inflatoire chaos heeft geleid, wat niet te wijten is aan wanbeheer of toeval, maar eerder deel uitmaakt van een goed doordacht plan dat lang geleden is bedacht. Dus als QE faalt, zullen regeringen hun toevlucht moeten nemen tot andere middelen (bijvoorbeeld inbeslagname van vermogens/activa of hoge belastingen) om hun begrotingstekorten te financieren.
In dit artikel willen wij dit stapsgewijze proces van het opzettelijk vernietigen van QE uitleggen. Voordat we echter de confiscatie van activa bespreken, moeten we eerst analyseren hoe het huidige inflatiedilemma is ontworpen onder het mom van een gestuurde plandemie. We noemen dan bijvoorbeeld een bijkomend effect van het roekeloze monetaire buitenlands beleid van de Federal Reserve in combinatie met de roekeloze uitgaven van Sleepy Joe Biden/Congres. De VS exporteert namelijk inflatie over de hele wereld. Volgens bijgaande grafiek bedraagt de exportprijs van de VS op jaarbasis 15,1%. De VS importeren minder inflatie, namelijk 10,8% op jaarbasis.
De “Covid-19”-stimulerings- en uitgavenpakketten verschilden van alle andere eerdere vormen van dit soort uitgaven omdat het geld met opzet rechtstreeks aan de eindconsument werd uitgegeven. Het geld werd niet “gesteriliseerd” en uitgewisseld zoals in eerdere gevallen, maar was bedoeld om een sterke toename van de totale vraag te creëren, ook wel “demand pull” genoemd. Vergelijk de QE-maatregelen van vóór 2020, die voornamelijk ten goede kwamen aan de grote bedrijven, die het gebruikten om hun aandeleninkoopprogramma’s te “voeden”, wat op zijn beurt NIET de officiële inflatie aanwakkerde, maar de aandelenkoers alleen maar hoger duwde (waarbij vooral de ceo’s van de grote ondernemingen op een exorbitante wijze wisten te profiteren).
Tegelijkertijd heeft de kunstmatige “Covid-19” verzorgingsschok opzettelijk de macro-economische toeleveringsketens versmald. Door gebruik te maken van QE als een mechanisme voor welvaartsconsolidatie beheersen de internationalisten/globalisten/elites (IGE) nu alle primaire factoren van de wereldwijde productie en distributie. Het is daarom zinvol ook de vraag te stellen in hoeverre de protesten van vrachtwagenkonvooien deel uitmaken van het plan, aangezien ze ook bijdragen aan het verhogen van de huidige druk aan de aanbodzijde.
De centrale banken doen weinig moeite als het gaat om het vinden van een echt antwoord op de massale op hol geslagen inflatie. Hoe langer ze aarzelen, hoe moeilijker het zal zijn om het inflatieprobleem op te lossen zonder markten op te blazen en regeringen failliet te laten gaan. Ook hier moet de vraag worden gesteld of het “doel van de oefening” niet juist daarin te vinden is.
Centrale banken hebben bewust de ordelijke behandeling of afwikkeling van slechte leningen versoepeld om de echte verrottingsgevallen op de kredietmarkten te verbergen. We hoeven dan maar alleen het begrip “zombiebedrijven” of “zombiebanken” te noemen. Willekeurig getimede oorlogen en militaire “verplichtingen” blijven de toeleveringsketens bedreigen. Oorlog is vaak een goed excuus voor regeringen en de centrale banken.
De QE-maatregelen en dus QE zelf zal over een paar maanden uiteenspatten. Waarom? Om het mondiale inflatiedilemma aan te pakken, zou een scenario kunnen ontstaan dat vergelijkbaar is met wat de door Paul Volcker geleide Federal Reserve eind jaren zeventig en begin jaren tachtig deed. Op dat moment verhoogde de Federal Reserve de Federal Funds-rente tot maar liefst 20%. Hoewel Volcker de inflatie kon beteugelen, had de wereld toen veel minder schulden dan nu.
En hoe lang kan het rendement op tienjarige Amerikaanse staatsobligaties vijf procentpunten onder de voortschrijdende 12-maands CPI (consumentenprijsindex) blijven? Hoe langer dit aanhoudt, hoe groter de kans dat obligatiebeleggers de handdoek in de ring gooien.
Maar hoe denken regeringen en hoe willen de centrale banken bereiken zelf buiten schot te blijven? Wanneer QE wordt uitgefaseerd, hoe zullen regeringen dan hun begrotingstekorten financieren en niet omvallen? De meest waarschijnlijke uitkomst zal een vorm van confiscatie van activa en bestraffende ad-valorembelasting (invoerrechten die worden geheven als een percentage van de waarde van een bepaald goed) zijn.
Herinnert u zich de situatie in 2008-2010 nog? In die tijd werd in de politiek serieus gesproken over de confiscatie van pensioenen en de redding van banken door de rekeninghouders/spaarders en werd het overeenkomstige precedent geschapen met Cyprus. Op een paar uitzonderingen na is daar nooit iets van gekomen omdat QE werd afgekondigd, waardoor al die discussies (toen) achterhaald waren. In wezen was het niet nodig om pensioenen of bankdeposito’s in beslag te nemen in ruil voor staatsobligaties of bankaandelen. QE heeft het dilemma van de tekortuitgaven “opgelost”. Wel geeft mogelijke confiscatie aan dat een cashloze samenleving voor met name de burgers dus een slecht toekomstbeeld is, omdat zij zelf dan geen volledige grip meer hebben op hun bezit.
Vandaag de dag lijkt het erop dat een gepland einde aan QE wordt voorbereid. Als dat het geval is, hoe zullen soevereine staten dan niet omvallen?
Het is allereerst van belang te weten dat, met haar exorbitante schulden, de EU zich duidelijk voorbereidt om de zakken van haar burgers te plunderen. Onder de titel “Haalbaarheidsstudie voor een Europees vermogensregister met betrekking tot de bestrijding van witwassen en belastingontduiking” stelt de Europese Commissie de instelling tot een vermogensregister voor….. voor alle burgers van de eurozone. Als we dit plaatsen in de context van andere maatregelen zoals de steeds toenemende initiatieven om het gebruik van contant geld te beperken en de nu al in EU-lidstaten bestaande overheidsregistratie van alle goudaankopen boven de € 2000, is het doel van deze maatregelen glashelder. Het gaat om het geheel of ten minste gedeeltelijk onteigenen van de burgers. Hiervoor moet de burger volledig transparant worden gemaakt en moet ervoor worden gezorgd dat zijn portemonnee ook transparant is. Waarom zouden zij anders al die moeite willen doen?
Hoe praktisch zal dat binnenkort zijn voor de Europese Commissie. Ze kijken gewoon naar het perfecte register van activa dat ze zo mooi aan het creëren zijn. Er is nog steeds veel geld onder de bevolking en de bedrijven voor gekke en stomme voordelen voor de hele wereld, zonnepanelen op – we noemen maar wat – moskeeën in Tunesië, ontwikkelingshulp aan China, het “vechten tegen rechts”, honderdduizenden nutteloze “commissarissen voor … “, en.. en.. en… Politici en hun lobbyisten die de hele wereld wil redden als de belichaming van goedheid in zichzelf, van het klimaat tot de bevers, de bijna-uitgestorven-kever, veiligelanders die van ons sociale systeem willen profiteren ten koste van echte asielzoekers, tot aan het financieren van menstruerende mannen, ja, dan kan je natuurlijk voor zulke banale dingen als het onderhouden van bijvoorbeeld vervallen autosnelwegbruggen geen geld uittrekken. En ach, burgers laten zich graag misleiden en zijn weinig kritisch met wat overheden in werkelijkheid aan het uitspoken zijn. Voor het onteigenen van boerenbedrijven – uitsluitend alleen maar voor een “Beter Klimaat” – zijn al de eerste stappen gezet.
Op basis van eerdere politieke discussies zal de komende onteigening beginnen met de inbeslagnames van activa, te beginnen met de meest liquide, verhandelbare of beslagbare activa (bijv. bank-/spaarrekeningen en pensioengelden). Daarna kunnen overheden de getaxeerde waarde van effectenrekeningen zwaar(der) gaan belasten. Al dit soort fondsen zijn het gemakkelijkst te kwantificeren en worden daarom als eerste overwogen. De staat zou een jaarlijkse extra belasting kunnen heffen op effectenrekeningen of op het bezit van individuele aandelen.
De volgende soorten activa in het vizier zijn de minder liquide, zoals onroerend goed en bedrijven. Regeringen willen misschien ook de banksector nationaliseren om over de rijke cashflow en activabasis te kunnen beschikken. Regeringen zouden ervoor kunnen kiezen om veel productie-industrieën te nationaliseren en hun winsten en kasstromen te krijgen om de tekorten te financieren. Opgemerkt moet worden dat kan worden aangenomen dat deze genationaliseerde bedrijven dan na de sanering tegen dumpprijzen aan de grote spelers zullen worden “weggegeven”.
Het zal voor overheden moeilijker en minder praktisch zijn om illiquide activa, zoals onroerend goed, in beslag te nemen. We nemen echter aan dat regeringen allerlei speciale nationale belastingen op veel van dit soort activa zouden kunnen opleggen in plaats van ze simpelweg te confisqueren. Ad-valorembelastingen worden doorgaans geheven door lokale overheden op onroerend goed of persoonlijke eigendommen, maar federale instanties kunnen zich daar ook aan tegoeddoen.
Met andere woorden, u kunt uw huis houden, maar de belastingen kunnen exorbitant hoog worden, waardoor u gedwongen wordt het te verkopen of anderszins (extra) te financieren. En daarmee zijn we uitgekomen op het World Economic Forum en haar “u zult niets bezitten en toch gelukkig zijn.”